Aan de hand van twee arresten van de Hoge Raad wordt stilgestaan bij de zorgplicht die op een beroepsbeoefenaar bij het opstellen van een rapport voor een cliënt jegens derden kan rusten en de manier waarop de beroepsbeoefenaar met die zorgplicht kan omgaan. |
Artikel |
De zorgplicht van beroepsbeoefenaren jegens derden en de invloed van gebruiksbedingen en exoneraties in rapportages |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2017 |
Trefwoorden | beroepsaansprakelijkheid, zorgplicht, derden, accountant, makelaar |
Auteurs | Mr. P.H. Kramer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Invulling van de werking van de contractuele redelijkheid en billijkheid bij kredietopzeggingHet onaanvaardbaarheidscriterium van art. 6:248 lid 2 BW vereist een terughoudende toetsing |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2017 |
Trefwoorden | Olympia, kredietopzegging, onaanvaardbaarheidscriterium, terughoudende toetsing |
Auteurs | Mr. A.H. van der Staak |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Gerechtshof Den Haag heeft recent een arrest gewezen over de toetsing van een kredietinperking. De auteur analyseert de uitspraak en vraagt zich af of het hof het juiste criterium heeft toegepast. Volgens hem past een strenge en tot terughoudendheid nopende toetsing – zeker in het geval van kredietinperking. |
Artikel |
Schijn van vertegenwoordiging: naar een nadere invulling van het risicobeginsel |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2017 |
Trefwoorden | vertegenwoordiging, risicobeginsel, opgewekte schijn, toedoen, art. 3:61 BW |
Auteurs | Mr. drs. P.A. Fruytier |
SamenvattingAuteursinformatie |
Sinds het arrest ING/Bera kan gerechtvaardigde schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid ook worden gebaseerd op omstandigheden die voor risico van de pseudovertegenwoordigde komen. In dit artikel tracht de auteur mede aan de hand van een drietal recente arresten en de algemene grondslagen voor risicotoerekening een aanzet te geven voor een verdere invulling van dit risicobeginsel. |
Artikel |
Persoonlijke aansprakelijkheid van de curator in verband met verpande vorderingen |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2017 |
Trefwoorden | pro se, aansprakelijkheid, curator, pandhouder, inning |
Auteurs | Mr. E.A.L. van Emden |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel onderzoekt wanneer de curator persoonlijk aansprakelijk is jegens de schuldeiser aan wie vorderingen zijn verpand. Eerst wordt de toetsingsmaatstaf geanalyseerd. Daarna wordt ingezoomd op de situaties van actieve inning, betwisting van het pandrecht, opvordering van de afgezonderde incasso-opbrengst, weigering van informatie en termijnstelling ex art. 58 Fw. |
Artikel |
Grenzen aan de uitoefening van een hypotheekrechtOver de implementatie van art. 28 Richtlijn 2014/17/EU (hypothecair krediet) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2017 |
Trefwoorden | hypotheekrecht, kredietovereenkomst, implementatie Richtlijn hypothecair krediet, zorgplicht bank, uitwinning |
Auteurs | Mr. J.W.A. Biemans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Art. 28 Richtlijn hypothecair krediet is ten dele geïmplementeerd in art. 7:128 BW dat de uitoefening van het hypotheekrecht in verschillende opzichten begrenst. In deze bijdrage komen de inhoud en strekking van beide bepalingen aan bod. |
Artikel |
Uitleg in commerciële verhoudingen naar Nederlands en Engels recht: de betekenis van ‘business common sense’ als gezichtspunt |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 5 2017 |
Trefwoorden | uitleg, Haviltex, commerciële verhoudingen, rechtsvergelijking, Engels recht |
Auteurs | Mr. drs. M. van Kogelenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur de Nederlandse uitspraak Parkking Ontwikkeling B.V. c.s./Alberts q.q. en de Engelse uitspraak Wood v Capita Insurance Services, respectievelijk gewezen door de Hoge Raad en het Supreme Court. Daarbij wordt specifiek ingegaan op de vraag of, en zo ja in welke mate, in uitlegkwesties in professionele, commerciële verhoudingen rekening gehouden wordt met ‘zakelijke logica’, ofwel ‘business common sense’. Met andere woorden: kent de rechter gewicht toe aan het argument dat het vanuit commercieel oogpunt onwaarschijnlijk is dat een van beide partijen een bepaalde uitleg heeft voorgestaan? |
Artikel |
Verkrijgende verjaring, tussen rechtszekerheid en individuele rechtvaardigheid |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2017 |
Trefwoorden | verkrijgende verjaring, goede trouw, onrechtmatige daad, schadevergoeding in natura |
Auteurs | Mr. M.L. Tuil |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het arrest Gemeente Heusden/X geeft een baanbrekend oordeel over de rechten van degene die zijn goed is verloren als gevolg van verkrijgende verjaring. Deze persoon kan zijn goed ná de verjaringstermijn bij wege van schadevergoeding in natura opvorderen bij degene die het als gevolg van verkrijgende verjaring heeft verkregen, mits deze persoon wist aan wie het goed toebehoorde en het desondanks in bezit heeft genomen en niet heeft teruggegeven. |
Artikel |
Eigen schuld geen effect?Over standaardisering in de afweging van wederzijdse verantwoordelijkheid in effectenleasezaken |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2017 |
Trefwoorden | effectenlease, precontractuele zorgplicht, eigen schuld, art. 6:101 BW, verdelingsmaatstaf |
Auteurs | Prof. mr. A.L.M. Keirse |
SamenvattingAuteursinformatie |
Daar de avonturen in de effectenlease voor alle betrokken partijen slecht afliepen, volgden vele procedures over de wederzijdse verantwoordelijkheid van de financiële instellingen en de particuliere beleggers. Door standaardisering en het aandragen van duidelijke maatstaven probeert de Hoge Raad nu een einde te maken aan de vele geschillen die nog lopen. Naar aanleiding van een recent arrest vat deze bijdrage de maatstaven samen voor het bepalen van de omvang van de schadevergoedingsplicht van de aanbieder van effectenleaseproducten. |
Artikel |
De nederlaagsoverwinning van Vitesse c.s. |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 2 2017 |
Trefwoorden | toezegging, schadevergoeding, onrechtmatige daad, causaal verband |
Auteurs | Mr. H.J.S.M. Langbroek |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met het arrest van de Hoge Raad van 24 juni 2016, ECLI:NL:HR:2016:1309, kwam voor Vitesse c.s. een teleurstellend einde aan een zes instanties omspannende rechtsstrijd met de provincie Gelderland. Deze bijdrage gaat daarop in en op het verschil tussen het onrechtmatig wekken van verwachtingen en het onrechtmatig beschamen ervan en hoe dat uitwerkt op de omvang van de schadevergoedingsverplichting (positief versus negatief belang). |
Artikel |
De eenzijdige rechtshandelingBespreking van het proefschrift van mr. C. Spierings |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2017 |
Trefwoorden | eenzijdige rechtshandeling, rechtsvergelijking, autonomie |
Auteurs | Prof. mr. V. Mak |
SamenvattingAuteursinformatie |
Charlotte Spierings schreef een knap proefschrift over de eenzijdige rechtshandeling. Zij bevrijdt de figuur uit haar ‘stiefmoederlijke’ hoekje in het burgerlijk recht door gedetailleerd en systematisch uit te werken in welke omstandigheden een partij eenzijdig rechtsgevolgen kan creëren. Hoewel de veelzijdigheid van het onderwerp eraan in de weg staat een gemene deler te vinden, brengt zij belangrijke verbanden in kaart tussen de verschillende vormen. |