Analyse van de arresten van de Hoge Raad van 19 juni 2020 met betrekking tot de aansprakelijkheid van de hulpverlener voor medische hulpmiddelen. |
Zoekresultaat: 173 artikelen
De zoekresultaten worden gefilterd op:Tijdschrift Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade x
Artikel |
Aansprakelijkheid voor medische hulpmiddelen, het laatste woord was aan de Hoge Raad |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | medische aansprakelijkheid, tekortkoming, toerekening, state of the art, professionele standaard |
Auteurs | Mr. P.J. klein Gunnewiek en Mr. M.S.E. van Beurden |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Corona en potentiële aansprakelijkheidsclaims |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | informatieplicht staat, operationele plicht staat, corona, aansprakelijkheid jegens bezoekers, ziekenhuizen |
Auteurs | Prof. mr. C.C. van Dam |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage inventariseert mogelijke schadeclaims die zouden kunnen worden ingesteld in verband met de coronacrisis. Achtereenvolgens komen aan de orde de potentiële aansprakelijkheid van de Staat, deels als gevolg van niet-genomen maatregelen (nalaten), deels als gevolg van wel genomen maatregelen (doen) en de potentiële aansprakelijkheid van private partijen. Bij dit laatste gaat het om de potentiële aansprakelijkheid van ziekenhuizen en verpleeg- en verzorgingshuizen, van werkgevers, van eigenaren en uitbaters van openbaar toegankelijke gebouwen (inclusief winkels), van producenten, van sociale media en van burgers onderling. De bijdrage wordt afgesloten met enkele algemene beschouwingen over schade en causaliteit. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | zelfrijdende auto, herstelgerichte schadeafwikkeling, procedurele rechtvaardigheid, directe verzekering, WA-direct |
Auteurs | Mr. dr. K.A.P.C. van Wees en Prof. mr. dr. A.J. Akkermans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Nieuwe ontwikkelingen, zoals de opkomst van de zelfrijdende auto en het groeiende inzicht in het anti-therapeutische effect van de afwikkeling van letselschade, leiden tot het hernieuwd overdenken van ons compensatiesysteem voor verkeersongevallen. Het Verbond van Verzekeraars begint in 2021 met WA-direct, een eerste innovatieve stap, nog op basis van het huidige aansprakelijkheidsrecht maar met het oog op meer. In dit artikel worden deze ontwikkelingen besproken en met elkaar in verband gebracht. De mogelijkheden van een stelsel van directe schadeverzekering worden vergeleken met die van het aansprakelijkheidsrecht en WA-direct. |
Artikel |
De Wet Affectieschade in de praktijk; duidelijke afbakening of onsmakelijke discussies? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | Wet Affectieschade, rechtspraak, hardheidsclausule, smartengeld, letselschade |
Auteurs | Mr. C. van der Roest en Mr. J.G. Keizer |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel bespreken de auteurs de sinds de invoering van de Wet Affectieschade – en binnen het temporele toepassingsbereik van deze wet – verschenen rechtspraak, voor zover daarin de vraag of aanspraak kon worden gemaakt op vergoeding van affectieschade onderwerp van (partij)debat is geweest. Zij bezien in hoeverre in de rechtspraktijk tegemoet wordt gekomen aan de doelstellingen van de wetgever, en bespreken welke vragen (kunnen) rijzen bij de uitleg van deze wettelijke regeling. |
Artikel |
Compensatie van misdrijfschade: veel beweging, voldoende inzicht en visie?Verslag van het symposium van 24 september 2019 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, misdrijven, verzekering, solidariteit, voeging benadeelde partij |
Auteurs | Mr. dr. M.R. Hebly en Prof. mr. S.D. Lindenbergh |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de afgelopen decennia is in toenemende mate ingezet op ‘emancipatie’ van slachtoffers van misdrijven. Op het punt van compensatie zijn uiteenlopende maatregelen genomen vanuit de gedachte dat de dader moet vergoeden wat hij heeft veroorzaakt. Onderzoeken op dit terrein laten niet alleen verschillende vragen open, maar roepen ook nieuwe vragen op. Wie draagt uiteindelijk welke schade? Wat komt er van verhaal terecht? Wordt misdrijfschade met de daartoe beschikbare middelen efficiënt gecompenseerd? Kan het ook anders? Deze en dergelijke vragen kwamen aan de orde tijdens het op 24 september 2019 te Rotterdam gehouden symposium ‘Compensatie van misdrijfschade – solidariteit, verzekering, verhaal’. |
Interview |
Ten afscheid: terugblikken en ver kijken. Interview met Theo Kremer |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | interview, Theo Kremer, oud-redacteur, directeur PIV, letselschaderecht |
Auteurs | Mr. J.W. Bockwinkel en Mr. Chr.H. van Dijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
De redactie blikt terug met vertrekkend redactielid en oud-directeur van het PIV, Theo Kremer, op zijn loopbaan in de letselschadewereld en zijn drijfveren in het werk. Kremer wordt gevraagd naar de verbeteringen die zich gedurende zijn werkzame leven in de letselschadepraktijk hebben voorgedaan en zijn wensen voor de toekomst van de branche. Kremer benoemt diverse mogelijkheden om de afwikkeling van claims te bekorten: invoering van de directe verzekering, normering en de geschillenanalyse. |
Artikel |
De (Belgische) Wet Medische Ongevallen en het medisch ongeval zonder aansprakelijkheid |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | Belgische Wet Medische Ongevallen, Fonds Medische Ongevallen, abnormale schade, medisch ongeval zonder aansprakelijkheid (MOZA), vermijdbare schade |
Auteurs | Dr. W. Buelens |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 20 juni 2018 verdedigde de auteur succesvol zijn doctoraal proefschrift over het medisch ongeval zonder aansprakelijkheid. Dit begrip omvat een nieuw, subjectief vergoedingsrecht voor slachtoffers van medische ongevallen, los van de aansprakelijkheid van een zorgverlener, en werd ingevoerd door de wet van 31 maart 2010 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg. Deze bijdrage bevat enkele krachtlijnen met betrekking tot de invulling van dit begrip. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | herstelrecht, restorative justice, just culture, medische aansprakelijkheid, schade |
Auteurs | Mr. B.S. Laarman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt onderzocht wat er vanuit een ‘herstelgericht’ perspectief te zeggen is over de afwikkeling van medische schade. Biedt restorative just culture aanknopingspunten voor een afwikkeling van medische schade die beter aansluit bij de behoeften van betrokkenen? |
Artikel |
Eén medisch adviseur empirisch onderzocht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | medisch adviseur, empirisch, letselschade |
Auteurs | Prof. mr. G. van Dijck |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel doet verslag van een onderzoek waarin is getest of letselschadezaken sneller en tegen minder kosten kunnen worden afgewikkeld in een procedure met één medisch adviseur (1MA) in vergelijking met een procedure met twee medisch adviseurs (2MA). Een veldexperiment met 129 zaken die willekeurig werden toegewezen aan de 1MA- en 2MA-groep is opgezet om te testen of de procedure zou leiden tot verschillen tussen de twee procedures in termen van doorlooptijden en kosten. De resultaten laten verschillen zien tussen de twee procedures ten gunste van de 1MA-procedure, in ieder geval ten aanzien van de looptijd; het bewijs dat de 1MA-procedure met lagere kosten gepaard ging dan de 2MA-procedure is op zijn best genomen zwak. In samenhang met eerder empirisch onderzoek lijkt de conclusie vooral te zijn dat tijdwinst en kostenbesparing kunnen worden bereikt door het beperken van mogelijkheden tot extra handelingen en discussie. Dit kan met een 1MA-procedure, maar dit is geen garantie voor snellere doorlooptijden en lagere kosten. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | artikel 6:106 BW, begroting immateriële schade, duur van het lijden |
Auteurs | Mr. dr. M.R. Hebly |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt de betekenis van de duur van het lijden bij begroting van immateriële schade in verband met blijvend letsel en wegens dodelijk letsel geanalyseerd. Volgens de Hoge Raad is de duur van het lijden een omstandigheid die de rechter bij de begroting van het smartengeld in het bijzonder dient mee te wegen, maar in de literatuur wordt opgemerkt dat de betekenis van deze factor niet steeds duidelijk is. Deze bijdrage geeft de stand van zaken in de rechtspraak en in de Nederlandstalige literatuur weer en biedt een nadere analyse van de betekenis van de duur van het lijden. |
Jurisprudentie |
Aansprakelijkheidsrecht dient ook emotionele belangenHof Arnhem-Leeuwarden 15 mei 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:4396 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | verklaring voor recht, emotioneel belang, obductieverslag |
Auteurs | Mr. dr. M. Opdam |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een moeder heeft recht op inzage in het obductieverslag van haar overleden zoon. Het beroepsgeheim wordt doorbroken op grond van een zwaarwegend belang. Daarbij speelt ook het emotionele belang van de moeder om opheldering te krijgen over de doodsoorzaak een rol. Het aansprakelijkheidsrecht dient volgens het hof niet alleen een vergoedingsbelang, maar kan ook bijdragen aan de bevrediging van emotionele belangen. In deze annotatie wordt de waarde van een (zuiver) emotioneel belang in het aansprakelijkheidsrecht besproken. |
Jurisprudentie |
Dat de Hoge Raad in 2019 arrest moge wijzenHof Arnhem-Leeuwarden 27 november 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:10336 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid hulpverlener, ongeschikte hulpzaak, toerekening, objectieve onbekendheid, afweging factoren |
Auteurs | Mr. dr. R.P. Wijne |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, wanprestatie, hulpzaken, medische hulpmiddelen, ongeschikt |
Auteurs | Mr. dr. J.T. Hiemstra |
SamenvattingAuteursinformatie |
In haar recent verschenen proefschrift onderzoekt de auteur in hoeverre het risico dat voortvloeit uit het gebruik van ongeschikte medische hulpzaken voor rekening van de hulpverlener dient te komen. In dit artikel worden de belangrijkste bevindingen uit dit onderzoek uiteengezet. De auteur komt tot de conclusie dat het risico dat voortvloeit uit het gebruik van ongeschikte medische hulpzaken in beginsel voor rekening van de hulpverlener komt. De redelijkheid zal niet snel gebieden dat het risico dient te worden verschoven naar de patiënt. |
Jurisprudentie |
Welke gevolgen kan deelfraude hebben voor de vordering van de claimant op de aansprakelijke partij en diens verzekeraar?HR 6 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1103 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | sanctie, claimant, Deelfraude, fraude, Aansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. J.G. Keizer |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Hoge Raad heeft duidelijk gemaakt dat de regel uit het verzekeringsrecht dat (deel)fraude tot algeheel verval van het recht op uitkering kan leiden (art. 7:941 lid 5 BW), niet analoog toegepast kan worden in de personenschadepraktijk als de claimant tegenover de verzekeraar van de aansprakelijke partij (deel)fraude pleegt. Is een aan artikel 7:491 lid 5 BW verwante wettelijke regel voor de personenschadepraktijk daarom nodig en wenselijk, of bestaan er al voldoende mogelijkheden om (deel)fraude effectief te sanctioneren? |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | affectieschade, shockschade, wetsvoorstel affectieschade, smartengeld, nabestaanden |
Auteurs | Prof. mr. S.D. Lindenbergh |
SamenvattingAuteursinformatie |
De invoering van het ‘wetsvoorstel affectieschade’ roept een aanspraak op smartengeld in het leven voor naasten en nabestaanden. Dat roept vervolgens de vraag op hoe deze aanspraak zich verhoudt tot het recht op schadevergoeding van iemand die door confrontatie met een schokkende gebeurtenis geestelijk letsel heeft opgelopen. Daarover gaat deze bijdrage. |
Artikel |
Angst voor de dood als schade(post) |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | angstschade, doodsangst, angst, dood, overlijden |
Auteurs | A.M. Overheul LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage gaat over angst voor de dood als schade(post) in het Nederlandse recht. Aanleiding hiervoor is een arrest van het Franse Cour de Cassation, waarin het Hof arrest wijst over angst voor de dood. De auteur spitst angst als schade toe op de dood, waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen drie verschillende situaties: het slachtoffer weet niet óf hij doodgaat; het slachtoffer heeft het ongeval – tegen de verwachting in – overleefd en het slachtoffer weet dat hij gaat overlijden. |
Artikel |
U vraagt, wij draaien iets andersEen empirische studie naar wat benadeelden zoeken en krijgen in zaken over seksueel misbruik door de rooms-katholieke kerk |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | seksueel misbruik, rooms-katholieke kerk, slachtoffers, klachtenprocedure, compensatie |
Auteurs | Prof. mr. G. van Dijck |
SamenvattingAuteursinformatie |
De wereldwijde belangstelling die het seksueel misbruik door de rooms-katholieke kerk heeft gekregen, heeft in Nederland geresulteerd in een procedure voor slachtoffers van dit seksueel misbruik in Nederland. Deze bijdrage doet verslag van een onderzoek waarin is geanalyseerd (1) of benadeelden kregen wat zij zochten, en (2) wat daarnaast verklaarde waarom de geschilbeslechters overgingen tot het toekennen van niet-financiële compensatie zoals excuses, erkenning van het leed en erkenning van het seksueel misbruik. |
Jurisprudentie |
De Hoge Raad over het recht op inzage van de patiënt in de medische analyse van een adviseur van de aansprakelijkheidsverzekeraar van het ziekenhuisHR 16 maart 2018, ECLI:NL:HR:2018:365 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | artikel 843a Rv, artikel 35 Wbp, inzagerecht, medisch advies |
Auteurs | Mr. ir. J.P.M. Simons |
SamenvattingAuteursinformatie |
Na door een patiënt aansprakelijk te zijn gesteld, heeft de aansprakelijkheidsverzekeraar van het ziekenhuis, zonder medeweten van de patiënt, een radioloog geraadpleegd. Op grond van artikel 843a Rv vordert de patiënt bij het Hof Amsterdam inzage in de medische analyse van de radioloog, daarbij nadrukkelijk refererend aan het inzagerecht op grond van de Wbp. Het hof wijst de vordering af. De Hoge Raad bekrachtigt dit oordeel. De medische analyse van de radioloog betreft geen persoonsgegevens in de zin van Richtlijn 95/46/EG. Op grond van de Wbp komt de patiënt daarom geen recht toe op inzage in de medische analyse. |
Artikel |
De informatieplicht van een zorgaanbieder bij de afwikkeling van medische schadeOver finale kwijting, geschilleninstanties en ongeïnformeerde patiënten |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | Wkkgz, medisch, schade, informatieplicht, informed consent |
Auteurs | Mr. B.S. Laarman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Schikkingsonderhandelingen in de Wkkgz-voorfase en bindend advies worden vaak afgerond met een vaststellingsovereenkomst. De aard van de vaststellingsovereenkomst geeft veel gewicht aan de wilsvorming vooraf. Dat veronderstelt een informatieplicht. In de Wkkgz-voorfase betekent de informatieplicht dat een vaststellingsovereenkomst bij voorkeur pas wordt gesloten na deskundig advies. Een zorgaanbieder die zich achteraf op de verplichtingen uit het bindend advies van een geschilleninstantie wil beroepen, zal eveneens aan zijn informatieplicht moeten voldoen. De wijze van informatieverstrekking van de geschilleninstanties is dermate gebrekkig, dat aantasting van het bindend advies achteraf goed denkbaar is. Inspiratie wordt gezocht bij het medisch informed consent. |
Artikel |
De actualiteit en toekomst van de toepassing van whiplashjurisprudentie buiten whiplashzaken |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | whiplash, niet-whiplashzaken, causaal verband, elektrocutie, hondenbeet |
Auteurs | Mr. S. Boer en Mr. C. van der Roest |
SamenvattingAuteursinformatie |
Steeds vaker wordt in niet-whiplashzaken een beroep gedaan op de zogenaamde whiplashjurisprudentie. Met een beroep op de redeneringen uit deze jurisprudentie wordt door benadeelden getracht om het bestaan van veelal substraatloze klachten en het (juridisch) causaal verband tussen deze klachten en beperkingen en het incident aan te tonen. Is toepassing van de whiplashjurisprudentie in niet-whiplashzaken gerechtvaardigd, of is daarmee het spreekwoordelijke hek van de dam? Door middel van een analyse van de whiplashjurisprudentie en recente jurisprudentie in niet-whiplashzaken komen de auteurs tot de conclusie dat een juiste toepassing van de zogenoemde causaliteitsregels uit de whiplashjurisprudentie in niet-whiplashzaken tot rechtvaardige uitkomsten leidt, mits men daarbij de hoofdregel en de beginselen van het bewijsrecht niet uit het oog verliest. |