In deze bijdrage bespreekt de auteur de rol van de ondernemingsraad bij besluiten tot het aantrekken van krediet en het stellen van zekerheid in concernverband. |
Zoekresultaat: 14 artikelen
Jaar 2012 xArtikel |
De rol van de ondernemingsraad bij het aantrekken van krediet en het stellen van zekerheid in concernverband |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 11 2012 |
Trefwoorden | ondernemingsraad, adviesrecht, krediet, zekerheid, herfinanciering |
Auteurs | Mr. L.A. Beukers |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Een dilemma uit de bankpraktijk: verrekenen of uitwinnen? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2012 |
Trefwoorden | verrekening, openbaar pandrecht, actio Pauliana, faillissement |
Auteurs | Mr. A.C.L. Zwalve |
SamenvattingAuteursinformatie |
Als de bank een ruime verrekeningsbevoegdheid heeft en een pandrecht op de vorderingen van de rekeninghouder op haarzelf heeft zij een keuze. Buiten en ten tijde van faillissement heeft een beroep op verrekening praktische voordelen, maar in het zicht van faillissement biedt de uitwinning van het pandrecht meer verhaal. |
Article |
|
Tijdschrift | ARBAC, oktober 2012 |
Auteurs | mr. Femke Laagland |
Samenvatting |
This article deals with employee board-level representation (EBLR) in the case of a cross-border merger. Article 16 CBM Directive (Tenth Directive 2005/56/EC) contains a provision to preserve this form of employee participation on national level. One of the fundamental principles of this article is the so called 'before and after principle'. This means that a cross-border merger may not be used to escape from already existing rights on employee participation. This article discusses the role of article 16 CBM Directive in the context of Dutch company law from the point of view of this fundamental principle. I will focus on two aspects: (i) the application of the said article and (ii) the embedding thereof in Dutch company law. This will lead to the conclusion that article 16 CBM Directive does not always protect what it should protect according to its objectives. |
Artikel |
Draagplichtverdeling bij concernfinanciering: wie krijgt de schuld? |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 10 2012 |
Trefwoorden | draagplicht, regres, hoofdelijkheid, concernfinanciering |
Auteurs | Mr. D.H.J. Rijkers |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur enkele recente uitspraken op het gebied van regresvorderingen in concernverhoudingen. Tevens zal de problematiek van de onderlinge draagplichtverdeling worden besproken, mede aan de hand van het Onroerend Goed Maatschappijen/Van de Wetering-arrest uit 2003. |
Casus |
De verlieslijdende onzakelijke debiteurenrisicolening: aftrekbaar?Waarom sommige leningen fiscaal geen aftrekbaar verlies opleveren |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2012 |
Trefwoorden | ODR-lening, OR-lening, onzakelijke lening, lening met onzakelijke voorwaarden, TBS-lening |
Auteurs | Mr. H. Halma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Onduidelijk was hoe de lening die een zo hoog debiteurenrisico heeft dat geen rente vastgesteld kan worden, omdat een derde deze lening niet zou willen verstrekken, gekwalificeerd moest worden in de fiscale winst- of resultaatsfeer, als lening of als kapitaal. Kwalificatie als lening betekent dat een aftrekbaar afwaarderingsverlies mogelijk is, terwijl in de kapitaalsfeer deze mogelijkheid niet bestaat. De afschrijving op lening met een hoog debiteurenrisico die een aandeelhouder aan zijn bv verstrekt, was in geschil. Deze bijdrage noemt als eerste het verschil in behandeling tussen kapitaal en leningen. Daarna wordt ingegaan op de arresten die de Hoge Raad in de afgelopen maanden gewezen heeft. De uitvoerige uitleg en toelichting die de Hoge Raad gegeven heeft, passeren daarbij de revue. Een aantal minpunten van deze arresten wordt opgesomd. Ten slotte wordt vermeld hoe de niet-aftrekbare afwaarderingsverliezen op een andere plaats op een ander tijdstip mogelijk wel als aftrekbaar verlies kunnen worden genomen. |
Artikel |
Het toepasselijk recht op arbeidsovereenkomsten in de zeevaartEen commentaar op HvJ EU 15 december 2011, zaak C-384/10, Voogsgeerd/Navimer |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7 2012 |
Trefwoorden | toepasselijk recht/EVO, plaats waar de arbeid gewoonlijk wordt verricht, vestiging van de werkgever, hiërarchie van aanknopingsfactoren, toerekenen van overeenkomst aan bepaald concernonderdeel |
Auteurs | Prof. dr. A.A.H. van van Hoek |
SamenvattingAuteursinformatie |
Na het arrest Koelzsch (zaak C-29/10) bevat het onderhavige arrest opnieuw een uitleg van artikel 6 van het Europees Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (EVO). Het Hof van Justitie continueert in belangrijke mate de lijn ingezet in het eerdere arrest. Het belang van deze uitspraak schuilt in (1) de toepassing van de eerder ontwikkelde criteria voor het bepalen van de gewone werkplek op een arbeidsverhouding in de zeevaart en (2) de nadere uitleg die wordt gegeven aan de aanknoping aan de vestiging die de werknemer in dienst heeft genomen. |
Artikel |
Fiscale herkwalificatie van leningen en kapitaal |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 9 2012 |
Trefwoorden | fiscale herkwalificatie, onzakelijke lening, redeemable preference shares, deelnemerschapslening |
Auteurs | Mr. S.I. Hoogenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur de fiscale herkwalificatie van civielrechtelijke leningen en civielrechtelijk kapitaal. |
Artikel |
Forward to the Past: de territoriale exploitatie van uitzendrechten na het arrest Premier League |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5 2012 |
Trefwoorden | voorwaardelijke toegang, vrij verkeer van diensten, absolute gebiedsbescherming, auteursrecht, mededeling aan het publiek |
Auteurs | Mr. H.M.H. Speyaert |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het arrest Premier League van het HvJ EU komen alle denkbare aspecten van de IE-rechtelijke en technische bescherming van territoriaal geëxploiteerde uitzendrechten aan bod. Daarbij wordt de lezer meegenomen op een reis terug in de tijd, naar golden oldies als Consten/Grundig, Codidel I en Coditel II. Het arrest kan belangrijke gevolgen hebben voor het exploitatiemodel voor uitzendingen van supranationaal belang, zoals opnames van sportevenementen (EK’s en WK’s, Olympische Spelen of, zoals hier, betaald voetbal wedstrijden), films of televisieseries. |
Artikel |
Het arrest Residex: terugvordering moet, nietigverklaring mag |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | steunmaatregel, garantie, nietigheid, terugvordering, doeltreffendheidsbeginsel |
Auteurs | Mr. drs. J. Montijn en Mr. drs. N. Saanen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het recente arrest Residex van het Hof van Justitie geeft inzicht in de maatregelen die de nationale rechterlijke instanties kunnen en moeten treffen indien sprake is van onwettige steun. Deze maatregelen zijn niet altijd eenvoudig in het nationale recht te passen. Ook zijn de maatregelen die op grond van het nationale recht getroffen kunnen worden niet altijd het meest doeltreffend om herstel van de oude situatie te bereiken. |
Artikel |
Onrechtmatigheid in de relatie aandeelhouder-crediteur |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 5 2012 |
Trefwoorden | art. 6:162 BW, aandeelhoudersaansprakelijkheid, bijzondere zorgplicht, doorbraak van aansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. M.W.H. van den Heuvel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een aandeelhouder kan op grond van art. 6:162 BW aansprakelijk zijn voor de schade van de crediteuren van de vennootschap in wier kapitaal hij aandelen houdt. Hierbij gaat het meestal om aanzienlijke bedragen. Het is voor hem dan ook belangrijk om te weten onder welke omstandigheden hij het risico loopt onrechtmatig te handelen tegenover de crediteuren. Deze bijdrage zet een aantal van die omstandigheden op een rij. |
Artikel |
Een nieuwe regeling voor schenking en vererving van familieondernemingen in het Vlaams Gewest |
Tijdschrift | Tijdschrift Erfrecht, Aflevering 2 2012 |
Trefwoorden | familiale ondernemingen, familiale vennootschappen, schenking van ondernemingsvermogen, vererving van ondernemingsvermogen, Vlaams Gewest, bedrijfsopvolgingsregeling, buitenlandse notaris |
Auteurs | Mr. K.M.L.L. van de Ven |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur gaat in deze bijdrage in op de gewijzigde regeling voor schenking en vererving van familieondernemingen in het Vlaams Gewest. Daarbij wordt ter vergelijking een overzicht op hoofdlijnen geschetst van de Nederlandse bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet 1956. |
Artikel |
Is een gefaciliteerde fusie als bedoeld in artikel 2:333 BW ook mogelijk indien een van de fuserende vennootschappen aandelen in haar eigen kapitaal houdt? |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | ingekochte aandelen, fusie, vrijstelling, artikel 2:333 BW |
Auteurs | mr. B.P. Buirma |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage gaat de auteur in op de vraag of een gefaciliteerde fusie in de zin van artikel 2:333 BW mogelijk is indien een van de fuserende vennootschappen aandelen in haar eigen kapitaal houdt. |
Artikel |
Toegang voor beheerders van beleggingsinstellingen tot de Nederlandse markt, na implementatie van de AIFM-richtlijn |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2012 |
Trefwoorden | AIFM-richtlijn, beheerders van beleggingsinstellingen, Wet op het financieel toezicht |
Auteurs | Mr. J. Kerkvliet |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de zomer van 2011 heeft het ministerie van Financiën een concept voor het wetsvoorstel ter implementatie van de AIFM-richtlijn in de Nederlandse wet- en regelgeving ter consultatie gegeven. Hoewel de AIFM-richtlijn met name bedoeld is om beheerders van hedge funds en private equity funds te reguleren, voorziet de implementatie daarvan in ingrijpende wijzigingen met betrekking tot beheerders van alle beleggingsinstellingen die niet kwalificeren als instellingen voor collectieve belegging in effecten (icbe’s of UCITS). Nederland moet de AIFM-richtlijn voor 22 juli 2013 in zijn nationale wetgeving hebben geïmplementeerd. In deze bijdrage geeft de auteur een voorproefje op hoe de toegang tot de Nederlandse markt voor zowel Nederlandse als buitenlandse beheerders van beleggingsinstellingen eruit zal zien na implementatie van de AIFM-richtlijn. |
Artikel |
Aansprakelijkheid moeder en recidiveRechter eist zorgvuldigheid bij toepassen mededingingsrechtelijk ondernemingsbegrip |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1 2012 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, recidive, motiveringsbeginsel, ondernemingsbegrip, Akzo presumptie |
Auteurs | Mr. P. van den Berg en Mr. A. Pliego Selie |
SamenvattingAuteursinformatie |
|