Dit artikel biedt een overzicht van de EncroChat-jurisprudentie, waar de auteurs zich met name richten op de onderzoekswensen van de verdediging. Daarbij worden eerst de details van de EncroChat-operatie uiteengezet. Vervolgens wordt op de bezwaren van de verdediging ingegaan met betrekking tot de rechtmatigheid van de onderzoekshandelingen in de EncroChat-operatie en de onderzoekswensen ten aanzien van de toegang tot de gegevens. Het artikel sluit af met een beschouwing van de bevindingen. |
Zoekresultaat: 47 artikelen
De zoekresultaten worden gefilterd op:Tijdschrift Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving x
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | EncroChat, cryptotelefoon, hackbevoegdheid, recht op een eerlijk proces, internationaal vertrouwensbeginsel |
Auteurs | Prof. mr. dr. B.W. Schermer en Prof. mr. dr. J.J. Oerlemans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Het gebruik van resultaten uit de EncroChat-hack in de Duitse strafrechtspleging |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | cryptocommunicatie, bewijsuitsluiting, EncroChat, cryptofoon |
Auteurs | D.A.G. van Toor PhD LLM BSc |
SamenvattingAuteursinformatie |
Anders dan vele Nederlandse advocaten (in Nederlandse strafzaken) slaagde een Duitse advocaat (in een Duitse strafzaak) erin de resultaten van de EncroChat-hack uit te laten sluiten van het bewijs. Dit is precies wat vele Nederlandse advocaten hebben geprobeerd te bereiken, en daarom is het interessant te bekijken hoe de beoordeling van de EncroChat-hack in Duitsland plaatsvindt en waarom het Landgericht Berlijn tot de bovengenoemde beslissing is gekomen. |
Jurisprudentie |
Oprichter van cryptotelefoonaanbieder Ennetcom veroordeeldAnnotatie bij Rb. Rotterdam 21 september 2021, ECLI:NL:RBROT:2021:9085 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | Ennetcom, cryptotelefoon, PGP, détournement de pouvoir, privacy |
Auteurs | Prof. mr. dr. J.J. Oerlemans |
SamenvattingAuteursinformatie |
De uitspraak richt zich op de oprichter van Ennetcom en de leverancier van cryptotelefoons. In deze annotatie worden de volgende drie elementen uit de uitspraak besproken en becommentarieerd: (1) de rechtmatigheid van het veiligstellen van de berichten; (2) de vraag is of er sprake is van misbruik van bevoegdheden (détournement de pouvoir); en (3) de vraag of het aanbieden van de cryptotelefoons een illegale activiteit is. |
Artikel |
Cryptofoons, privacyvriendelijke applicaties en het vermoeden van onschuld |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | cryptofoons, vermoeden van onschuld, bewijslast, privacy |
Auteurs | Dr. S. Royer en R. Vanleeuw LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel gaan de auteurs in op de draagwijdte van het vermoeden van onschuld in de Europese rechtspraak van het Europees Hof en zij passen die toe in de context van cryptofoons. Ook enkele vraagstukken die hiermee verband houden, zoals de rechtspraak over decryptiebevelen en het verbod op anonieme vooraf betaalde belkaarten, worden geanalyseerd. Tot slot beantwoorden de auteurs de vraag in welke mate geldende principes kunnen worden doorgetrokken naar de gebruikers van zogenaamde privacyvriendelijke applicaties, zoals Signal en Telegram. |
Artikel |
De reikwijdte van het inzagerecht en ‘equality of arms’ in het licht van grote datasets, Hansken en toekomstige ontwikkelingen |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | dataset, equality of arms, inzage, Ennetcom, Hansken |
Auteurs | Mr. M.M. Egberts |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een reactie op drie artikelen waarin het inzagerecht van de verdediging in grote datasets centraal staat. Na het schetsen van een wettelijk kader, zal aan de hand van de strafzaak TandemII worden geschetst hoe de praktijk zich verhoudt tot het verdragsrechtelijk kader. Vervolgens wordt ingegaan op de werking, validiteit en forensische betrouwbaarheid van de zoekmachine Hansken en de mogelijkheden tot contra-expertise. Ten slotte wordt besproken hoe gewerkt wordt aan de door de verdediging gewenste inzage op afstand en welke haken en ogen daaraan verbonden zijn. |
Trending Topics |
Bulkbevoegdheden en strafrechtelijk onderzoekLessen uit de jurisprudentie van het EHRM voor de normering van grootschalige data-analyse |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | bulk-hacking, bulkinterceptie van communicatie, grootschalige data-analyse, normering, EHRM |
Auteurs | Dr. M. Galič |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bulkbevoegdheden, zoals bulkinterceptie van communicatie en bulk-hacking, worden steeds vaker gebruikt, niet alleen in zaken van nationale veiligheid, maar ook in strafrechtelijke onderzoeken naar zware criminaliteit. De EncroChat-hack is daar een recent voorbeeld van. De vraag die echter nog moet worden beantwoord is: hoe moeten deze bevoegdheden, die tot grootschalige data-analyse in strafrechtelijke onderzoeken leiden, worden genormeerd zodat zij in overeenstemming zijn met artikel 8 EVRM? Twee recente arresten van het EHRM met betrekking tot bulkinterceptie bieden enkele lessen. Zij laten zien dat bulkbevoegdheden moeten worden beschouwd als een proces dat ‘end-to-end-waarborgen’ vereist en een gedetailleerde regulering van alle verwerkingsfasen, te weten de verzameling, de selectie, de analyse en het gebruik (waaronder het delen) van de data. |
Jurisprudentie |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 1 2022 |
Auteurs | Mr. J. Boonstra, Mr. dr. S.S. Buisman, Mr. A.A. Feenstra e.a. |
Artikel |
Kwalitatieve en transparante fraudebestrijdingEen verkennend onderzoek naar handhavingscriteria voor fraudedelicten |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 6 2021 |
Trefwoorden | fraude, handhavingscriteria, optimum remedium, hybride rechtspleging |
Auteurs | Mr. dr. S.S. Buisman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Fraude is een complex en wijdverspreid probleem. Terwijl de criminaliteitscijfers de afgelopen jaren zijn gedaald, neemt het aantal fraudegevallen met rasse schreden toe. Het is dan ook niet verwonderlijk dat beleidsmakers hard willen optreden tegen fraudeurs. Echter, zaken zoals de toeslagenaffaire hebben laten zien dat het beleid daarin vaak doorschiet en dat de menselijke maat met enige regelmaat uit het oog verloren wordt. Daarom zou een set van handhavingscriteria dienen te worden ontwikkeld voor transparante en kwalitatieve handhaving van fraudedelicten. In dat kader wordt in dit artikel wordt een eerste verkennend onderzoek gedaan naar de gehanteerde handhavingscriteria bij fraudedelicten. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 5 2021 |
Trefwoorden | digitale opsporing, legaliteitsbeginsel, Privacy, Operation Trojan Shield, ANOM-smartphone |
Auteurs | Mr. C.M. Taylor Parkins-Ozephius, Mr. I.N. De Wit, D.A.G. Van Toor PhD LLM BSc e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met Operation Trojan Shield hebben de (Nederlandse) autoriteiten de populariteit van cryptophones perfect uitgebuit. In deze bijdrage wordt onderzocht welke wettelijke grondslag gebruikt zou kunnen zijn bij (1) de ontwikkeling van de hardware en de daarop geïnstalleerde software; (2) de verspreiding van de toestellen; (3) het verkrijgen van vertrouwelijke communicatie doordat de toestellen zijn gebruikt; en (4) de analyse van de inhoud van de verstuurde en ontvangen communicatie. De inzet van deze handelingen wordt ten slotte beoordeeld in het licht van het legaliteitsbeginsel zoals dat volgt uit artikel 8 lid 2 EVRM. |
Trending Topics |
Cybersecurity en ‘datagedreven’ opsporing: stand van zaken met betrekking tot de interceptie van versleutelde cryptocommunicatie |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 5 2021 |
Trefwoorden | cybercrime, encryptie, internationale samenwerking, datagedreven opsporingsonderzoek, interceptie |
Auteurs | Mr. J.S. Boeser |
SamenvattingAuteursinformatie |
Er is op dit moment veel te doen op het gebied van cybercrime en cybersecurity. Cyberaanvallen vormen een toenemende dreiging voor onze samenleving. Ook encryptie (de versleuteling van communicatie) levert de nodige uitdagingen op voor opsporingsdiensten. In een digitaliserende samenleving worden ‘datagedreven opsporing’ en digitaal bewijs steeds belangrijker. Tegelijkertijd roept dergelijk opsporingsonderzoek eveneens principiële vragen op, met name in het licht van de positie van de verdediging. In deze Trending Topics staat een typerend voorbeeld van ‘datagedreven’ onderzoek centraal, waar de afgelopen tijd veel om te doen is (geweest): de interceptie van versleutelde ‘cryptocommunicatie’. Reden voor een overzicht van de stand van zaken. |
Jurisprudentie |
Kroniek ondernemingsstrafrechtEerste helft 2021 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2021 |
Auteurs | Prof. mr. H.J.B. Sackers (red.), mr. J.S. Boeser, mr. J. Boonstra e.a. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2021 |
Trefwoorden | datakoppeling, privacy, opsporing, preventief politieoptreden, dataprotectierecht |
Auteurs | Prof. mr. L. Stevens, Prof. mr. M. Hirsch Ballin, Mr. dr. M. Galič e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage doen wij onderzoek naar de vraag hoe preventief politieoptreden op basis van datakoppeling zou moeten worden genormeerd. Onze analyse is gebaseerd op het Sensingproject Outlet Roermond. Wij stellen dat bestaande wetgeving onvoldoende in staat is de privacy van burgers te beschermen als die burgers ten behoeve van preventief politieoptreden in een algoritmische risicogroep worden geplaatst. Om die reden moet nieuwe regelgeving mede worden gebaseerd op een nieuw concept: group privacy. Ook stellen wij dat een nieuwe wettelijke grondslag recht zal moeten doen aan strafvorderlijke basisbeginselen nu preventief optreden op grond van datakoppeling moet worden gezien als opsporing. |
Jurisprudentie |
De gedwongen biometrische ontgrendeling van een elektronische gegevensdrager: rechtsbescherming gezocht?!Noot bij HR 9 februari 2021, ECLI:NL:HR:2021:202 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 3 2021 |
Trefwoorden | biometrische ontgrendeling, nemo-teneturbeginsel, onderzoek aan de smartphone, rechtsbescherming, inbeslagname |
Auteurs | Mr. T. Beekhuis en D.A.G. van Toor PhD LLM BSc |
SamenvattingAuteursinformatie |
Annotatie bij HR 9 februari 2021, ECLI:NL:HR:2021:202. In deze annotatie wordt ingegaan op de gedwongen biometrische ontgrendeling van een smartphone en het daaropvolgende onderzoek aan de gegevens op de smartphone. Kanttekeningen worden geplaatst bij de mate van rechtsbescherming die een verdachte toekomt. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | digitale opsporing, nemo-teneturbeginsel, ontgrendelen smartphone |
Auteurs | D.A.G. van Toor PhD LLM BSc |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het ontgrendelen van elektronische gegevensdragers met een biometrisch kenmerk staat nog steeds in de schijnwerpers van de rechtswetenschap en de rechtspraktijk. Uit de literatuur is een duidelijke meerderheidsopvatting te distilleren, namelijk dat de verdachte verplicht kan worden elektronische gegevensdragers met een biometrisch kenmerk te ontgrendelen, maar dat van een verplichting zijn wachtwoord af te staan geen sprake kan zijn. Verschillende nationale gerechten hebben dezelfde conclusie getrokken. Ondanks de duidelijke meerderheidsopvatting werd tegen een van de eerste uitspraken, een vonnis van de rechtbank Noord-Holland, cassatie in het belang van de wet ingesteld waarin advocaat-generaal Bleichrodt onlangs concludeerde. In deze bijdrage wordt de zojuist genoemde conclusie besproken, in het licht van de afwezigheid van een fundamentele bezinning op de normering van opsporingsbevoegdheden in de digitale wereld. |
Artikel |
Het toezicht op de opsporingEnkele aspecten van het toezicht door de officier van justitie |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | vormverzuimen, toezicht, rechterlijke controle, normering, opsporingsonderzoek |
Auteurs | Mr. dr. M. Samadi |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Hoge Raad staat een terughoudende rechterlijke controle van het vooronderzoek voor. Aan deze opstelling ligt de gedachte ten grondslag dat de controle op de strafvorderlijke overheid vooral een taak is van andere instanties, zoals de officier van justitie en in meer algemene zin het OM. Alom wordt aangenomen dat de officier van justitie een belangrijke verantwoordelijkheid heeft in dezen. Over hoe in de praktijk invulling wordt gegeven aan deze taak is echter weinig bekend. Dit artikel bespreekt op basis van eerder verricht onderzoek een aantal aspecten van het toezicht dat door de officier van justitie wordt uitgeoefend op de opsporing. |
Artikel |
De (niet-)ontvankelijkheid van het OM en het rechterlijk pardon |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | vormverzuimen, niet-ontvankelijkheid, rechterlijk pardon, 359a Sv |
Auteurs | Mr. dr. J.M.W. Lindeman |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Hoge Raad stelt hoge eisen aan de niet-ontvankelijkverklaring van het OM. De wetgever lijkt in de moderniseringsoperatie van het Wetboek van Strafvordering iets meer ruimte te willen geven voor situaties waarin de rechter al te grof is misleid, maar waarin door herstel van de vormverzuimen de waarheidsvinding niet wezenlijk is aangetast. Intussen lijken rechters soms middels een zogenaamd rechterlijk pardon (art. 9a Sr) verholen niet-ontvankelijkheid uit te spreken. Hoe zit dat? |
Jurisprudentie |
Kroniek ondernemingsstrafrechtTweede helft 2020 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 1 2021 |
Auteurs | Prof. mr. H.J.B. Sackers (red.), mr. J. Boonstra, mr. dr. S.S. Buisman e.a. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 6 2020 |
Trefwoorden | samenwerkingsverbanden, gegevensverwerking, AVG, privacy, integraliteit |
Auteurs | Dr. mr. M.P. Beijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel gaat nader in op de betekenis van het wetsvoorstel gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden. De focus ligt op de vraagstukken die spelen rondom de bescherming van persoonsgegevens. Al geruime tijd bestaan er verschillende samenwerkingsverbanden, zoals de Regionale Informatie- en Expertisecentra (RIEC’s), die beogen bij te dragen aan de ‘integrale’ aanpak van belangrijke maatschappelijke problemen (zoals de ondermijnende criminaliteit). Toch zijn er maar beperkte grondslagen voor de gegevensuitwisseling van dergelijke samenwerkingsverbanden. Dit artikel legt nader uit welke problemen er spelen vanuit privacyrechtelijk oogpunt, waar het relevante nationale en Unierechtelijke toetsingskader uit bestaat, en vervolgens wat de meerwaarde van dit wetsvoorstel is. |
Artikel |
In(ternet)filtratie: een roep om meer waarborgen? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 5 2020 |
Trefwoorden | digitale infiltratie, infiltratie(bevoegdheid), Lijst Ia Opiumwet, Operatie Bayonet, Hansa Market |
Auteurs | Mr. S.B.H. van Overveld, Mr. I.C. Smits en Mr. C.M. Taylor Parkins-Ozephius |
SamenvattingAuteursinformatie |
Door middel van een grootschalige digitale infiltratieoperatie werd de dark market ‘Hansa’ in 2017 door de Nederlandse politie en het Openbaar Ministerie opgerold. De politie maakte gebruik van de bevoegdheid die haar op grond van artikel 126h Sv toekomt: de ‘klassieke’ infiltratiebevoegdheid. Kan deze infiltratiebevoegdheid zonder meer worden aangewend in een digitale context, of klinkt in dat geval een roep om meer waarborgen? |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 5 2020 |
Trefwoorden | samenwerkingsverbanden, verdedigingsrechten, nemo tenetur-beginsel, onrechtmatig bewijs, convenanten |
Auteurs | Prof. mr. M.J.J.P. Luchtman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het wetsvoorstel ‘Gegevensuitwisseling in samenwerkingsverbanden’ beoogt kaders te bieden voor de multilaterale samenwerking tussen strafrechtelijke, bestuursrechtelijke en privaatrechtelijke actoren ter bestrijding van ongewenste maatschappelijke fenomenen, waaronder de bestrijding van fraude. Het voorstel richt zich uitsluitend op de normering van de gegevensverwerking die onder de vlag van die samenwerkingsverbanden plaatsvindt. In dit artikel wordt betoogd dat die benadering te beperkt is. Dat wordt geïllustreerd met een analyse van de mogelijke gevolgen van het voorstel voor de verdedigingsrechten en het bewijsrecht, in het bijzonder het leerstuk van het onrechtmatig verkregen bewijs. |