De informatieverplichting bij overgang van onderneming heeft in de nationale rechtspraak nooit een grote rol gespeeld. Dat lijkt te zijn veranderd door hetgeen de Hoge Raad in het arrest Bos/Pax heeft overwogen: onvoldoende informatievoorziening kan ertoe leiden dat de werknemer geen afgewogen keuze heeft kunnen maken wel of niet mee over te gaan, hetgeen tot gevolg kan hebben dat een niet-overgegane werknemer jaren later alsnog een andere werkgever blijkt te hebben. Deze uitspraak heeft daarom belangrijke gevolgen voor de praktijk. |
Jurisprudentie |
Overgang van onderneming: wat niet weet, deert tochHR 26 juni 2009, JAR 2009/183 (Frits Bos/Pax Integrated Logistics B.V.) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2009 |
Trefwoorden | overgang van onderneming, informatieverplichting, goed werkgeverschap |
Auteurs | Dr. R.M. Beltzer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Jurisprudentie |
Wie is titularis van het recht op informatie en raadpleging?HvJ EG 16 juli 2009, Mono Car Styling SA tegen Dervis Odemis, C-12/08 |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2009 |
Trefwoorden | collectief arbeidsrecht, informatie, consultatie, art. 6 EVRM, Richtlijn collectief ontslag |
Auteurs | Prof. dr. F. Dorssemont |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het arrest Mono Car Styling onderzoekt het Hof van Justitie de aard van het recht op informatie en raadpleging in de Richtlijn Collectief Ontslag (98/59/EG). De concrete aanleiding hield verband met het feit dat de Belgische omzettingswet (de Wet Renault) aan individuele werknemers een ongelijke toegang tot de rechter bood in vergelijking met ‘collectieve actoren’ (werknemersvertegenwoordigers in de ondernemingsraad, representatieve werknemersorganisaties) om de correcte naleving van de informatie- en raadplegingsprocedure bij collectief ontslag te betwisten. Het Hof oordeelt dat het recht op informatie en raadpleging een collectieve natuur heeft. Er is dan ook geen reden om aan te nemen, dat de ongelijke toegang tot de rechter ten nadele van het individu afbreuk zou doen aan het beginsel van effectieve rechtsbescherming (access to justice – artikel 6 EVRM). In deze bijdrage wordt de door het Hof gevolgde redenering op twee gronden bekritiseerd. Het Hof heeft onvoldoende oog voor de relevantie van mensenrechtelijke instrumenten waarin het recht op informatie en raadpleging opduikt. Een Reflexwirkung van deze instrumenten bij de interpretatie van de Richtlijn Collectief Ontslag is aangewezen. Deze had tot een andere uitkomst kunnen leiden. Het Hof heeft bovendien de individuele ontslagrechtelijke bescherming die inherent is aan het mechanisme van de Richtlijn Collectief Ontslag onvoldoende meegewogen. Bij nader inzien is geenszins sprake van een systematische interpretatie van de Richtlijn Collectief Ontslag. |
Artikel |
Over getuigschriften en zo100 jaar Wet op de arbeidsovereenkomst |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2009 |
Trefwoorden | wet op de arbeidsovereenkomst, historie, gezichtspunten, ontwikkelingen |
Auteurs | Mr. R.A.A. Duk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel is de bewerking van een op 31 mei 2007 voor de Vereniging van Arbeidsrecht gehouden voordracht over 100 jaar Wet op de arbeidsovereenkomst. In vervolg op uiteenzettingen van Levenbach en Van der Grinten bij het 50- en 75-jarig bestaan van die wet wordt bezien hoe wetgeving en rechtspraak zich in die periode hebben ontwikkeld, met een zwaar accent op de periode sinds 1982, wat aanleiding geeft tot enkele beschouwingen over de rol van wetgever en rechter in het arbeidsrecht, nu en in de toekomst. |
Boekbespreking |
L.G. Verburg, Het territoir van de (Nederlandse) ondernemingsraad in het internationale bedrijfsleven |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2009 |
Trefwoorden | WOR, adviesrecht OR, grensoverschrijdende besluitvorming, toerekening, Europese ondernemingsraad, structuurregeling |
Auteurs | Mr. J. Lamers (red.) e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Verburg signaleert in zijn proefschrift een spanningsveld tussen grensoverschrijdende besluitvorming en de invloed van de ondernemingsraad die tot het Nederlandse territoir beperkt is. Het proefschrift is een aanwinst voor de medezeggenschapsrechtspraktijk door de inzichtelijke wijze waarop Verburg de reikwijdte van het adviesrecht en de jurisprudentie over toerekening in de internationale context beschrijft. De recensenten beschrijven de onderwerpen van het proefschrift en verdiepten zich in de vraag hoe het gesignaleerde ‘medezeggenschapsgat’ kan worden verkleind. Dat leidde tot reflecties over de Europese dimensie van de medezeggenschap, aanbevelingen aan de wetgever en een actualisering van de literatuur en de jurisprudentie tot eind 2008. |
Jurisprudentie |
De OR en het enquêterecht; van SKON tot AHAMOndernemingskamer 10 december 2008, JAR 2009/14 |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2009 |
Trefwoorden | enquêterecht, ondernemingsraad, misbruik van bevoegdheid, ontslag statutair bestuurder |
Auteurs | Mr. I. Zaal |
SamenvattingAuteursinformatie |
Eind 2008 maakt de PVT van AHAM gebruik van een haar bij overeenkomst toegekend enquêterecht. Deze zaak betreft de vierde keer dat een medezeggenschapsorgaan met succes een enquête entameert. Naar aanleiding van deze jurisprudentie onderzoekt de auteur in hoeverre de OR of PVT gebruik kan maken van het enquêterecht en welke mogelijkheden dit biedt voor medezeggenschapsorgaan, bestuur(der) en vennootschap. |