De Dienstenrichtlijn bevat een opmerkelijke wetgevingshypothese voor het omgevingsrecht: dat schaarse vergunningen in het bijzonder geschikt zijn voor het management van schaarse natuurlijke hulpbronnen en dat deze door een selectie tussen gegadigden verdeeld moeten worden. Wat maakt schaarse vergunningen voor natuurlijke schaarste zo bijzonder? Deze bijdrage verkent deze hypothese in het licht van de economische theorie en een analyse van de betekenis van schaarste voor publieke rechten. Het resultaat is een economische blik op het omgevingsrecht en enkele reflecties op de rechtsontwikkeling van schaarse publieke rechten. |
Zoekresultaat: 7 artikelen
De zoekresultaten worden gefilterd op:Tijdschrift Tijdschrift voor Omgevingsrecht x
Redactioneel |
Participatie in en onder de Omgevingswet |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 3 2019 |
Auteurs | Mr. H.A.J. (Henk) Gierveld |
Auteursinformatie |
Artikel |
Economie en omgevingsrecht: schaarse vergunningen voor natuurlijke schaarste |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | schaarse rechten, verdelingsrecht |
Auteurs | Mr. O. (Olaf) Kwast |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De introductie van private partijen in het bouwtoezicht. Waar moeten we om denken? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | privatisering, bouwtoezicht, inperking negatieve effecten, Wet kwaliteitsborging voor het bouwen |
Auteurs | Mr. A. (Annalies) Outhuijse |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen realiseert de privatisering van het bouwtoezicht. Eerdere ervaringen, in binnen- en buitenland, laten zien dat de privatisering van toezicht gepaard kan gaan met negatieve effecten. Dit artikel bekijkt hoe privaat toezicht in de bouwsector kan worden geïntroduceerd, gelet op de mogelijke negatieve effecten, knelpunten en belangen van de diverse actoren. De auteur besluit met het formuleren van enkele aanbevelingen ter inperking van de mogelijke negatieve effecten. |
Artikel |
Maatschappelijk verantwoord ondernemen in NederlandHoe vrijwillig/verplicht* is dat? (* doorhalen wat niet van toepassing is) |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 1 2015 |
Trefwoorden | Maatschappelijk verantwoord ondernenmen, Duurzaamheid, Verplichting |
Auteurs | mr. H.J. Zwalve-Erades |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel bespreekt de auteur de juridische status van MVO in Nederland aan de hand van de volgende twee vragen: in hoeverre wordt het Nederlandse bedrijfsleven (dat wil zeggen: ondernemingen waarvan de hoofdvestiging statutair in Nederland is gevestigd) door middel van wet- en regelgeving gedwongen tot (bepaalde aspecten van) MVO en zo er al sprake is van een wettelijke verplichting, wie draagt in dat geval zorg voor de handhaving van deze regels? |
Artikel |
Omgevingswet: gemiste of benutte kansen? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 2 2012 |
Trefwoorden | Omgevingswet, integraal toetsingskader, omgevingsverordening, gefaseerde invoering, rechtsbescherming |
Auteurs | Prof. dr. F.P.C.L. Tonnaer |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Omgevingswet beoogt de veelheid aan wetten in het omgevingsrecht te integreren. In deze bijdrage bespreekt de auteur enkele dilemma’s in het wetgevingsproces. Daarbij wordt in het bijzonder aandacht besteed aan: de voorlopige keuze van de minister om de gemeentelijke structuurvisie niet te verplichten, een herhaald pleidooi voor het streven naar een integraal toetsingskader voor omgevingsvergunningen, de problematiek die samenhangt met het hanteren van twee procedures voor onderdelen van de gemeentelijke omgevingsverordening en de (te) rooskleurige manier waarop de minister aankijkt tegen de invoering van de Omgevingswet. |
Discussie |
Duurzaam ruimtegebruik in de grensstreek |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2010 |
Trefwoorden | ruimtegebruik, grensoverschrijdend, regionaal, afstemming, rechtsmacht |
Auteurs | Mr. Y.M. Denissen-Visscher |
SamenvattingAuteursinformatie |
De ruimtelijke sturingsfilosofie en het ruimtelijk juridisch instrumentarium maken het mogelijk om duurzaam ruimtegebruik binnen Nederland te realiseren. Voor duurzaam gebruik van ruimte die de Nederlandse grens overschrijdt, geldt dit niet. De betrokken staten c.q. overheden bezitten op dit gebied geen grensoverschrijdende rechtsmacht en de Europese Unie is niet bevoegd om de ruimtelijke ordening in en/of tussen de lidstaten te regelen. Duurzaam ruimtegebruik in de grensstreek vraagt om een grensoverschrijdende ruimtelijke visie en om grensoverschrijdende besluitvorming over de inrichting en het gebruik van de ruimte. Als hiervoor geen geschikte juridische instrumenten kunnen worden gevonden, dan zou de Europese Unie net als bij het Europees milieubeleid meer bevoegdheden moeten krijgen tot het (indirect) beïnvloeden van de ruimtelijke ordening tussen de lidstaten. |
Jurisprudentie |
MER Vliegveld Lelystad: driemaal is geen scheepsrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 04 2007 |
Trefwoorden | Milieueffectrapportage, Planologische kernbeslissing, Zorgvuldigheid, Afdeling bestuursrechtspraak van de raad van state, Bestuursorgaan, E-business, Exploitant, Fout, Geluidszone, Inzage |
Auteurs | Pieters, S. |