Annotatie bij de uitspraak van de voorzieningenrechter van het Gerecht in Eerste Aanleg van Curaçao van 2 augustus 2017 waarbij is geoordeeld dat een brief met de vaststelling van de Annual Percentage Rate (APR) informatief van aard is, en de uitspraak van 12 november 2018 in de bodemzaak waarin is geoordeeld dat de brief van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten aan ontheffingshouders over oplegging van een maximum APR op rechtsgevolg is gericht en daarmee een beschikking. |
Zoekresultaat: 11 artikelen
De zoekresultaten worden gefilterd op:Tijdschrift Caribisch Juristenblad x
Wetgeving |
Wetgeving BES |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 2 2019 |
Auteurs | Mr. dr. P.S. Bakker |
Auteursinformatie |
Annotatie |
Besluit of beschikking?Annotatie bij Gerecht in Eerste Aanleg Curaçao (Lar) 2 augustus 2017, ECLI:NL:OGEAC:2017:288 (voorlopige voorziening) en 12 november 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:281 (bodemprocedure) |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | brief inzake oplegging maximum APR, rechtsgevolg, beschikking, besluit |
Auteurs | Mr. dr. J. Sybesma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | Awb, Lar, bestuursrecht, Koninkrijk, analoge toepassing |
Auteurs | Prof. mr. L.J.J. Rogier |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staat de auteur stil bij het belang van de Nederlandse Algemene wet bestuursrecht (Awb) voor de rechtspraktijk in Curaçao. Met de Awb wordt nader betekenis gegeven aan bestuursrechtelijke regels die in Curaçao niet zijn opgeschreven of veel minder zijn uitgewerkt. De vragen die rijzen zijn of dat wel altijd kan en zo ja, aan welke grenzen het overnemen of analoog toepassen van regels uit de Awb in Curaçao dan is gebonden. |
Artikel |
Ontwikkelingen rondom toelating en uitzetting |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | Rijksvisumwet, Landsverordening toelating en uitzetting, van rechtswege toegelaten, niet van toepassingsverklaring, uitlandigheidsvereiste |
Auteurs | Mr. J. Sybesma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Toelating en uitzetting wordt in het Caribische deel van het Koninkrijk geregeld door de Rijksvisumwet en de Landsverordening toelating en uitzetting (Ltu) van de diverse landen. Nader wordt ingegaan op deze juridische tweedeling. Tevens komen twee recente uitspraken aan bod. De eerste handelt over de toekenning van een ‘van rechtswege toegelaten verklaring’ aan Nederlanders die langer dan tien jaar woonachtig zijn in een van de Caribische landen. De Lar-rechter is van mening dat dit een ‘niet van toepassingsverklaring’ behoort te zijn. Ook is de Lar-rechter in de tweede uitspraak van mening dat de strikte toepassing van het uitlandigheidsvereiste bij aanvraag van een vergunning tot toelating gedurende legitiem verblijf geen voorwaarde meer mag zijn. |
Artikel |
De handhaving van het vreemdelingenrecht in Curaçao |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2017 |
Trefwoorden | vreemdelingenrecht, handhaving, Landsverordening toelating en uitzetting, Toelatingsbesluit, Landsverordening arbeid vreemdelingen |
Auteurs | Prof. mr. L.J.J. Rogier |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staat de handhaving van het vreemdelingenrecht op basis van de Landsverordening toelating en uitzetting (Ltu), het Toelatingsbesluit (Tb) en de beleidsregels ter uitvoering van deze regelgeving centraal. Ook wordt aandacht geschonken aan de Landsverordening arbeid vreemdelingen (Lav), de Landsverordening identificatieplicht (Lvi), de Landsverordening basisverzekering ziektekosten (Lbz) en de Vestigingsregeling voor bedrijven, die ook aanknopingspunten bieden voor de handhaving van het vreemdelingenrecht. |
Artikel |
Ministeriabel – ministersbenoeming als een voor beroep vatbare beschikking |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | ministeriabiliteit, screening, toetsing, ministers, integriteit |
Auteurs | Dr. R.S.J. Martha LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Landsverordening integriteit (kandidaat-)ministers heeft de pennen aan het schrijven gekregen. Want levert de in de landsverordening bedoelde schriftelijke mededeling van het niet voordragen voor benoeming een beschikking op in de zin van de Lar? Kan een minister inzake een dergelijke medeling bij de burgerlijke of bestuursrechtelijke rechter terecht? En zo ja, hoe zal deze rechter daarmee om moeten gaan? In deze bijdrage en de drie daaropvolgende bijdragen zijn dr. Martha LLM, prof. mr. Rogier en dr. mr. Sybesma hierover in discussie. |
Artikel |
De Curaçaose zbo |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | zelfstandige bestuursorganen, artikel 111 Staatsregeling Curaçao, historische context, verordenende bevoegdheid |
Auteurs | Dr. J. Sybesma |
SamenvattingAuteursinformatie |
De bestuurlijke organisatie van de Curaçaose overheid kent naast de klassieke bestuursorganen, als de raad van ministers en de individuele minister, ook entiteiten die op afstand zijn geplaatst, zoals overheidsnv’s en overheidsstichtingen. Daarnaast kent de Staatsregeling van Curaçao sedert 2004 ook nog de mogelijkheid om openbare lichamen en zelfstandige bestuursorganen in te stellen. Vooral van deze laatste bestuursvorm, de zbo, wordt door de wetgever van Curaçao de laatste tijd veel gebruikgemaakt. In dit artikel wordt antwoord gegeven op wat precies een Curaçaose zbo is, waarbij nader wordt ingegaan op de diverse publiekrechtelijke entiteiten die lang voor 2004 werden ingesteld. Tevens komen aan de orde de bevoegdheden en verplichtingen die een zbo kent. Een en ander toegelicht aan de hand van een praktijkvoorbeeld, namelijk de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten. |
Jurisprudentie |
Overige jurisprudentie |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2016 |
Jurisprudentie |
Annotatie bij de voorlopige voorziening van het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten, 26 november 2015, Lar 135/2015, uitspraaknr. 142Voorlopige voorziening inzake verwijdering en vreemdelingenbewaring van ‘animeermeisjes’ |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 1 2016 |
Auteurs | Prof. mr. L.J.J. Rogier |
Auteursinformatie |
Artikel |
De koningseed als moreel en realistisch venster op koninkrijksrelatiesEen ministaatsleer van het Euro-Caribische Koninkrijk der Nederlanden |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2015 |
Trefwoorden | koningseed, koninkrijksrelaties, rechtswaarborgen voor bevolking, vrije associatie, onafhankelijkheid |
Auteurs | Prof. mr. J.B.J.M. ten Berge |
SamenvattingAuteursinformatie |
De koningseed is een ministaatsleer van het Koninkrijk der Nederlanden als doelgemeenschap van volkeren met elk een eigen nationalisme. De staatkundige vorm van deze volkerengemeenschap is een postkoloniale mengvorm van integratie in het oude moederland en een vrije associatie. Doelen zijn het voor de bevolking waarborgen van (1) externe veiligheid (defensie), (2) een interne democratische rechtsorde, (3)welvaart en (4) internationaal burgerschap. In de steeds weer oplaaiende discussies over onafhankelijkheid zal dan ook gezocht moeten worden naar alternatieve garanties voor de bevolking op alle vier punten. |
Artikel |
Geslachtsnaamswijziging |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2013 |
Trefwoorden | naamrecht, geslachtsnaam, naamskeuze, geslachtsnaamwijziging |
Auteurs | Mr. Miranda Gielen en Prof. dr. Gerard-René de Groot |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het Koninkrijk der Nederlanden bestaan een aantal verschillende naamrechtssystemen. In dit artikel worden de verschillende rechtssystemen op kritische wijze vergeleken in het bijzonder daar waar het gaat om het verwerven en wijzigen van de geslachtsnaam. |