Het grote aantal zzp’ers in Nederland groeit nog steeds, mede door de komst van online platforms en de kluseconomie. Dit artikel verkent hoe de voordelen van een flexibele arbeidsmarkt kunnen worden gecombineerd met het verhinderen van sociale dumping in situaties van monopsonie. Het beschermen van schijnzelfstandigen door cao-afspraken, zoals voorzien in het arrest FNV KIEM, biedt niet in alle situaties voldoende duidelijkheid en soelaas. Alternatieven smoren mogelijk de ontwikkeling van nieuwe vormen van ondernemerschap. De auteurs bezien daarom welke ruimte de Mededingingswet aanvullend zou kunnen bieden voor het invoeren van goed onderbouwde minimumtarieven als variant met de minste schadelijke bijwerkingen. |
Zoekresultaat: 11 artikelen
Jaar 2018 xArtikel |
|
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 5 2018 |
Trefwoorden | zzp’ers, mededinging, sociale dumping, kluseconomie, minimumtarieven |
Auteurs | Marcel Canoy en Kees Hellingman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Het gifpilletje van Gemalto |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 7 2018 |
Trefwoorden | poison pill, deal protection, beschermingsmaatregel, openbaar bod, beschermingsaandelen |
Auteurs | Mr. P.L. Hezer en Mr. B. Kemp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bij het openbaar bod van Thales en Gemalto is een poison pill geïmplementeerd om concurrerende biedingen te ontmoedigen. Deze vorm van deal protection, die lijkt te zijn gebaseerd op de Franse ‘bons Bretons’, is in Nederland een noviteit. In deze bijdrage wordt gekeken naar de implementatie, toelaatbaarheid en toetsing van die ‘Franse gifpil’. |
Overheidsaanbestedingen |
Tirkkonen: besluiteloosheid wordt beloond? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5-6 2018 |
Trefwoorden | aanbesteding, raamovereenkomsten, uitzonderingen op aanbestedingsplicht |
Auteurs | Mr. B. Nijhof |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Hof van Justitie oordeelt dat Aanbestedingsrichtlijn 2004/18/EG geen toepassing vindt bij een systeem waar potentiële opdrachtnemers slechts hoeven te voldoen aan toelatingseisen, zonder dat de aanbestedende dienst uiteindelijk een keuze maakt voor specifieke opdrachtnemers op basis van onderscheidende criteria. Daarbij is het irrelevant dat dat systeem niet ‘open house’ is. |
Uit het veld |
Beoordeling van datamacht in het mededingingstoezicht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 2-3 2018 |
Auteurs | Robert Stil, Douwe Meindertsma en Inge van der Linden |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het gebruik van data levert belangrijke voordelen voor ondernemingen en consumenten. Het roept echter ook de maatschappelijke vraag op of verzameling en gebruik van data kunnen leiden tot marktmacht (‘datamacht’). Het risico daarop wordt bepaald door: (1) het belang van data als input, (2) de beschikbaarheid en repliceerbaarheid van data, (3) het belang van schaal- en netwerkeffecten en (4) de concurrentiesituatie op de markt waarvoor data een input vormen. Het mededingingstoezicht beschikt over de instrumenten om in specifieke situaties het ontstaan van datamacht als gevolg van concentraties te voorkomen en misbruik van datamacht te beëindigen of te bestraffen. Tot nu toe hebben die situaties zich in de praktijk nog weinig voorgedaan. |
Essay |
Data science als de eeuwige belofte?Over de effecten van data science op de organisatie van inspecties |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 2-3 2018 |
Trefwoorden | data science, organisatie, data scientists inspecteurs, synergie |
Auteurs | Haiko van der Voort |
SamenvattingAuteursinformatie |
Big data en, breder, data science, belooft veel voor toezicht. Om de beloften waar te maken moeten de nieuwe methoden en technieken wel worden toegepast in een inspectieorganisatie. Veel literatuur gaat over de beloften en bedreigingen van data science, weinig over de implementatie in organisaties. Deze bijdrage exploreert een aspect van dit onderwerp, namelijk de relatie tussen de nieuwe data scientist en de inspecteur. Beide vertegenwoordigen verschillende, en soms strijdige, essentiële kennisbronnen voor risicogebaseerd toezicht. Hoe kan er synergie tussen deze kennisbronnen worden bereikt? Deze bijdrage omschrijft deze uitdaging en verkent een drietal oplossingsrichtingen. |
Column |
Data en marktmachtPrivacy is de oplossing, niet het probleem |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 2-3 2018 |
Auteurs | Nicolai van Gorp |
Auteursinformatie |
Artikel |
Voldoet de kwaliteitsregulering van de medische zorg op Aruba? |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | Aruba, gezondheidsrecht, gezondheidszorg, kwaliteit, kwaliteitsregulering |
Auteurs | J.J. Dijkhoff LL.M. |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de rechtsleer is nauwelijks onderzoek gedaan naar de vraag of na de invoering van de Landsverordening beroepen in de gezondheidszorg en de Landsverordening kwaliteit in de gezondheidszorg een verbetering is te zien ten opzichte van het oude recht. Met dit doel is in deze bijdrage het nieuwe recht met het oude recht vergeleken. De studie bleef beperkt tot de toelating, de beroepsuitoefening en het toezicht en concludeerde in een ontkennend antwoord. De invoering is juridisch een feit, maar in de praktijk kan dit niet staande worden gehouden. Het is duidelijk dat meer onderzoek nodig is voor de verbetering van de kwaliteitsregulering op Aruba. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | The semi-public domain, Misconduct, Exclusion orders, Civil court, Complaints committees |
Auteurs | Mr. dr. Mandy van Rooij |
SamenvattingAuteursinformatie |
The semi-public domain covers the places that are accessible to the public but which are controlled by private entities. Shopping malls, public transport, bars and sports events are examples of such places. In case of misconduct, the private manager may impose exclusion orders. This sanction relies on legal contracts and the exclusive nature of the right to property. The legal framework consists therefore primarily of private law. Exclusion orders may not be imposed without reason. Prevention of disorder and harm may be a legitimate reason. The length and range of the ban must relate to the gravity of the disruption. In addition to this, public laws on non-discrimination and privacy are applicable. The civil court is competent to check the exclusion orders in de semi-public domain. The author sees added value in complaints committees, in which both public and private actors partake. Complaint committees can thrive if their assessment frameworks are transparent. |
Artikel |
Alfa’s in een bèta-wereld |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 4 2018 |
Auteurs | Lex van Almelo |
Artikel |
Zekerheidsrechten vanuit rechtseconomisch perspectief |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | zekerheidsrechten, rechtseconomie |
Auteurs | Mr. R. Bloemink |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel gaat in op de rechtseconomische rechtvaardiging voor de beschikbaarheid van zekerheidsrechten. Op basis van rechtseconomische inzichten wordt een aantal veelgebruikte argumenten voor de beschikbaarheid van (ruime) zekerheidsrechten ter discussie gesteld. Tegelijk wordt een drietal alternatieve argumenten voor de beschikbaarheid van ruime en gemakkelijk te vestigen zekerheidsrechten naar voren gebracht, bestaande uit het transparantieaspect, het exclusiviteitsaspect en het verruimingsaspect. |
Artikel |
Een internationale vergelijking van wetgevingstechnische aanwijzingen |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 1-2 2018 |
Trefwoorden | wetgevingstechniek, Aanwijzingen voor de regelgeving, Interpretation Act, Gemeenschappelijke Praktische Handleiding |
Auteurs | Mr. M.J.C. Stip |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staat een rechtsvergelijkend onderzoek naar wetgevingstechnische aanwijzingen van Nederland, Duitsland, Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk, de Europese Unie, Canada en de Canadese provincie Brits-Columbia centraal. Hierbij wordt de vraag gesteld in hoeverre er overeenkomsten en verschillen zijn tussen de Nederlandse Aanwijzingen voor de regelgeving en de equivalenten daarvan van andere rechtsordes. Daartoe wordt allereerst beschreven welke instrumenten in de verschillende rechtsordes worden gebruikt, welke doelen daarmee worden nagestreefd, hoe de instrumenten zijn opgebouwd en de bindende kracht die van het instrument uitgaat. Daarna worden de instrumenten op twee punten met elkaar vergeleken, te weten beknoptheid en het voorkomen van dubbelzinnigheid. In alle besproken instrumenten zijn dit nastrevenswaardige zaken, hoewel de wijze waarop dat gebeurt, verschilt. Ook de doelstellingen van de instrumenten zelf verschillen, hoewel de onderzochte wetgevingstechnische principes veel gelijkenissen vertonen. |