In de rechtspraktijk vormen ontbindende en opschortende voorwaarden een vaak gebruikte rechtsfiguur bij overeenkomsten. Veelal hebben partijen bij een overeenkomst een vorm van invloed op het toekomstige intreden of vervallen van een dergelijke voorwaarde. Deze partij-invloed wordt door het recht in beginsel aanvaard en is derhalve als breed uitgangspunt ook mogelijk. Op dit uitgangspunt bestaan echter twee beperkingen: de vaak veronderstelde onmogelijkheid van (vormen van) potestatieve voorwaarden en de redelijkheid en billijkheid die leiden tot toepassing van artikel 6:23 BW. Onderzocht wordt in welke gevallen deze beperkingen van de partij-invloed toepassing vinden en welke mogelijkheden bestaan om met deze beperkingen contractueel om te gaan. |
Casus |
Partij-invloed op het intreden of vervallen van voorwaarden |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Ontbindende voorwaarde, Opschortende voorwaarde, Potestatieve voorwaarde, Artikel 6:23 BW |
Auteurs | Mr. dr. H. Stolz |
SamenvattingAuteursinformatie |
Praktijk |
Update mededingingsrechtelijke aspecten van postcontractuele concurrentieverboden in franchiseovereenkomsten |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Franchise, Postcontractuele concurrentieverboden, Verticaal mededingingsrecht, Nevenrestrictie |
Auteurs | Mr. H.E. Urlus |
SamenvattingAuteursinformatie |
De bijdrage ziet op mededingingsrechtelijke ontwikkelingen bij postcontractuele concurrentieverboden in franchiseovereenkomsten en de implicaties van de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie in de beschikking La Retoucherie de Manuele. De auteur stelt de vraag of dergelijke bedingen in de context van franchise nog kunnen worden aangemerkt als noodzakelijke nevenrestricties. Dat is van belang, omdat dergelijke nevenrestricties zijn onttrokken aan mededingingsrechtelijke toetsing, waardoor de merkbaarheid geen rol meer speelt. De auteur wijst erop dat bij een mededingingsrechtelijke toetsing van postcontractuele concurrentieverboden meer factoren van belang zijn dan slechts een belangenafweging tussen partijen. |
Artikel |
Schadebegroting bij een doorberekeningsverweer en een bijgestelde maatstaf voor voordeelstoerekening |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Kartelschade, Passing-on verweer, Schadebegroting, Voordeelstoerekening |
Auteurs | Prof. mr. A.L.M. Keirse en Mr. dr. M. van Kogelenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
In lijn met Europees schadevergoedingsrecht wendt de Hoge Raad overcompensatie af. In de recente follow-on kartelschadeprocedure TenneT c.s/ABB c.s. maakt de Hoge Raad namelijk de weg vrij voor een consistente toekenning van het zogenoemde passing-on verweer. Daarbij geeft hij te kennen ruimer te zijn gaan denken over het leerstuk van voordeelstoerekening. In deze bijdrage wordt het belang van deze ontwikkelingen voor zowel het mededingingsrecht als het algemene schadevergoedingsrecht geduid. |
Artikel |
De niet-opzegbare duurovereenkomstDuurovereenkomst door samenhang met stichtingsstatuten Stichting Gooisch Natuurreservaat niet-opzegbaar |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | Niet-opzegbaar, Duurovereenkomst, Samenhang stichtingsstatuten, Exploitatiebijdrage, Participantenovereenkomst |
Auteurs | Mr. I.S.J. Houben en Mr. J. Nijland |
SamenvattingAuteursinformatie |
Auteurs bespreken in deze bijdrage hoe het arrest van de Hoge Raad van 15 april 2016 met betrekking tot een geschil over de opzegbaarheid van een duurovereenkomst tussen enerzijds de gemeente Amsterdam en anderzijds verschillende Gooise gemeenten en de provincie Noord-Holland (HR 15 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:660, NJ 2016/236, Stichting Gooisch Natuurreservaat) moet worden bezien in het licht van staande jurisprudentie met betrekking tot de opzegbaarheid van duurovereenkomsten. Het uitgangspunt blijft dat duurovereenkomsten voor onbepaalde tijd kunnen worden opgezegd. |
Praktijk |
Eigendomsvoorbehoud: de inwerking van een contract op goederenrecht |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | Eigendomsvoorbehoud, Opschortende voorwaarde, Verpanding, Sale of Goods Act, Weens Koopverdrag |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
Eigendomsvoorbehoud is volgens artikel 3:92 BW levering van een zaak onder opschortende voorwaarde van betaling van de koopsom. De Hoge Raad oordeelde in zijn arrest van 3 juni 2016 in de zaak Rabobank/Reuser dat de verkrijger onder eigendomsvoorbehoud de zaak rechtsgeldig kan verpanden voordat de opschortende voorwaarde is vervuld. De pandhouder verkrijgt dan een pandrecht onder opschortende voorwaarde van eigendomsverkrijging door de pandgever. In Engeland stond eigendomsvoorbehoud in the picture in het arrest van het UKSC van 11 mei 2016 in de zaak Res Cogitans. Op een overeenkomst die een eigendomsvoorbehoud bevat en bepaalt dat de gekochte zaak mag worden verbruikt voordat betaling van de koopsom heeft plaatsgevonden, is de Sale of Goods Act niet van toepassing. Beide arresten en hun gevolgen voor de rechtspraktijk worden besproken. |
Casus |
Wanneer het lekt bij de buurman: het contractueel afdichten van meldingsplichtige datalekken |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | Privacy, Bewerkersovereenkomst, Meldplicht, Datalek, Beveiliging |
Auteurs | Mr. F.C. van der Jagt |
SamenvattingAuteursinformatie |
Sinds 1 januari 2016 zijn bedrijven verplicht om datalekken te melden bij de Autoriteit Persoonsgegevens en in bepaalde gevallen ook bij de personen van wie gegevens ‘gelekt’ zijn. De verwerking van persoonsgegevens wordt vaak deels uitbesteed aan een derde partij, zoals een cloudserviceprovider. In dit artikel wordt uiteengezet op welke wijze contractuele afspraken kunnen helpen om op een doeltreffende wijze uitvoering te kunnen geven aan de meldplicht datalekken wanneer het eigenlijke datalek bij een derde partij plaatsvindt. |
Casus |
De arbitrageovereenkomst in (overname)contracten |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2016 |
Auteurs | Mr. L.J.E. Timmer |
SamenvattingAuteursinformatie |
De geschillenclausule wordt door transactieadvocaten regelmatig behandeld als een boilerplate-bepaling, waar de litigators zich over mogen ontfermen op het moment dat er een geschil ontstaat. De keuze voor arbitrage of overheidsrechtspraak kan echter van enorm belang zijn voor contractspartijen als er een conflict ontstaat. |
Praktijk |
Update rechtspraak non-concurrentiebeding in de franchiseovereenkomst |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2016 |
Auteurs | Mr. J.H. Kolenbrander |
Auteursinformatie |
Artikel |
Copy, pasteOver de uitleg van boilerplate-bedingen en wat kunnen we leren van het Amerikaanse recht |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2016 |
Auteurs | Mr. J.W.A. Dousi |
Auteursinformatie |
Praktijk |
All-inprijs ambtshalve getoetst |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2016 |
Trefwoorden | Koop op afbetaling, Consumentenkrediet, Telefoonabonnement, algemene voorwaarden, ambtshalve toetsing |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 12 februari 2016 een nieuw hoofdstuk toegevoegd aan de sage over de ‘gratis’ mobiele telefoon. Op 13 juli 2014 maakte de Hoge Raad in het arrest Lindorff/Statia duidelijk dat de verstrekking van een mobiel bij een telefoonabonnement niet gratis is, maar als koop op afbetaling c.q. consumentenkrediet moet worden beschouwd. Op 12 februari 2016 voegt de Hoge Raad toe dat ten aanzien van de koop op afbetaling c.q. het consumentenkrediet ambtshalve moet worden getoetst of de overeenkomst onredelijk bezwarend is jegens de consument. De all-in prijsbepaling is volgens de Hoge Raad een kernbeding. |
Praktijk |
De internationale koop van een hijskraan: over rente en voordeelstoerekening |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2016 |
Trefwoorden | Weens Koopverdrag, voordeelstoerekening, Koop, Ontbinding, Rente |
Auteurs | Mr. Drs. J.H.M. Spanjaard |
Auteursinformatie |
Artikel |
De zorgplicht van de franchisegever: bijzonder of niet? |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2016 |
Trefwoorden | franchise, zorgplicht, Nederlandse en Franchise Code, exploitatieprognose, precontractuele fase |
Auteurs | Mr. A.M.A. Schwegler |
Samenvatting |
Op 17 februari jl. werd na een moeizame periode van consultatie de Nederlandse Franchise Code geïntroduceerd. In ‘De zorgplicht van de franchisegever: bijzonder of niet?’ bespreekt Angela Schwegler de precontractuele zorgplicht van de franchisegever die een exploitatieprognose aan een potentiële franchisenemer verstrekt. De positie van de franchisenemer en met name zijn eigen verantwoordelijkheid, dient bij een eventuele wettelijke verankering van de Nederlandse Franchise Code en de rol die deze code zal gaan spelen in de rechtspraak, aldus de auteur, niet uit het oog verloren te worden. Want, zo concludeert zij, “de zorgplicht van de franchisegever, die is zo bijzonder niet”. |
Discussie |
Hoe veilig is uw contract naar Frans recht? |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2016 |
Auteurs | J. Kien |
Auteursinformatie |