In deze bijdrage bespreken de auteurs de vraag welke publiek- en privaatrechtelijke mogelijkheden er bestaan om op permanente wijze een bank (of andere financiële instelling) te beschermen tegen beleid dat niet gericht is op het publieke belang. Daarbij worden mogelijke publiek- en privaatrechtelijke instrumenten vergeleken en geplaatst in een nationaal- en Europeesrechtelijk kader. Aangezien publiekrechtelijke instrumenten uit hoofde van de Interventiewet slechts onder bepaalde voorwaarden inzetbaar zijn (dreigende insolventie van de onderneming of instabiliteit van het financieel stelsel) en traditionele beschermingsconstructies slechts kunnen worden ingezet ter voorkoming van vijandige overnames, zien de auteurs mogelijkheden voor het gebruik van aanvullende privaatrechtelijke instrumenten ter stimulering van beleid van banken gericht op het publieke belang. |
Casus |
Governance en bescherming van banken |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2014 |
Trefwoorden | banken, publiek belang, publiek aandeelhouderschap, privatisering, Interventiewet, overheidsinvloed, vijandige overnames, beschermingsconstructies, certificering |
Auteurs | Prof. mr. D.F.M.M. Zaman, Mr. G.M. Portier en Mr. dr. J. Nijland |
SamenvattingAuteursinformatie |
Praktijk |
De wenselijkheid van beheerst beloningsbeleid in de financiële sector |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2014 |
Trefwoorden | beheerst beloningsbeleid, bonusplafond, beloningen, financiële ondernemingen |
Auteurs | Mr. drs. A.M. Helstone |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de afgelopen zes jaar heeft de regulering van variabele beloning bij financiële ondernemingen na de val van Lehman Brothers niet stilgestaan. In dit verband wordt er met name in Nederland een niet-aflatende strijd voor beheerst beloningsbeleid in de financiële sector gevoerd. Deze bijdrage richt zich op de belangrijkste initiatieven voor regulering van beloningen bij financiële ondernemingen van de afgelopen zes jaar. Hierbij wordt ook stilgestaan bij de recente voornemens van de Nederlandse wetgever om een bonusplafond van 20% te introduceren voor alle medewerkers die werkzaam zijn in de financiële sector. Daarbij wordt ook ingegaan op de vraag in hoeverre het wenselijk is dat deze nieuwe regels naast de bestaande regels zullen worden geïntroduceerd. |
Praktijk |
Prijs- en waardebepaling van aandelen in besloten vennootschappen in ondernemingsrechtelijke procedures |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 2 2014 |
Trefwoorden | Prijsbepaling, waardebepaling, blokkeringsregeling, uitkoopprocedure, geschillenregeling |
Auteurs | Mr. J. van Borssum Waalkes en Drs. E. van der Schans |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de praktijk blijkt de prijs- en waardebepaling van aandelen in besloten vennootschappen in het kader van ondernemingsrechtelijke procedures tussen scheidende aandeelhouders, bij gebreke van statutaire en/of contractuele prijsbepalingsregels, niet zelden een kostbare, tijdrovende aangelegenheid met een onzekere uitkomst, waardoor de rechtszekerheid in het gedrang komt. Aan de hand van een analyse van het huidig wettelijk kader en de rechtspraak omtrent prijs- en waardebepaling van aandelen in ondernemingsrechtelijke procedures doen auteurs een tweetal voorstellen voor aanpassing van de wettelijke regelingen omtrent prijs- en waardebepaling om de gesignaleerde problematiek te mitigeren. |
Praktijk |
Verzekeringssecuritisatie; wie wekt de entiteit voor risicoacceptatie tot leven? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 2 2014 |
Trefwoorden | securitisatie, special purpose vehicle, spv, special purpose reinsurance vehicle, sprv, herverzekering, verzekeringssecuritisatie, entiteit voor risico-acceptatie |
Auteurs | Mr. R.P.L.M. Koopman en Mr. J.C. Lussenburg |
SamenvattingAuteursinformatie |
Ongeveer zes jaar na de introductie van de entiteit voor risicoacceptatie in de Nederlandse toezichtwetgeving is er in de praktijk nog geen gebruik gemaakt van deze bijzondere entiteit. Bovendien lijkt de populariteit van verzekeringssecuritisatie in Nederland achter te blijven bij sommige andere landen in Europa en daarbuiten. In deze bijdrage wordt uitgebreid stilgestaan bij twee vormen van verzekeringssecuritisatie: securitisatie van verzekeringspremies en securitisatie van verzekeringsrisico's. Vanuit een praktisch oogpunt wordt bekeken hoe verzekeringssecuritisatie naar Nederlands recht kan worden vormgegeven. Daarbij wordt onder andere aandacht besteed aan de rol die een entiteit voor risicoacceptatie in een securitisatietransactie kan spelen. |
Redactioneel |
Voorwoord |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2014 |
Praktijk |
Stakebuilding: een gewaagde gok op zekerheid of absoluut geen legitieme gedraging in het biedingsproces? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | marktmisbruik, voorwetenschap, openbare biedingen, stakebuilding, Market Abuse Regulation |
Auteurs | Mr. A.W. van der Vegt |
SamenvattingAuteursinformatie |
Om de kans van slagen van een voorgenomen openbaar bod te vergroten, kan een bieder besluiten een aandelenbelang in de doelvennootschap op te bouwen. Hoewel deze handeling niet ongebruikelijk is in het biedingsproces, bestaat er in de praktijk onduidelijkheid over de toelaatbaarheid hiervan, gelet op de regels ter voorkoming van marktmisbruik. In deze bijdrage gaat de auteur in op de bestaande onzekerheid en formuleert zij aan de hand van de bestaande en toekomstige regelgeving op dit punt een antwoord op de vraag die in de titel wordt gesteld. |
Artikel |
Concentratietoezicht en openbare biedingen |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | concentratietoezicht, openbaar bod, minderheidsbelang, gestanddoening |
Auteurs | Mr. P. Glazener en Mr. S.N. Pabbruwe |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel komt een aantal praktische aspecten van het concentratietoezicht bij openbare biedingen in Nederland aan bod. De auteurs bespreken de verkrijging van zeggenschap in de context van openbare biedingen, het moment waarop een concentratie als gevolg van een openbaar bod moet worden gemeld, en het kopen van aandelen op de markt gedurende de looptijd van het bod. Daarnaast behandelen de auteurs de mogelijkheid om aan gestanddoening van het openbaar bod voorwaarden te verbinden met betrekking tot mededingingsrechtelijke goedkeuring, en de gevolgen van een verbod na gestanddoening van het bod. |
Artikel |
De positie van minderheidsaandeelhouders en het openbaar bod |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | bescherming, minderheidsaandeelhouders, openbaar bod, appraisal, stakeholders, governance |
Auteurs | Mr. W.B. Kuijpers en Mr. dr. A. van der Krans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Indien een aandeelhouder om hem moverende redenen niet ingaat op een uitgebracht openbaar bod verandert zijn situatie verstrekkend. De resterende aandeelhouder kan onder andere worden geconfronteerd met de komst van een meerderheidsaandeelhouder, afhankelijke commissarissen, een waardedaling of afname van liquiditeit en veelal uiteindelijk alsnog verlies van zijn aandelen. Al deze veranderingen kunnen behoorlijk nadelig uitpakken. Recente overnamebiedingen hebben de noodzaak voor extra bescherming van de positie van minderheidsaandeelhouders onderstreept. Hiertoe bespreken de auteurs vijf voorstellen, die alle kunnen bijdragen aan een betere bescherming van minderheidsaandeelhouders rondom een openbaar bod. Hun conclusie luidt dat deze voorstellen, ook in onderlinge samenhang, mogelijk een adequate verbetering van de bescherming van minderheidsaandeelhouders vormen. |
Praktijk |
Het vijandig bod |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | vijandig bod, openbaar bod, activistische aandeelhouder, biedingsregels, stakebuilding, melding zeggenschap, beschermingsconstructie, KPN, América Móvil |
Auteurs | Mr. W.W.C.I.G. Bijveld |
SamenvattingAuteursinformatie |
Vijandige biedingen komen met enige regelmaat voor in de Nederlandse openbarebiedingenpraktijk. Van een ‘vijandig bod’ wordt gesproken indien de besturen van een potentiële bieder en een doelvennootschap geen overeenstemming kunnen bereiken over het voorgenomen openbaar bod van de potentiële bieder. De huidige regelgeving omtrent openbare biedingen behandelt een ‘vijandig bod’ op enkele bepalingen na niet anders dan een volledig openbaar bod. Enkele belangrijke regels die een vijandige bieder tegen zal komen gedurende het biedingsproces zijn onder andere de regels omtrent het melden van zeggenschap, de bepaling over de aankondiging van een vijandig bod, de ‘put up or shut up’-regeling en art. 4 en 5 van de SER Fusiegedragsregels 2000. Naast deze regels zal in het artikel tevens worden ingegaan op de overnamestrijd tussen América Móvil en KPN. |
Artikel |
Corporate governance en belangenconflicten van bestuurders bij openbare biedingen |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | tegenstrijdig belang, openbaar bod, corporate governance, claw back, Bruil, corporate event-regeling, afroomregeling |
Auteurs | Mr. K.L. Tienstra en Prof. mr. W.J. Oostwouder |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteurs bespreken de governanceaspecten van belangenconflicten waarmee bestuurders van een Nederlandse doelvennootschap geconfronteerd kunnen worden, in het kader van een vriendelijk openbaar bod. Na een korte uiteenzetting van de openbaarbodregeling wordt de bij de Wet bestuur en toezicht ingevoerde tegenstrijdigbelangregeling toegepast, waarbij tevens ingegaan wordt op relevante jurisprudentie. Daarna komen de Wft, het Bob en de Code aan de orde. Aan de hand van dit overzicht wordt het position statement van UNIT4 getoetst en slaan zij een brug naar de per 1 januari 2014 ingevoerde corporate event-regeling uit de Wet Claw back, om af te sluiten met een conclusie. |