Bitcoin is mede vanwege zijn anonieme karakter een populair betaalmiddel van criminelen geworden. In opsporingsonderzoeken van de FIOD en de politie komen de aan bitcoin gerelateerde fenomenen ‘de bitcoinhandelaar’ en ‘de bitcoinmixer’ in relatie met witwassen voor. Deze fenomenen worden uitgelegd in dit artikel. Het artikel eindigt met de drie nieuwe, door de FIU gevalideerde witwastypologieën over de aan- en verkoop van virtuele betaalmiddelen. |
Zoekresultaat: 72 artikelen
Jaar 2017 xArtikel |
Nieuwe witwastypologieën in de strijd tegen witwassen met virtuele betaalmiddelen |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2017 |
Trefwoorden | Bitcoin, Witwassen, Facilitator, Strafrecht, Cryptocurrency |
Auteurs | Mr. S. Visser |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De beoordeling van geneesmiddelenonderzoek onder de nieuwe Europese verordening – leuker kunnen we het wél makenReactie op TvGR-artikel Van der Windt: ‘De beoordeling van geneesmiddelenonderzoek onder de nieuwe Europese verordening – niet leuker, niet makkelijker’ |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2017 |
Trefwoorden | klinisch geneesmiddelenonderzoek, Europese wetgeving |
Auteurs | Dr. ir. M. Al, mr. I. van Veldhuizen, dr. C. de Heer e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Reactie Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO) op artikel Van der Windt: ‘De beoordeling van geneesmiddelenonderzoek onder de nieuwe Europese verordening – niet leuker, niet makkelijker’, verschenen in in TvGR 2017, nr. 4-5, p. 331-341. De CCMO wil graag enkele misverstanden wegnemen, die zouden kunnen ontstaan na lezing van het artikel van mr. drs. Th. van der Windt. De reikwijdte van de nieuwe Europese verordening voor klinisch geneesmiddelenonderzoek is in essentie niet anders dan van de huidige EU-richtlijn. METC-leden mogen onder de verordening nog steeds bij dezelfde instelling werkzaam zijn als waar het onderzoek plaatsvindt, maar, net als nu, niet aan dezelfde afdeling. Mede door diverse voorbereidende inspanningen zal Nederland ook na 2019 een aantrekkelijk land blijven voor het doen van klinisch geneesmiddelenonderzoek. |
Artikel |
Begrippenkader Wkkgz en incidentenbenadering frustreren kwaliteit van zorgReactie op TvGR-artikel Laarman: ‘De professionele standaard; wat is een open en eerlijke reactie na een medisch incident?’ |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2017 |
Trefwoorden | Algemene verordening gegevensbescherming, privacy, bijzondere persoonsgegevens, accountability |
Auteurs | Mr. F.H. de Haan |
SamenvattingAuteursinformatie |
Reactie op artikel B.S. Laarman, ‘De professionele standaard; wat is een open en eerlijke reactie na een medisch incident?’, TvGR 2017, nr. 4-5, p. 351-359. Auteur gaat dieper in op de door de IGZ gehanteerde begrippen incident, de calamiteit en de complicatie en concludeert dat het met deze begrippen geschetste toneel rijk gevulde coulissen heeft. |
Artikel |
De Algemene verordening gegevensbescherming: een introductie voor de zorgsector |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2017 |
Trefwoorden | Algemene verordening gegevensbescherming, privacy, bijzondere persoonsgegevens, accountability |
Auteurs | Mr. C. van Balen en mr. O.S. Nijveld |
SamenvattingAuteursinformatie |
Vanaf 25 mei 2018 is de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) van toepassing. De AVG brengt ook voor organisaties in de zorgsector nieuwe verplichtingen met zich mee. In dit artikel worden de belangrijkste wijzigingen die de verordening meebrengt ten opzichte van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) besproken, voor zover die van belang zijn voor organisaties in de zorgsector. De auteurs gaan in op de nieuwe rechten van betrokkenen, de verplichtingen van verwerkingsverantwoordelijken en bewerkers en sancties en rechtsbescherming. Verder wordt de verhouding tussen de AVG en de bestaande sectorale wetgeving binnen de zorg besproken. |
Artikel |
De deken komt naar u toe |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 10 2017 |
Auteurs | Nathalie Gloudemans-Voogd en John Peters |
Auteursinformatie |
Artikel |
Anti-witwasrichtlijn: werk aan de winkel |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 10 2017 |
Auteurs | Virgil Matroos en Annemarije Schoonbeek |
Auteursinformatie |
Jurisprudentie |
Cassatie |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2017 |
Auteurs | Mr. K. Teuben |
Auteursinformatie |
Artikel |
Een nieuwe taak en een nieuwe balans |
Tijdschrift | De Gerechtsdeurwaarder, Aflevering 4 2017 |
Auteurs | Marijke Kaptein |
Artikel |
Realisering van het recht op onaantastbaarheid van het lichaam door middel van wetgeving |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 6 2017 |
Trefwoorden | Onaantastbaarheid van het menselijk lichaam, Recht op lichamelijke integriteit, Artikel 11 Grondwet |
Auteurs | Mr. P.B.C.D.F. van Sasse van Ysselt |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt het nut en de meerwaarde van het recht op de onaantastbaarheid van het lichaam onderzocht, alsmede de grondrechtelijke randvoorwaarden die van belang zijn bij de realisering van het recht op de onaantastbaarheid van het lichaam. Dit wordt onder meer in het licht geplaatst van de rechtspraktijk en huidige en toekomstige dilemma’s en technologische ontwikkelingen. De meerwaarde van artikel 11 Grondwet wordt, met name ten opzichte van artikel 10 Grondwet (bescherming persoonlijke levenssfeer), wel als beperkt ingeschat omdat beide bepalingen ten aanzien van de onaantastbaarheid van het menselijk lichaam juridisch dezelfde bescherming bieden. De vraag is echter of dat terecht is, nu artikel 11 Grondwet het menselijk lichaam expliciet als rechtsobject beschermt. Technologische ontwikkelingen, waarbij enerzijds het menselijk lichaam steeds meer maakbaar wordt en aan veranderingen kan worden onderworpen. Juist in die context heeft het recht op onaantastbaarheid van het menselijk lichaam betekenis en urgentie. Anderzijds roepen ook de steeds grotere medische mogelijkheden en de hoge kosten waarmee dat gepaard gaat vragen op. Het belang van de bescherming die artikel 11 Grondwet biedt, is daarmee juist in het huidige tijdsgewricht van belang. |
Praktijk |
De implementatie van de vierde en vijfde anti-witwasrichtlijn |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2017 |
Trefwoorden | Wwft, witwassen, uiteindelijk belanghebbende, politiek prominente personen, vierde anti-witwasrichtlijn |
Auteurs | Mr. J.M. van Poelgeest |
SamenvattingAuteursinformatie |
De vierde anti-witwasrichtlijn is in werking getreden en diende uiterlijk 26 juni 2017 te zijn geïmplementeerd. In verband met de implementatie van de richtlijn wijzigt onder meer de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). In dit artikel worden de belangrijkste wijzigingen besproken als gevolg van de Implementatiewet registratie uiteindelijk belanghebbenden en de Implementatiewet vierde anti-witwasrichtlijn. De implementatie heeft een aanzienlijke impact op het beleid van alle instellingen die onder de Wwft vallen. Zo zullen de instellingen hun beleid moeten aanpassen en gebruik moeten gaan maken van het register met uiteindelijk belanghebbenden. De risicogebaseerde benadering komt nog meer naar voren in het cliëntenonderzoek dat door de instellingen moet worden verricht. |
De procedurele eisen gesteld aan de invordering van een dwangsom zijn geen doel op zich. |
Casus |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 4 2017 |
Auteurs | Thom de Jong en Margot Aelen |
Auteursinformatie |
Diversen |
Multifocaal toezichtProfessionalisering van intern en publiek toezicht door de ogen van Henk Kesler |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 4 2017 |
Auteurs | Rein Halbersma en Karin van Wingerde |
Auteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Handicap & Recht, Aflevering 2 2017 |
Trefwoorden | toegankelijkheid, kiesrecht, College voor de Rechten van de Mens, visuele beperking, verstandelijke beperking |
Auteurs | J.L. Hoegen Dijkhof MSc |
SamenvattingAuteursinformatie |
Mensen met een beperking ervaren de nodige obstakels bij het uitoefenen van hun stemrecht bij verkiezingen. Dat volgt uit onderzoek dat is uitgevoerd in opdracht van het College voor de Rechten van de Mens, toezichthouder op de naleving van het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap. Ruim duizend mensen met een lichamelijke, visuele of verstandelijke beperking of psychische aandoening werden ondervraagd naar hun ervaringen omtrent de toegankelijkheid van de Tweede Kamerverkiezingen van 15 maart 2017. Met name mensen met een visuele en/of een verstandelijke beperking ervaren moeilijkheden. Zo heeft twee derde van de blinden en slechtzienden moeite om het stembiljet in te vullen. Mensen met een verstandelijke beperking ervaren de nodige problemen in de voorbereiding op het stemmen en met het stembiljet. Daarnaast willen zij graag geholpen worden in het stemhokje. Het College beveelt aan om het stembiljet aan te passen en te blijven investeren in de ontwikkeling van alternatieve stemmethodes. Het College pleit er ook voor om hulp in het stemhokje toe te staan voor mensen met een verstandelijke beperking, waar dat nu alleen voor mensen met een lichamelijke beperking is toegestaan. Of het nieuwe kabinet daar iets aan doet bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2018, lijkt niet waarschijnlijk. |
Redactioneel |
De wendbaarheid van het mededingingsrecht |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 5-6 2017 |
Auteurs | Rein Wesseling |
Auteursinformatie |
Jurisprudentie |
Gedomineerde en aanpalende markten – enkele opmerkingen bij NS LimburgBesluit ACM d.d. 22 mei 2017, artikel 24 Mw en artikel 102 VWEU (Aanbesteding Concessie Limburg) |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 5-6 2017 |
Trefwoorden | misbruik van machtspositie, misbruik op aanpalende markten, roofprijzen, competition on the merits, stelsel van gedragingen als misbruik |
Auteurs | Paul Kreijger |
SamenvattingAuteursinformatie |
Was het misbruikverbod in de Nederlandse mededingingspraktijk lange tijd een rustig, zo niet wat ingeslapen bezit, met het zeer uitvoerige boetebesluit waarmee de ACM de gang van zaken rond de aanbesteding in 2014 van de OV-concessie Limburg afstraft, is aan die rust voorlopig een einde gekomen. Voor mededingingsjuristen biedt de ACM stof tot nadenken met een op onderdelen innovatieve aanpak, die echter de analyse van de effecten van het gestelde misbruik stiefmoederlijk bedeelt. |
Artikel |
Verse doctoren in de advocatuur |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 8 2017 |
Auteurs | Nathalie Gloudemans-Voogd, Kees Pijnappels en Sjoerd van der Hucht |
Auteursinformatie |
Artikel |
Alle hens aan dek bij de nieuwe privacywet |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 8 2017 |
Auteurs | Bendert Zevenbergen |
Jurisprudentie |
Digitale bewijsvergaring door de ACM: herleving van het ‘buiten de reikwijdte’-argumentRechtbank Den Haag (kort geding) 12 juli 2017, ECLI:NL:RBDHA:2017:7968 |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 4 2017 |
Trefwoorden | ACM, bewijsvergaring, digitale gegevens, inspectie, reikwijdte |
Auteurs | Floris ten Have |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur de eerste rechterlijke toetsing van de toepassing van de in 2014 van kracht geworden werkwijze voor onderzoek in digitale gegevens door de Autoriteit Consument en Markt (ACM). De relevante uitspraak is het Nederlandse voorbeeld van een serie recente zaken in verschillende jurisdicties waar inspecties in het algemeen, en digitale bewijsvergaring in het bijzonder, onder de rechterlijke loep zijn komen te liggen. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 4 2017 |
Trefwoorden | Curaçaose Landsverordening inzake Concurrentie, Curaçaose mededingingsautoriteit, Fair Trade Authority Curaçao (FTAC) |
Auteurs | Sjoerd Bakker |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage beoogt een introductie te geven van het Curaçaose mededingingsrecht. In deze bijdrage zal achtereenvolgens worden stilgestaan bij (1) de achtergronden voor invoering van genoemde Landsverordening op Curaçao en de vraag in hoeverre kleinere jurisdicties als die van Curaçao (überhaupt) regels nodig hebben die de economische mededinging reguleren en aan banden leggen, (2) de belangrijkste verschillen en overeenkomsten tussen de Landsverordening Concurrentie en de Nederlandse Mededingingswet (Mw) en (3) de vraag hoe de publiek- en privaatrechtelijke handhaving van de nieuwe Landsverordening eruit zal (kunnen gaan) zien. |