Op 9 juli 2020 heeft de ACM de Concept Leidraad Duurzaamheidsafspraken ter consultatie op haar website gepubliceerd. Hiermee beoogt de ACM te verduidelijken onder welke omstandigheden afspraken met een duurzame doelstelling met artikel 6 Mw en 101 VWEU verenigbaar zijn, inclusief op basis van de in het derde lid vervatte efficiencytoets. In deze bijdrage wordt eerst een historische parallel getrokken met de verhouding tussen de theorie van de ‘tragedy of the commons’ enerzijds en het Nederlandse poldermodel anderzijds. Vervolgens wordt de Leidraad gecontextualiseerd, beschreven en, tot slot, geanalyseerd. |
Zoekresultaat: 85 artikelen
Artikel |
|
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 4-5 2020 |
Trefwoorden | Concept Leidraad Duurzaamheidsafspraken, duurzaamheid, ACM |
Auteurs | Pim Jansen en Sarah Beeston |
SamenvattingAuteursinformatie |
Wetenschap |
Related party transactions, de tegenstrijdigbelangregeling en het voorkomen van belangenverstrengeling in de Nederlandse Corporate Governance Code: waar zijn we nu aan toe? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | belangenconflicten, tegenstrijdig belang, Herziene Europese Aandeelhoudersrichtlijn, transactiecommissie, corporate governance |
Auteurs | Mr. A.C. Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW) is een nieuwe regeling voor related party transactions geïmplementeerd. De nieuwe regeling is een aanvulling op de bestaande tegenstrijdigbelangregeling in Boek 2 van het BW en hetgeen met betrekking tot belangenverstrengeling is geregeld in principe 2.7 van de Nederlandse Corporate Governance Code. Deze bijdrage bespreekt de onderlinge verhoudingen tussen deze regelingen en geeft het gebruik van een speciale overnamecommissie, zoals in de Verenigde Staten van toepassing, als mogelijke oplossing voor ook de Nederlandse praktijk om met belangenverstrengeling bij gevoelige transacties en deze drie regelingen om te kunnen gaan. |
Artikel |
Drie modellen voor eigen schuld bij strafuitsluitingsgronden |
Tijdschrift | Boom Strafblad, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | Culpa in causa, Actio libera in causa, Eigen schuld, Strafuitsluitingsgronden, Vollrausch |
Auteurs | Mr. R.H. (Robert) Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de Nederlandse rechtspraktijk kan de rechter een beroep op een strafuitsluitingsgrond verwerpen als blijkt dat de verdachte een zekere mate van eigen schuld heeft, ondanks dat de (overige) voorwaarden zijn vervuld. In de literatuur worden bezwaren aangevoerd tegen deze pragmatische benadering en zijn alternatieve aansprakelijkheidsmodellen tot stand gekomen: eigen schuld als zelfstandig strafbaar feit en de actio libera in causa. In deze bijdrage worden beide modellen beschreven en vergeleken met de Nederlandse benadering. |
Artikel |
Vrijheid en onvrijheid in het vermogensrecht in en na de Tweede Wereldoorlog |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2020 |
Trefwoorden | partijvrijheid, beknotting, bezetting, publiekrecht, gemeenschapsbelangen |
Auteurs | Prof. mr. C.J.H. Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het artikel analyseert de beknotting van privaatrechtelijke vrijheden tijdens de bezetting en na de bevrijding door middel van publiekrechtelijke en dwingendrechtelijke regels. De rechtvaardiging voor dit wetgevende ingrijpen school vaak in een algemeen belang. Er was daarmee sprake van een grote mate van continuïteit in de beperking van private partijen in hun handelingsvrijheid voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Boom Strafblad, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | Tweede Wereldoorlog, Verzet, Onrechtvaardig recht, Antisemitisme |
Auteurs | Prof. mr. C.J.H. (Corjo) Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Na de bevrijding ontstond al snel het beeld dat ‘de’ Nederlanders zich tijdens de oorlog heldhaftig hadden verzet tegen de Jodenvervolging en het nationaalsocialistische onrecht. De naoorlogse berichten over de moord op meer dan 102.000 Nederlandse Joden brachten dit zelfbeeld nauwelijks aan het wankelen. Dat werd anders, toen in de jaren zestig van de vorige eeuw bleek dat de nazi’s gedurende de Tweede Wereldoorlog uit geen enkel land in West-Europa zo veel Joden hadden gedeporteerd en omgebracht als uit Nederland. Deze bijdrage staat stil bij het verzet van Nederlandse juristen tegen onrechtvaardig recht, in het bijzonder tegen de antisemitische maatregelen. |
Artikel |
De verbindendverklaring als reguleringsinstrument |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | cao, werkingssfeer, handhaving, ontduiking, arbeidsvoorwaarden |
Auteurs | Mr. dr. N. Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Arbeidsvoorwaardenvorming is primair een taak van werkgevers en werknemers en dit geschiedt veelal op collectief niveau. Werkgeversorganisaties en vakbonden onderhandelen over cao’s, die vervolgens door de Minister van SZW algemeen verbindend kunnen worden verklaard. Er zijn bewegingen zichtbaar waarbij individuele werkgevers in toenemende mate cao’s ontduiken of omzeilen, met het doel om tegen lagere arbeidsvoorwaarden werk aan te bieden. Het op een juiste wijze vormgeven van de werkingssfeer van cao’s en de handhaving spelen een belangrijke rol bij het tegengaan van ontduiking, en daarmee bij het waarborgen van een gelijk speelveld. Dit waarborgt op de lange termijn het nut en de waarde van de cao. |
Onderzoeksnotities |
Detentie specifieke normering van de d2 aandacht- en concentratietest |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Criminologie, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | attention, concentration, norm scores, detainees, prison |
Auteurs | Dr. Jochem Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Recent studies show that neurocognitive functioning of people within the criminal justice system might be relevant for judicial intervention and reintegration programs, but the use of this information is hindered by – among other things – a lack of appropriate norm scores for neuropsychological tests. A total of 272 detainees completed the d2 attention and concentration test. This article shows that for the d2 attention and concentration test, the already available norm scores are not appropriate for the use within the criminal justice system. New norm scores for Dutch detainees are provided, based on outcomes of a regression based norm procedure. These norm scores are made freely available. |
Artikel |
De Omgevingswet: wetgeving als symbool of communicatieve wetgeving? |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Symboolwerking van wetgeving, Omgevingswet, Crisis- en herstelwet, Communicatieve wetgeving, Wetgevingsevaluatie |
Auteurs | Dr. Friso Johannes Jansen MSc |
SamenvattingAuteursinformatie |
The Crisis and Recovery Act and the Environmental Planning Act are analysed in this article as a form of communicative legislation. This approach to socio-legal analysis draws attention to the need to understand the symbolic effects of legislation as independent drivers of compliance. The modest legal effects of the Crisis and Recovery Act are contrasted with the more sizeable symbolic effects of this legalisation. In addition, the ex-ante evaluation of the Environmental Planning Act shows that the proposed legal changes can only provide a small impetus to the desired culture change, nonetheless there is potential for areas of this law to have symbolic effects as well. These could potentially contribute independently to its success. |
Recensies en signalementen |
Een semiotiek van de droom, de ceremonie, het land en het recht |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | Aboriginal recht, Rechtsantropologie |
Auteurs | Mr. Bart Jansen |
Auteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | oprichting, doelstelling, band met de rechtspraktijk, rechtsfilosofie en rechtstheorie, internationalisering (van Duits naar Engels) |
Auteurs | Corjo Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Vereeniging voor Wijsbegeerte des Rechts (VWR) is opgericht op 28 december 1918. Zij had tot doel de studie van de rechtsfilosofie en het maatschappelijk leven. Deze studie moest tevens relevant zijn voor de rechtspraktijk. Vanaf haar oprichting kende de VWR een sterke internationale oriëntatie, aanvankelijk gericht op Duitsland, later vooral op het Verenigd Koninkrijk en de VS. In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw beleefde de VWR wat betreft belangstelling en ledenaantal haar hoogtepunt. In 2016 besloot zij – na een gestage neergang – de band met de Nederlandstalige (praktijk)jurist weer aan te halen. |
Jurisprudentie |
Directe actie als de verzekerde rechtspersoon niet meer bestaat: uitzondering op meldingsplicht geldt volgens de Hoge Raad voor alle schadesHR 1 februari 2019, ECLI:NL:HR:2019:150 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | directe actie, artikel 7:954 BW, meldingsvereiste, verzekerde rechtspersoon, faillissement |
Auteurs | Mr. J. Kruijswijk Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 1 februari 2019 heeft de Hoge Raad de reikwijdte van de uitzondering op het meldingsvereiste voor een beroep op de directe actie van artikel 7:954 BW verduidelijkt. Volgens lid 2 van artikel 7:954 BW is voor een beroep op de directe actie niet nodig dat de schade door de aansprakelijke verzekerde aan de aansprakelijkheidsverzekeraar is gemeld, als de verzekerde een rechtspersoon was die heeft opgehouden te bestaan. In alle andere gevallen kan de directe actie alleen worden uitgeoefend als de schade door de verzekeringnemer of verzekerde wél is gemeld bij de aansprakelijkheidsverzekeraar. In het onderhavige arrest stond ter discussie of dit voor alle schades geldt of alleen voor de zogenaamde long tail-schades: schades die zich pas (na lange tijd) manifesteren nadat een rechtspersoon heeft opgehouden te bestaan. |
Artikel |
Het slapend dienstverband: van onfatsoenlijk tot slecht werkgeverschap |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Slapend dienstverband, compensatieregeling, goed werkgeverschap, onfatsoenlijk, Scheidsgerecht |
Auteurs | Mr. dr. Niels Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In navolging van het Scheidsgerecht Gezondheidszorg oordeelde Rechtbank Den Haag onlangs dat een werkgever, mede met het oog op de Regeling compensatie transitievergoeding, op grond van goed werkgeverschap onder omstandigheden verplicht kan zijn tot beëindiging van de slapende arbeidsovereenkomst over te gaan. Beide uitspraken zijn overwegend kritisch ontvangen, maar de vraag is hoe vreemd de gedachte eigenlijk is dat een werkgever in strijd met het goed werkgeverschap kan handelen door een dienstverband niet te beëindigen. Hoewel ik moeite heb met de compensatieregeling, vind ik voornoemde uitspraken goed verdedigbaar. Een werkgever die geen enkel belang heeft niet te handelen in strijd met het belang van een werknemer handelt meer dan alleen onfatsoenlijk. Onlangs stelde Kantonrechter Roermond prejudiciële vragen aan de Hoge Raad over deze kwestie. Aan de Hoge Raad is onder meer voorgelegd of – kort gezegd – de omgekeerde Stoof/Mammoet-toets werknemers met een slapend dienstverband kan helpen aan een transitievergoeding. Mij lijkt dat geen begaanbaar pad, tenzij het gaat om de aanpassing van een arbeidsovereenkomst van werknemers die na 104 weken ziekte structureel passend werk verrichten. Voor deze werknemers kan de omgekeerde Stoof/Mammoet wellicht behulpzaam zij bij het verkrijgen van een gedeeltelijke transitievergoeding. |
Praktijk |
Baas over je inbox |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 6 2019 |
Auteurs | Mariska Jansen |
Recent |
Commercial Court hoopt zaken in Nederland te houden |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 2 2019 |
Auteurs | Mariska Jansen en Peter Boer |
Auteursinformatie |
Artikel |
Duurzaam kantoor houden |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 10 2018 |
Auteurs | Mariska Jansen |
Essay |
Zorgvuldig en verdeeld?Over de bestuursrechtelijke machtenscheiding in zelfstandige bestuursorganen met de functiescheidingseis |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | bestuurlijke boete, financieel bestuursrecht, functiescheiding, onpartijdigheid, zorgvuldigheidsbeginsel |
Auteurs | Oswald Jansen |
Auteursinformatie |
Artikel |
Tussentijds appel |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 8 2018 |
Auteurs | Maarten Jansen |
Auteursinformatie |
Artikel |
Annotatie – Over de hoge lat voor ernstige verwijtbaarheid en het optellen van verwijten. Conclusie A-G Timmerman 9 maart 2018, ECLI:NL:PHR:2018:210 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | Ernstig verwijtbaar, Meer gedragingen, Dringende reden, Cumulatie |
Auteurs | mr. Niels Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur zet uiteen of meerdere gedragingen, die wellicht verwijtbaar maar niet ernstig verwijtbaar zijn, kunnen leiden tot de kwalificatie ‘ernstig verwijtbaar gedrag’. Ziet ‘ernstig’ nu op de gedraging of op het geheel aan gedragingen. Zowel de wetsgeschiedenis als belangrijke rechtspraak worden hiervoor geanalyseerd. |
Artikel |
Persoonlijkheidskenmerken van e-fraudeslachtoffers |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Veiligheid, Aflevering 1-2 2018 |
Trefwoorden | Online fraud, Big Five personality traits, Phishing, online marketplace fraud, cybercrime prevention |
Auteurs | Jildau Borwell, Jurjen Jansen en Wouter Stol |
SamenvattingAuteursinformatie |
With the digitization of society, perpetrators gained new tools to commit crimes. Online fraud, also referred to as e-fraud, is one of the most common types of cybercrime. The present study focusses on two types of e-fraud: phishing and online consumer fraud. Although e-fraud always contains a digital component, the human is the weakest link in such crimes. Perpetrators deceive their victims to acquire sensitive data or to conclude a fraudulent sale, which makes victims unwillingly participate in the offence. However, not every person adheres to such fraudulent schemes. This raises the question what makes some people comply with these schemes and thus become a victim of cybercrime, while others do not. In this study, the differences between personality traits of e-fraud victims and the Dutch population were investigated. Personality traits influence the way people process information and react to situations, which also applies when people are confronted with e-fraud. Data were collected through an online survey, in which 224 e-fraud victims participated. The outcomes of the survey were compared with norm groups representative for the Dutch population. E-fraud victims, compared to the Dutch population, scored higher on extraversion, altruism and conscientiousness, and lower on neuroticism. Based on the findings, recommendations have been made for the development of targeted preventive measures against e-fraud. |
Artikel |
Ervaren complexiteit van sociale professionals die werken met moeilijk bereikbare burgersDe relatie met ketenpartners |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | Sociale professionals in de frontlijn, Complexiteit, Ketenpartners, Moeilijk bereikbaren |
Auteurs | Drs. Jeanet de Jong en Heleen Jansen Msc |
SamenvattingAuteursinformatie |
The day to day work of social professionals working with ‘hard to reach’ people, is known to be highly complex. Especially the interdependent relationship with other agencies. |