Two explanations can be found for the unequal geographical concentrations of avoidance behaviour: (1) the demographic composition of residential areas, and (2) the social and structural contextual effects of residential areas. Different studies all over the world have shown that women report more fear of crime than men. In this article we study contextual as well as individual determinants of avoidance behaviour for men and women separately to gain a better insight in the explanation of individual differences in avoidance behaviour. The theoretical framework of this study is derived from the collective efficacy theory. In the present study a contextual model was tested on a 2009 survey of 2,080 residents from 40 municipalities in Flanders (Belgium), by using block-wise multilevel analyses on data from the Social Cohesion Indicators in Flanders Survey (SCIF-survey), the Security Monitor and the registered crime statistics. The results indicate that economic disadvantage in the residential area increases the risk on avoidance behaviour both for men and women, because these areas often have high disorder and violent crime rates. With regard to the social ecology of crime this study shows that more research is needed on the differences in contextual effects of structural area characteristics on avoidance behaviour. |
Zoekresultaat: 5 artikelen
Jaar 2010 xArtikel |
Oorzaken van het mijden van onveilige situaties bij mannen en vrouwenEen contextuele analyse op basis van de ‘collective efficacy’-theorie |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Criminologie, Aflevering 4 2010 |
Trefwoorden | Gender, Angst voor criminaliteit, Mijdgedrag, Collective efficacy |
Auteurs | Dr. Wim Hardyns, Prof. dr. Stefaan Pleysier en Prof. dr. Lieven Pauwels |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Uitleg van leverings- en vestigingsakten; een herbezinning waard? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2010 |
Trefwoorden | objectieve uitleg, Haviltex, leveringsakte, vestigingsakte, wils-vertrouwensleer |
Auteurs | Mr. P. Memelink |
SamenvattingAuteursinformatie |
In 2001 oordeelde de Hoge Raad dat bij onenigheid over de omvang van een overgedragen onroerende zaak of de vestiging van een beperkt recht, de notariële akte moet worden uitgelegd aan de hand van objectieve maatstaven. Op die wijze van uitleg is in de literatuur kritiek geuit, die de Hoge Raad vooralsnog geen aanleiding heeft gegeven om op zijn oordeel terug te komen. Twee zaken waarin de uitleg van een notariële leveringsakte aan de orde kwam, werden begin dit jaar afgedaan met art. 81 Wet RO. De ‘objectieve uitleg’ van een notariële vestigingsakte werd nogmaals bevestigd in een arrest van 22 oktober jongstleden. In dit artikel pleit de auteur voor herbezinning op de wijze van uitleg van notariële akten. |
Artikel |
De architect heeft het gedaan!De rol van stedenbouw, architectuur en stadsbestuur in de rellen in de Franse voorsteden van 2005 |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 5 2010 |
Auteurs | W. Vanstiphout |
SamenvattingAuteursinformatie |
Is the design of a city a decisive factor in the development of violent behavior by its inhabitants? The discussion following the 2005 riots in the French suburbs shows that many blame the concept of La Ville Radieuse and its most famous founding father, the architect Le Corbusier, for the social degeneration of the banlieues. For some critics, like the British author Theodore Dalrymple, this ‘totalitarian’ architecture symbolizes the evil of the welfare state with its social security, mass immigration, egalitarism and its elites with their blindness for the threat to the western Enlightenment values coming from these ‘black’ suburbs. However, the truth of urban development is that cities are fundamentally unpredictable. After several generations a building will be used in a completely different way than perceived, by people whose existence one wasn't aware of and in a social context one couldn't have predicted. This ‘natural’ development is labeled as the failure of a project, often leading to a policy of repression and demolition. However, local politicians, project developers and architects should realize that it's not their actions that determine the development of cities, but the way the inhabitants use and interpret their environment. They create their own city. Instead of replacing the inhabitants by demolishing their houses, we probably have no other choice than getting to know these quarters better and renovate these together with and for the local inhabitants. |
Praktijk |
Kroniek civiele rechtspraak mededingingsrecht 2009 |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 2 2010 |
Trefwoorden | kroniek civiele rechtspraak mededingingsrecht, kroniek 2009, civiele rechtspraak mededingingsrecht |
Auteurs | Mr. E.K.S Mollen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Anders dan in voorgaande jaren bespreekt deze kroniek uitsluitend de door Nederlandse civiele rechters gewezen uitspraken waarin het Nederlandse en/of Europese mededingingsrecht aan de orde kwam.1x Voor zover bij de auteur bekend zijn in 2009 in totaal 42 civiele/fiscale uitspraken over mededingingsrecht gepubliceerd. De rechterlijke toetsing van de besluiten van de NMa blijft hier buiten beschouwing. In 2009 deed zich een aantal interessante ontwikkelingen voor. Zo is de NMa voor het eerst als amicus curiae opgetreden in een civiele (kort geding) procedure en hakte de Hoge Raad de knoop door wat betreft het openbare orde-karakter van het Nederlandse kartelverbod. Noten
|
Artikel |
De medisch adviseur moet objectief en onafhankelijk zijn |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | letselschade, medisch beoordelingstraject, medisch adviseur, professionele standaard |
Auteurs | Mevrouw mr. A. Wilken |
SamenvattingAuteursinformatie |
De medisch adviseur in letselschadezaken is een ‘onafhankelijke partijdeskundige’. Deze ogenschijnlijke tegenstrijdigheid maakt dat het voor medisch adviseurs niet altijd duidelijk is hoe zij als partijdeskundige vorm en inhoud zouden moeten geven aan hun onafhankelijkheid. Op 26 mei 2009 heeft het Regionaal Tuchtcollege Amsterdam twee uitspraken gedaan, waarin het zich duidelijk heeft uitgelaten over de rol en de positie van de medisch adviseur in letselschadezaken: de medisch adviseur is in de eerste plaats arts, daarnaast medisch adviseur, en geen regisseur, pleitbezorger of belangenbehartiger van zijn opdrachtgever. |