Dit artikel is een onderdeel van het themanummer naar aanleiding van de Vlaams-Nederlandse bijeenkomst over het omgevingsrecht met de titel: ‘Omgevingsrecht in de Lage Landen: Toren van Babel of Tuin der Lusten?’ |
Zoekresultaat: 475 artikelen
Jaar 2016 xArtikel |
Exit inrichtingenbegrip, welkom activiteit! |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | omgevingsrecht, Omgevingswet, inrichting, milieubelastende activiteit |
Auteurs | Mr. V.M.Y. (Valérie) van ’t Lam |
SamenvattingAuteursinformatie |
Boekbespreking |
Eén b(r)oek voor twee billen? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | omgevingsrecht |
Auteurs | Drs. H.E. (Hans) Woldendorp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze boekenbespreking is een onderdeel van het themanummer naar aanleiding van de Vlaams-Nederlandse bijeenkomst over het omgevingsrecht met de titel: ‘Omgevingsrecht in de Lage Landen: Toren van Babel of Tuin der Lusten?’ |
Redactioneel |
Vlaams en Nederlands omgevingsrecht vergeleken: Toren van Babel of Tuin der Lusten? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | omgevingsrecht |
Auteurs | Prof. R. (Rosa) Uylenburg |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit redactioneel vormt de inleiding van het themanummer naar aanleiding van de bijeenkomst ‘Omgevingsrecht in de Lage Landen: Toren van Babel of Tuin der Lusten?’, die op 22 april 2016 in Den Bosch plaatsvond. |
Artikel |
De betekenis van mr. T. Koopmans voor het arbeidsrecht |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | Arbeidsrecht, Stakingsrecht, Hof van Justitie, Advocaat-generaal, Hoge Raad |
Auteurs | Prof. mr. Guus Heerma van Voss |
Auteursinformatie |
Jurisprudentie |
Tegen de wetHvJ EU 19 april 2016, C-441/14, ECLI:EU:C:2016:278, JAR 2016/132 (Ajos/Rasmussen) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | Contra legem, Algemene beginselen |
Auteurs | Mr. Peter Vas Nunes |
SamenvattingAuteursinformatie |
In april van dit jaar wees het Hof van Justitie van de Europese Unie arrest in de zaak Rasmussen. Hoewel het arrest is gewezen door de Grote Kamer, brengt het weinig dat echt nieuw is. Het arrest biedt wel een goede gelegenheid om in te gaan op een aantal leerstukken die van belang zijn voor beoefenaars van het arbeidsrecht, zoals die met betrekking tot de richtlijnconforme uitleg van nationaal recht en het buiten toepassing laten van dat recht op grond van algemene beginselen van Unierecht. |
Jurisprudentie |
Overgang van wettelijke verplichtingen – het Hof van Justitie van de EU treedt wederom buiten contractuele grenzenHvJ EU 28 januari 2015, C-688/13, ECLI:EU:C:2015:46, JAR 2015/279 (Gimnasio Deportivo San Andrés SL/Tesorería General de la Seguridad Social) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | overgang van onderneming, sociale zekerheid, rechten en verplichtingen uit de arbeidsovereenkomst, rechten van derden |
Auteurs | Prof. mr. Ronald Beltzer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Richtlijn 2001/23 inzake de overgang van ondernemingen ziet blijkens het in deze bijdrage besproken arrest evenzeer op de overgang van aan de arbeidsovereenkomst gerelateerde, wettelijke socialezekerheidsrechten. Slechts buitenwettelijke rechten inzake sociale zekerheid mogen door de lidstaten worden uitgezonderd van overgang (artikel 3 lid 4 onder a). De reikwijdte van deze uitzondering is beperkt. Het staat lidstaten vrij een ruimere bescherming te bieden. De auteur stelt de vraag of de uitspraak gevolgen heeft voor andere arbeidsgerelateerde rechten en analyseert de in dit arrest impliciet aanvaarde derdenwerking. |
Article |
|
Tijdschrift | Erasmus Law Review, Aflevering 2 2016 |
Trefwoorden | Supervision, twin track system, principle of proportionality, human rights, violent and sex offenders |
Auteurs | Bernd-Dieter Meier |
SamenvattingAuteursinformatie |
After release from prison or a custodial preventive institution, offenders may come under supervision in Germany, which means that their conduct is controlled for a period of up to five years or even for life by a judicial supervising authority. Supervision is terminated if it can be expected that even in the absence of further supervision the released person will not commit any further offences. From the theoretical point of view, supervision is not considered a form of punishment in Germany, but a preventive measure that is guided by the principle of proportionality. After a presentation of the German twin track system of criminal sanctions and a glimpse at sentencing theory, the capacity of the principle of proportionality to guide and control judicial decisions in the field of preventive sanctions is discussed. The human rights perspective plays only a minor role in the context of supervision in Germany. |
Artikel |
Lozingsactiviteiten in het Besluit activiteiten leefomgeving |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | Omgevingswet, Waterwet, Bal, lozen |
Auteurs | Mr. Z. (Zinzi) Aben LL.Mleg en Mr. ir. S. (Simon) Handgraaf |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreken de auteurs het kader voor lozingen na inwerkingtreding van de Omgevingswet. Daarbij wordt ingegaan op het nieuwe begrip ‘de lozingsactiviteit’ en de overige relevante bepalingen in het Besluit activiteiten leefomgeving. |
Artikel |
De Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet: verbetering of niet? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | Omgevingswet, grondeigendom, onteigening, herverkaveling |
Auteurs | Mr. J.R. (Jurgen) Vermeulen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage beschrijft en bespreekt de auteur de consultatieversie van de Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet. Het artikel bevat een schets en een beoordeling van de instrumenten in de Aanvullingswet. |
Artikel |
Het Besluit activiteiten leefomgeving |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | Omgevingswet, stelselherziening, Bal, Activiteitenbesluit, activiteiten |
Auteurs | Mr. G.C.W. (Godert) van der Feltz |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage gaat de auteur in op de systematiek van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en de rol van het Bal in het omgevingsrecht. |
Artikel |
De Omgevingswet: waterbestendig of waterdoorlatend? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | Omgevingswet, Waterwet |
Auteurs | Mr. ir. M.J. (Ina) Kraak en Mr. W.J. (Willem) Wensink |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreken en beoordelen de auteurs de Omgevingswet – met een doorkijkje naar de wet- en regelgeving die nog volgt – vanuit het perspectief van het waterbeheer en de positie van de waterbeheerder. De huidige Waterwet, die nu in belangrijke mate het referentiekader is voor de waterbeheerder, vormt daarbij een belangrijke toetssteen. |
Door het alleen langs elektronische weg bekendmaken van een besluit wordt het recht op toegang tot de rechter niet in de kern aangetast. |
Artikel |
Een extra termijn van de Brzo-omgevingsdiensten voor het indienen van het VR: gunst of niet? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | strafrecht, handhaving, vertrouwensbeginsel, Besluit risico’s zware ongevallen (Brzo), Gedogen |
Auteurs | Mr. B. d’Hooghe en mr. C.J. IJdema |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bedrijven die onder het zwaarste regime van het nieuwe Besluit risico’s zware ongevallen 2015 (hierna Brzo 2015) vallen, hadden vóór 1 juni 2016 een veiligheidsrapport moeten indienen dat aan de eisen van het Brzo 2015 voldoet. Dat was in de praktijk problematisch omdat inwerkingtreding van de Regeling risico’s zware ongevallen 2015 lang op zich heeft laten wachten en de PGS 6-richtlijn nog niet definitief is aangepast. Om die reden hebben de Brzo-omgevingsdiensten aan bestaande inrichtingen laten weten dat een ‘begunstigingstermijn’ zal worden geboden tot en met 1 januari 2017 om te voldoen aan het Brzo 2015. Wij hebben onderzocht of Brzo-bedrijven op basis van de brief inderdaad langer de tijd mochten nemen om een nieuw veiligheidsrapport in te dienen, of dat zij daardoor op het verkeerde been zijn gezet. |
Artikel |
Succes- en faalfactoren bij het strafrechtelijk afpakken van crimineel vermogen bij milieucriminaliteit |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Milieucriminaliteit, Milieu(straf)recht, Afpakken, Strafrechtelijk afpakken, Financieel rechercheren |
Auteurs | N. van Zanden, MSc en Dr. R. Neve |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het besef dat milieucriminaliteit hoofdzakelijk wordt gepleegd om er geld mee te verdienen is, anders dan bij ‘traditionele’ vormen van georganiseerde criminaliteit zoals drugs- en mensenhandel, van betrekkelijk recente datum. Om die reden is er langere tijd minder geïnvesteerd in financiële capaciteit bij milieuteams bij de Nationale Politie, Inspectie Leefomgeving en Transport en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. De laatste jaren is getracht om deze achterstand in te lopen. In dit artikel wordt de huidige stand van zaken besproken aangaande de financiële focus en het strafrechtelijk afpakken van crimineel vermogen bij milieucriminaliteit. |
Artikel |
Civiele vorderingen en transnationale racketeeringEen kritische lezing van het arrest van het Amerikaanse Hooggerechtshof in RJR Nabisco tegen de Europese Gemeenschap |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | racketeering, extraterritorialiteit, private vorderingen, Verenigde Staten, Europese Unie |
Auteurs | Prof. dr. C.M.J. Ryngaert |
SamenvattingAuteursinformatie |
In RJR Nabisco besliste het Amerikaanse Hooggerechtshof dat de Europese Unie en haar lidstaten in de VS geen civiele vordering konden indienen op basis van de Amerikaanse racketeeringwetgeving wanneer de schade van racketeering buiten de VS is ingetreden. De redenering van het Hof dat deze uitspraak internationale spanning voorkomt, overtuigt niet, integendeel. Deze uitspraak past in een evolutie waarbij Amerikaanse rechtbanken een steeds isolationistischer houding aannemen tegenover transnationale zaken. Men mag verwachten dat dergelijke zaken, met inbegrip van strafzaken, zich steeds meer zullen verplaatsen naar andere jurisdicties, waaronder de EU en Nederland. |
Boekbespreking |
Bespreking van de oratie Verantwoord financieel strafrecht van Matthijs Nelemans, Tilburg University, 2015 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Beginselen en omvang financieel strafrecht, Zorgvuldigheid, Motiveringsplicht, Buitengerechtelijke afdoening, Financiële toezichthouders |
Auteurs | Prof. dr. R.C.P. Haentjens |
SamenvattingAuteursinformatie |
De orator bespreekt het uitdijend rechtsgebied, met als kern de Wft, de evolutie van het handhavingsmodel met zijn open normen en buitengerechtelijke afdoening en ten slotte de legaliteit en legitimiteit van het financieel strafrecht. De recensent vraagt zich af, of de door de orator genoemde rechtsbeginselen wel de rechtsbeginselen (kunnen) zijn die het financieel strafrecht kunnen normeren, nu het rechtsgebied ‘in het gareel’ wordt gehouden door beginselen van commuun strafrecht, bestuursrecht en Europees recht. Hoe moet het met de begrippen als daderschap en samenloop in de straftoemeting? Het is een weerbarstige materie. |
Artikel |
De hoge en bijzondere transactie: een pleidooi voor rechterlijke controle op de afdoening buiten geding |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | buitengerechtelijke afdoening, hoge transactie, bijzondere transactie, EHRM, internationale straftribunalen |
Auteurs | Mr. dr. K.C.J. Vriend |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel zijn de mogelijkheden van rechterlijke controle op de afdoening buiten geding in strafzaken onderzocht. Gepleit wordt voor een aparte raadkamerprocedure voor hoge en bijzondere transacties, waarbij toetsingscriteria werden ontleend aan de jurisprudentie van het EHRM en de internationale straftribunalen. De raadkamer toetst de overeengekomen transactie aan drie criteria. Ten eerste of de verdachte de transactie vrijwillig heeft geaccepteerd. Ten tweede of de verdachte voldoende geïnformeerd is over de procedurele gevolgen en over het bewijs dat tegen hem vergaard is. Ten derde toetst de raadkamer of er prima facie voldoende bewijsmateriaal in het dossier voorhanden is. Een door de raadkamer in het openbaar uitgesproken gemotiveerde beschikking maakt controle mogelijk op het overeenkomen van hoge en bijzondere transacties. |
Praktijk |
Update mededingingsrechtelijke aspecten van postcontractuele concurrentieverboden in franchiseovereenkomsten |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Franchise, Postcontractuele concurrentieverboden, Verticaal mededingingsrecht, Nevenrestrictie |
Auteurs | Mr. H.E. Urlus |
SamenvattingAuteursinformatie |
De bijdrage ziet op mededingingsrechtelijke ontwikkelingen bij postcontractuele concurrentieverboden in franchiseovereenkomsten en de implicaties van de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie in de beschikking La Retoucherie de Manuele. De auteur stelt de vraag of dergelijke bedingen in de context van franchise nog kunnen worden aangemerkt als noodzakelijke nevenrestricties. Dat is van belang, omdat dergelijke nevenrestricties zijn onttrokken aan mededingingsrechtelijke toetsing, waardoor de merkbaarheid geen rol meer speelt. De auteur wijst erop dat bij een mededingingsrechtelijke toetsing van postcontractuele concurrentieverboden meer factoren van belang zijn dan slechts een belangenafweging tussen partijen. |
Column |
Negatieve rente op consumentenspaarsaldo een Europese no-go? |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Ambtshalve toetsing, Richtlijn 93/13, Spaarrente, Negatieve rente, Uitleg van overeenkomst |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
In veel bankvoorwaarden wordt de spaarrente als positieve spaarrente gepresenteerd: de bank betaalt een spaarrente aan de consument. In toenemende mate, daartoe gedreven door ontwikkelingen op de kapitaalmarkt, zijn banken zich aan het voorbereiden op het heffen van negatieve spaarrente. Dit wil zeggen dat de consument aan de bank rente moet betalen over zijn spaarsaldo. Aan de hand van de Richtlijn Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten wordt onderzocht of banken überhaupt een negatieve rente mogen heffen. |
Artikel |
Schadebegroting bij een doorberekeningsverweer en een bijgestelde maatstaf voor voordeelstoerekening |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Kartelschade, Passing-on verweer, Schadebegroting, Voordeelstoerekening |
Auteurs | Prof. mr. A.L.M. Keirse en Mr. dr. M. van Kogelenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
In lijn met Europees schadevergoedingsrecht wendt de Hoge Raad overcompensatie af. In de recente follow-on kartelschadeprocedure TenneT c.s/ABB c.s. maakt de Hoge Raad namelijk de weg vrij voor een consistente toekenning van het zogenoemde passing-on verweer. Daarbij geeft hij te kennen ruimer te zijn gaan denken over het leerstuk van voordeelstoerekening. In deze bijdrage wordt het belang van deze ontwikkelingen voor zowel het mededingingsrecht als het algemene schadevergoedingsrecht geduid. |