Op 21 februari 2020 wees de Hoge Raad een tweetal beschikkingen waarin de vraag naar de mogelijkheid van gedeeltelijke ontbinding en het toetsingsmoment van ontbindingsbeschikkingen in hoger beroep centraal stond. Op beide punten was nadere richting gewenst. De Kolom-beschikking kon vermoeden dat een belangrijke stap gezet was richting de mogelijkheid van een gedeeltelijke ontbinding. Niets blijkt minder waar, getuige het oordeel in de Victoria-beschikking, of toch…? Ook de vraag naar het toetsingsmoment van ontslagzaken in hoger beroep heeft de gemoederen beziggehouden. De Hoge Raad komt niet tot een uniform antwoord. Gaat het om een afgewezen ontbindingsbeschikking, dan is de toetsing in hoger beroep ex nunc; gaat het om een toegewezen ontbindingsbeschikking, dan is de toetsing ex tunc. Deze bijdrage onderwerpt de twee beschikkingen aan een nadere analyse. |
Annotatie |
Gedeeltelijke beëindiging en het toetsingsmoment in ontslagzakenHR 21 februari 2020, ECLI:NL:HR:2020:283 (werkneemster/Schoonmaakbedrijf Victoria B.V.) en ECLI:NL:HR:2020:284 (werknemer/werkgever) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | Gedeeltelijke ontbinding, Ex tunc, Ex nunc, Vermindering arbeidsduur, Wijziging arbeidsvoorwaarden |
Auteurs | Mr. dr. D.M.A. Bij de Vaate |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Verbetert het cabinekampeerverbod de verblijfsomstandigheden van internationale vrachtwagenchauffeurs tijdens hun rust van 45 uur?Over de implicaties van de beslissing van het HvJ EU in Vaditrans |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | Transportsector, Intra EU-arbeidsmigranten, Internationale vrachtwagenchauffeurs (interviews), Cabinekampeerverbod, Vaditrans (HvJ EU, C-102/16) |
Auteurs | A.M.H. van der Hoeven LLM, MSc en Prof. dr. M.J. van Meeteren |
SamenvattingAuteursinformatie |
Eind 2017 bepaalde het HvJ EU dat de vrachtwagencabine geen geschikte plek is voor vrachtwagenchauffeurs om hun normale wekelijkse rust door te brengen. Sindsdien geldt in de hele EU het zogenoemde cabinekampeerverbod. Op basis van kwalitatief empirisch onderzoek onder internationale vrachtwagenchauffeurs wordt in dit artikel onderzocht in hoeverre het HvJ EU met deze uitspraak de verblijfsomstandigheden van (internationale) vrachtwagenchauffeurs tijdens hun normale wekelijkse rust daadwerkelijk heeft verbeterd. De resultaten laten zien dat een aanzienlijk deel van de geïnterviewde chauffeurs met het verbod geen verbetering van deze verblijfsomstandigheden ervaart. Het totaalverbod doet geen recht aan de diversiteit aan wensen van chauffeurs. Bovendien wordt aan de praktische randvoorwaarden zoals beschikbaarheid van beveiligde parkeerplaatsen nabij betaalbare hotels momenteel niet voldaan. Gelet op dit alles ligt het niet in de rede dat het verbod op korte termijn tot een verbeterd verblijf tijdens de 45 uur rust zal leiden. |