Dit artikel evalueert de theorie en praktijk van het Nederlandse onderwijstoezicht. We focussen hierbij op drie belangrijke wijzigingen, namelijk (a) het risicogerichte toezicht, (b) de bestuursaanpak en (c) de uitbreiding van het interventierepertoire. Het artikel laat zien dat zeer zwakke scholen zich over het algemeen verbeteren en dat er eerste indicaties zijn van een daling van het totaal aantal zeer zwakke scholen. Het toezicht is daarnaast vooral efficiënter geworden: er is minder toezichtlast voor scholen en het toezicht wordt gedaan met minder inspecteurs. Verder blijkt de risicoanalyse betrouwbaar en valide, maar gevoelig voor strategisch gedrag. De detectiesnelheid is met de risicoanalyse verbeterd, maar de risicoanalyse kent wel veel valse positieven. De rol van de besturen rond kwaliteitsverbetering is versterkt en verbeterafspraken met besturen worden als effectief ervaren. Bij een deel van de besturen ontbreekt wel een bruikbare verantwoording. Verder kan betere positionering van leerlingen en ouders in theorie tot meer kwaliteitsverbetering op scholen leiden, maar is hiervan in de praktijk nauwelijks sprake. |
Praktijk |
Van zachte naar harde controls en de illusie van total control |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 4 2011 |
Auteurs | Prof. dr. J.M.G. Frijns |
Auteursinformatie |
Artikel |
Evaluatie van de theorie en praktijk van het nieuwe onderwijstoezicht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 2 2011 |
Trefwoorden | Evaluatie, toezichtmodel, risicoanalyse, Governance, onderwijs |
Auteurs | Dr. I.F. de Wolf en Drs. J.J.H. Verkroost |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Zorgspecifieke fusietoets is overbodig en ongewenst |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 1 2011 |
Trefwoorden | fusie, zorgspecifieke fusietoets, Zeeuwse ziekenhuisfusie, toezichtkader NMa |
Auteurs | Dr. M. Varkevisser en Prof. dr. F.T. Schut |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het fusietoezicht van de NMa in de gezondheidszorg staat veelvuldig ter discussie. Minister Schippers (VWS) is van plan een zorgspecifieke fusietoets in te voeren om de tendens tot schaalvergroting in de zorgsector tegen te gaan. Bij deze fusietoets, die vooraf gaat aan een eventuele fusietoets door de NMa, moet de IGZ beoordelen welke effecten een zorgfusie naar verwachting heeft op de kwaliteit en bereikbaarheid van zorg. Hoewel het toezicht op zorgfusies inderdaad beter kan, is de invoering van een zorgspecifieke fusietoets overbodig en ongewenst. Zoals de beoordeling van de Zeeuwse ziekenhuisfusie laat zien, brengt een zwaardere rol voor de IGZ bij afwezigheid van eenduidige en objectieve criteria ten aanzien van de vereiste (minimum)kwaliteit het risico met zich mee dat zorgfusies om redenen van vermeende kwaliteitsvoordelen te gemakkelijk worden goedgekeurd. De tendens tot schaalvergroting wordt door de zorgspecifieke fusietoets dus eerder versterkt dan verzwakt. Een zorgspecifieke fusietoets is daarom niet alleen overbodig maar ook ongewenst. Het recent aangescherpte toezichtkader biedt de NMa voldoende houvast om fusies te verbieden die de keuzemogelijkheden in de zorg te sterk beperken. |