Ruim zeven jaar geleden wees het Hof Arnhem het arrest Rabobank/Aarding (JOR 2003, 267). In dit arrest oordeelde het hof onder meer dat de bijzondere zorgplicht van banken met zich brengt dat een kredietopzegging ten minste moet voldoen aan eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. In dit artikel wordt geconstateerd dat het hof daarmee een onjuiste maatstaf heeft gehanteerd ter beoordeling van kredietopzegging. Tevens wordt de invloed van art. 2 van de algemene bankvoorwaarden op de invulling van de wel te hanteren maatstaf besproken en wordt stilgestaan bij het fenomeen van de bijzondere zorgplicht. |
Artikel |
De bijzondere zorgplicht bij de opzegging van kredietovereenkomsten – zijn de zeven vette jaren van Rabobank/Aarding voorbij? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2010 |
Trefwoorden | kredietopzegging, redelijkheid en billijkheid, zorgplicht, proportionaliteit en subsidiariteit |
Auteurs | Mr. P.S. Bakker en Mr. dr. D. Haas |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De ruime benadering van de Hoge Raad bij schadebegroting op winst: een stap te ver? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2010 |
Trefwoorden | schadebegroting, winst, causaliteit, huurrecht, Duits recht |
Auteurs | Mr. drs. P.A. Fruytier |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het arrest Doerga/Ymere heeft de Hoge Raad beslist dat het de rechter in geval van contractueel verboden onderverhuur in verband met de extra (bouw)kosten die dat voor een woningbouwvereniging oplevert, is toegestaan de geleden schade te begroten op de winst. In dit artikel gaat de auteur na in hoeverre er een daadwerkelijke rechtvaardiging is om de schade in die gevallen op de winst te begroten. Mede aan de hand van de Duitse doctrine en rechtspraak – waarin over een vergelijkbaar geval is beslist – komt de auteur tot de conclusie dat er veel voor is te zeggen om de schade slechts op de winst te begroten, indien het geschonden recht economische waarde vertegenwoordigt voor de rechthebbende. Dit resultaat kan binnen het Nederlandse recht worden bereikt via de causaliteitstoets van art. 6:98 BW. |
Artikel |
Contractuele aansprakelijkheid voor hulppersonen en de omvang van de opdrachtAnnotatie bij HR 8 januari 2010, LJN BK0163, NJ 2010, 43 |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2010 |
Trefwoorden | wanprestatie, aansprakelijkheid, hulppersonen, uitleg, aanbesteding |
Auteurs | Prof. mr. T.F.E. Tjong Tjin Tai |
SamenvattingAuteursinformatie |
De contractuele aansprakelijkheid voor hulppersonen is een vrij goed uitgewerkt leerstuk. Toch geeft een uitspraak van de Hoge Raad inzake de aansprakelijkheid van een advocaat voor fouten van een buitenlandse collega aanleiding om dit leerstuk nog eens nader te bestuderen. Voor dit leerstuk gaat het niet zuiver om uitleg van de specifieke overeenkomst, maar ook om opvattingen in de bedrijfstak over welke werkzaamheden wel en niet tot de ‘eigen’ bedrijfsuitoefening behoren waar een onderneming het risico voor op zich neemt. Dit is van belang nu uitbesteding steeds vaker voorkomt. |
Artikel |
Privaatrechtelijke handhaving van het verbod om misbruik te maken van een economische machtspositie: excessieve prijsvoering in de Rotterdamse haven?Hof Den Haag 1 juni 2010, LJN BM6398 (Havenbedrijf Rotterdam/de oliesector) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2010 |
Trefwoorden | misbruik, economische machtspositie, excessieve prijzen, bewijslast, bewijsmogelijkheden |
Auteurs | Mr. dr. E.-J. Zippro |
SamenvattingAuteursinformatie |
De privaatrechtelijke handhaving van het verbod om misbruik te maken van een economische machtspositie wegens het hanteren van excessieve prijzen is niet eenvoudig. In deze bijdrage wordt nader ingegaan op de bestaande bewijsmogelijkheden om in een civiele procedure aan te tonen dat misbruik wordt gemaakt van een economische machtspositie door het in rekening brengen van excessieve prijzen. |
Artikel |
‘Gij had beter toezicht op mijn overtreding moeten houden’Het relativiteitsvereiste en toezicht op de naleving van de Woningwet |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2010 |
Trefwoorden | vermogensschade, beschermingsbereik, relativiteitsvereiste, Woningwet |
Auteurs | Mr. A.C. Beck |
SamenvattingAuteursinformatie |
Kan de vergunninghouder die zelf in afwijking van zijn bouwvergunning bouwt, de schade op de gemeente verhalen op grond van onvoldoende toezicht? Het Hof Arnhem meent dat dit niet het geval is. Vermogensschade die is ontstaan door onvoldoende toezicht valt volgens het hof hoe dan ook niet onder het beschermingsbereik van toezicht op de Woningwet. In dit artikel wordt niet alleen het beschermingsbereik van toezicht op de Woningwet besproken, maar ook de stand van zowel de civiele als de bestuursrechtelijke rechtspraak met betrekking tot het relativiteitsvereiste en de Woningwet zelf. |
Artikel |
Securisatie van handelsvorderingen |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2010 |
Trefwoorden | securisatie, handelsvorderingen, cessie, verrekening |
Auteurs | Mr. J. Bos |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt de secruitisatie van handeslvorderingen besproken. Na een beschrijving van een gebruikelijke transactiestructuur wordt nader ingegaan op de kenmerken waar de vorderingen in kwestie aan moeten voldoen. Tevens worden de regels van het internationaal privaatrecht met betrekking tot cessie beschreven. |
Artikel |
Boek 10 BW (IPR): Titel 11 Trustrecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2010 |
Trefwoorden | internationaal privaatrecht, trustrecht, Haags Trustverdrag |
Auteurs | Mr. R. Westrik |
SamenvattingAuteursinformatie |
Titel 11 van het voorgestelde Boek 10 BW betreft het trustrecht. De titel bestaat uit drie artikelen die vrijwel identiek zijn aan de artikelen 1, 3 en 4 van de Wet conflictenrecht trusts. In de Toelichting bij het Voorstel worden enkele kanttekeningen geplaatst bij de drie trustartikelen. Die kanttekeningen worden per artikel kort besproken. |
Artikel |
Het IPR-vennootschapsrecht en Boek 10 BW: een nadere toelichting |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2010 |
Trefwoorden | internationaal privaatrecht, corporaties, vestigingsvrijheid, faillissement |
Auteurs | Mr. S.M. van den Braak |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel bespreekt de auteur het internationaal privaatrecht met betrekking tot corporaties. Daarbij gaat zij achtereenvolgens in op het toepasselijk recht, de verplaatsing van de statutaire zetel, de aansprakelijkheid in faillissement en de Wet op de formeel buitenlandse vennootschappen. |
Artikel |
Gegiraliseerde effecten in het IPR |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2010 |
Trefwoorden | internationaal privaatrecht, conflictenrecht, gegiraliseerde effecten |
Auteurs | Prof. mr. W.A.K. Rank en mr. B. Bierman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bespreking van het Nederlandse conflictenrecht ten aanzien van giraal overdraagbare effecten. |
Artikel |
De marginverplichting bij handel in aandelenoptiesVan Haanstra/Rabobank naar Nabbe/Staalbankiers |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2010 |
Trefwoorden | aandelenopties, zorgplicht, marginverplichting, zelfregulering |
Auteurs | Mr. B.T.M. van der Wiel |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage vormt de bakermat van de bijzondere zorgplicht, de marginverplichting bij handel in aandelenopties door particulieren, voorwerp van onderzoek. Juist ook voor de ontwikkelingen buiten het terrein van de handel in aandelenopties zijn de op dit terrein ontwikkelde gedachten nog steeds zeer invloedrijk. Bovendien is dit terrein ook zelf nog steeds in ontwikkeling. Geschetst worden de geschiedenis en het wezen van de handel in opties, de zelfregulering van de optiehandel en de rechtspraak over de marginverplichting. |
Artikel |
De verhouding tussen hoofdprocedure en schadestaatprocedure |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 5 2010 |
Trefwoorden | schadestaatprocedure, procesrecht, exoneratiebeding, exoneratieclausule, aansprakelijkheid(srecht) |
Auteurs | Mr. J. de Bie Leuveling Tjeenk |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staan vijf recente arresten van de Hoge Raad centraal, waarin verschillende aspecten van de verhouding tussen de hoofdprocedure en de schadestaatprocedure aan de orde komen. Vier van deze vijf uitspraken laten zien dat de rechter een relatief grote vrijheid heeft in de keuze welke geschilpunten in welke fase van het geding worden beslist. De wens om partijen hun materiële rechten zo veel mogelijk te laten verwezenlijken zonder hen door extra procesrechtelijke hoepels te laten springen, voert in deze uitspraken duidelijk de boventoon. Een procespartij die stelt dat een bepaald geschilpunt in de hoofdprocedure beslist had moeten worden, of juist in de schadestaatprocedure, vindt over het algemeen weinig gehoor bij de Hoge Raad. |
Artikel |
Overname van vorderingen en verrekening bij faillissement |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2010 |
Trefwoorden | faillissement, overname van vorderingen, verrekening van vorderingen |
Auteurs | Prof. mr. B. Wessels |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur bespreekt de grondgedachte achter de mogelijkheid van verrekening bij faillissement (art. 53 Fw) en gaat uitvoerig in op de in art. 54 Fw opgenomen uitzondering. Voorts wordt aandacht gegeven aan de positie van een bank in het geval dat een debiteur van de (gefailleerde) schuldenaar zijn schuld aan deze heeft voldaan door storting op diens rekening bij een bank en deze zich wil verrekenen. Ten slotte wordt kritisch de leer van de Hoge Raad besproken (die art. 54 Fw toepast indien sprake is van een vóór het faillissement overgenomen schuld of vordering en het beroep op verrekening plaatsvindt op een tijdstip gelegen vóór de dag van de faillietverklaring), alsook de wijze waarop een ‘overnemer’ (vaak: bank) zich tegen de aantasting van de transactie op grond van art. 54 Fw kan behoeden. |
Artikel |
World Online en de zorgen van een lead manager |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2010 |
Trefwoorden | prospectusaansprakelijkheid, collectieve actie, misleiding, zorgplicht |
Auteurs | Mr. B.W.G. van der Velden |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 27 november 2009 onomwonden bevestigd dat World Online en de joint lead managers ABN AMRO en Goldman Sachs onrechtmatig hebben gehandeld jegens beleggers die rondom de beursintroductie in World Online hebben geïnvesteerd. Duidelijk wordt dat de Hoge Raad deze zaak heeft aangegrepen om een paar heldere, maar ook verstrekkende lijnen uit te zetten over het karakter van collectieve acties, prospectusaansprakelijkheid en de zorgplicht rondom de beursgang. De Hoge Raad predikt een abstracte toets. |
Artikel |
De invloed van de Corporate Governance Code op het vermogensrecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2010 |
Trefwoorden | Corporate Governance Code, maatschappelijk verantwoord ondernemen, gerechtvaardigd vertrouwen, maatschappelijke opvattingen, Bonus |
Auteurs | Mr. P. Memelink |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staat de vraag naar de status en invloed van de Corporate Governance Code op het vermogensrecht centraal. Geschetst wordt hoe de Code in elkaar zit, wat de jongste ontwikkelingen zijn op het gebied van corporate governance en hoe veranderende maatschappelijke opvattingen daaromtrent doorwerken in de Code én het (vermogens)recht. Hoewel de Code in beginsel geen rechtens afdwingbare gedragsnormen voorschrijft, kan volgens de auteur niet gezegd worden dat de Code geen invloed heeft op het (vermogens)recht. |
Artikel |
Knowhow: aandachtspunten in de contractspraktijk en de rol van art. 39 TRIPs |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 2 2010 |
Trefwoorden | Knowhow, Bedrijfsgeheimen, intellectueel eigendom, Contracteren, TRIPs |
Auteurs | Mr. M. Schut |
SamenvattingAuteursinformatie |
De bijzondere vermogensrechtelijke status van knowhow geeft in de contractspraktijk dikwijls aanleiding tot problemen. In dit artikel worden enkele van die problemen beschreven, waarbij vooral het belang blijkt van expliciete afspraken over begrenzingen in gebruik en de resterende freedom to operate. Besproken wordt de rol van art. 39 TRIPs dat bescherming verleent aan niet openbaar gemaakte informatie. Het artikel heeft waarschijnlijk directe werking en kan ingeroepen worden om sommige van de besproken problemen te adresseren, zij het niet per definitie ten gunste van de rechthebbende. Aanbevolen wordt art. 39 TRIPs bij de redactie van knowhow-contracten te betrekken. |
Boekbespreking |
Executoriaal en conservatoir verhaalsbeslag op aandelen in kapitaalvennootschappen en op certificaten daarvanProefschrift van mr. G.C. van Daal |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2010 |
Auteurs | Mr. A.J. Gieske |
SamenvattingAuteursinformatie |
Proefschrift van mr. G.C. van Daal besproken door mr. A.J. Gieske. |
Boekbespreking |
De grenzen van het recht op nakomingProefschrift van mr. D. Haas |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2010 |
Auteurs | Prof. mr. C.J.J.C. van Nispen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Proefschrift van mr. D. Haas, besproken door prof. mr. C.J.J.C. van Nispen. |
Boekbespreking |
Due diligence. Een beschouwing over het due diligence onderzoek volgens het Nederlands rechtProefschrift van mr. M. Brink |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2010 |
Auteurs | Mr.dr. P.J. van der Korst |
SamenvattingAuteursinformatie |
Proefschrift van mr. M. Brink, besproken door mr. dr. P.J. van der Korst. |