Uit de contacten met slachtoffers van seksueel misbruik binnen kerkelijk verband werd duidelijk dat zij andere behoeften hadden dan enkel schadevergoeding. Met name omdat in het verleden het misbruik was ontkend of was genegeerd, bleek vooral erkenning belangrijk. Hiervoor is het nodig dat partijen tot elkaar worden gebracht. Enkel toekennen van schadevergoeding via een schadevergoedingsprocedure is daarvoor niet een passende remedie, want die brengt partijen eerder tegenover elkaar dan tot elkaar. Samen met slachtoffers is gezocht naar een weg waarbij erkenning en schadevergoeding zo konden worden gebundeld dat het een niet ten koste van het ander ging. Dat leidde tot de (door)ontwikkeling van de drieluikherstelbemiddeling. Daarover gaat dit artikel. |
Zoekresultaat: 46 artikelen
Jaar 2015 xArtikel |
Drieluikherstelbemiddeling bij seksueel misbruik, een symbiose van erkenning en financiële genoegdoening |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2015 |
Trefwoorden | seksueel misbruik, herstelbemiddeling, Rooms-Katholieke Kerk, erkenning, financiële genoegdoening |
Auteurs | Mr. dr. L.P.M. Klijn |
SamenvattingAuteursinformatie |
Jurisprudentie |
Privaatrechtelijke handhaving door de Stichting Naleving CAO voor Uitzendkrachten |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2015 |
Trefwoorden | Privaatrechtelijke handhaving, Sociale partners, Uitzendsector, Schadevergoeding, Boetebeding |
Auteurs | Mr. dr. M. Kullmann |
Auteursinformatie |
Artikel |
De transactiebeslissing van het auditoraat van de Belgische mededingingsautoriteit in het supermarktendossier: een ‘hub & spoke’ compromis à la belge? |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 6 2015 |
Trefwoorden | prijsafspraken, onrechtstreekse informatie-uitwisseling, retailsector, schikkingsprocedure, Belgisch recht |
Auteurs | Pieter Van Cleynenbreugel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Door middel van zijn eerste transactiebeslissing ooit beëindigde het auditoraat van de Belgische mededingingsautoriteit op 22 juni 2015 een langlopend onderzoek naar retailprijsafspraken tussen supermarkten en hun leveranciers. Ondanks de eerste succesvolle toepassing van deze nieuwe schikkingsprocedure bevestigt de Belgische beslissing bovenal de onzekerheden omtrent de mededingingsrechtelijke beoordeling van ‘hub & spoke’ afspraken alsmede de beperkte reikwijdte van schikkingen als alternatieve instrumenten van mededingingshandhaving. |
Artikel |
You can talk the talk but can you walk the walk?Niet-mededingingsrechtelijke nationale belemmerende maatregelen met betrekking tot fusies en buitenlandse investeringen en het recht van de Europese Unie |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 10 2015 |
Trefwoorden | Fusies en buitenlandse investeringen, publieke belangen, bevoegdheidsverdeling nationaal-supranationaal |
Auteurs | Mr. P. Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een nieuwe golf van economisch patriottisme doet de vraag rijzen in hoeverre het Unierecht een keurslijf vormt voor publieke belangen die, in het kader van fusies en buitenlandse investeringen, kunnen worden ingeroepen ter onttrekking van nationale regelingen aan de vrije mededinging. In dit artikel zal deze kwestie benaderd worden vanuit het perspectief van het internemarktrecht. Daarbij zal worden ingegaan op de vraag of – en zo ja, wanneer – lidstaten op grond van het Unierecht nationale mechanismen mogen instellen en/of toepassen. |
Casus |
Enkele gedachten over de arbeidsovereenkomst in het concern |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2015 |
Trefwoorden | arbeidsovereenkomst, concern, werknemer |
Auteurs | Prof. dr. R.M. Beltzer |
SamenvattingAuteursinformatie |
De werknemer in het concern heeft veelal niet alleen te maken met degene met wie hij de arbeidsovereenkomst ondertekende, maar ziet zich tevens geconfronteerd met allerhande ‘derden’ die direct of indirect hun invloed uitoefenen op de arbeidsovereenkomst. Denk aan de situatie dat de werkgever niet meer in staat is het loon te betalen omdat de moedervennootschap al haar leningen heeft opgeëist. Een ander concernonderdeel kan zelfs in het geheel niet als derde worden ervaren, bijvoorbeeld in de veelvoorkomende situatie dat de werknemer binnen een concern feitelijk permanent werkt binnen een andere vennootschap dan die waarmee hij de arbeidsovereenkomst sloot. De centrale vraag van de auteur is of het recht voldoende rekening houdt met de arbeidsovereenkomst binnen het concern. |
Jurisprudentie |
Overzicht rechtspraak Raad van AppelTuchtrechtspraak in hoger beroep ten aanzien van advocaten in de periode 2007-2015 |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 4 2015 |
Auteurs | Dr. G.C.C. Lewin |
Artikel |
ACM en ziekenhuisfusies: hoeder van het publiek belang? |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 5 2015 |
Trefwoorden | ziekenhuisfusies, mededingingstoezicht, rechtmatigheid, doeltreffendheid, rechtsgelijkheid |
Auteurs | Edith Loozen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Mededingingstoezicht op ziekenhuisfusies moet waarborgen dat ziekenhuizen de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg bevorderen. Dit artikel onderzoekt of ACM die taak waarmaakt. Dat gebeurt vanuit het perspectief van de burger, de consument en de ondernemer. |
Jurisprudentie |
Executieveilingen |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 5 2015 |
Trefwoorden | Executieveilingen, Criminal charge, Eén enkele voortdurende inbreuk, Merkbaarheid, Artikel 6 Mw |
Auteurs | Marco Slotboom en Caroline Schell |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 18 december 2014 oordeelde de Rechtbank Rotterdam over de gegrondheid en hoogte van de boetes opgelegd door ACM aan handelaren op executieveilingen. Deze handelaren hadden zich naar de mening van ACM in de periode 2000-2009 schuldig gemaakt aan overtredingen van het kartelverbod van artikel 6 lid 1 Mw. Volgens de rechtbank beschikte ACM over voldoende bewijs om de gedragingen te kunnen kwalificeren als één enkele inbreuk en de handelaren voor die enkele inbreuk aansprakelijk te houden. De rechtbank achtte een verlaging van de opgelegde boetes met 10 procent passend door de financiële gevolgen voor de handelaren van de ACM-besluiten. |
Artikel |
Het EVRM, Unierecht en de nationale rechter |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2015 |
Trefwoorden | dialoog, EHRM, HvJ EU, Protocol 16, Bosphorus-vermoeden |
Auteurs | Mr. J. Silvis |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt ingegaan op de dialoog tussen nationale gerechten en het EHRM en op die tussen het EHRM en het Hof van Justitie. Voor de dialoog tussen de hoogste nationale gerechten en het EHRM is het optioneel Protocol 16 bij het EVRM van grote betekenis. De toetreding van de EU tot de mensenrechtenconventie staat onder druk, aangezien het Hof van Justitie in opinie 2/13 een reeks zwaarwegende problemen heeft gesignaleerd en negatief heeft geadviseerd op een concept-toetredingsakkoord. |
Artikel |
Privacyperikelen rond de Jeugdwet |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2015 |
Trefwoorden | Jeugdwet, gegevensuitwisseling, privacy, medisch beroepsgeheim |
Auteurs | mr. dr. V.E.T. Dörenberg en prof. mr. drs. M.R. Bruning |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 1 januari 2015 is de Jeugdwet in werking getreden. Al voor de inwerkingtreding van deze wet was er discussie over de gegevensverwerkingen die met de wet gepaard gingen en de gevolgen daarvan voor de privacy van jeugdigen en ouders. In deze bijdrage worden deze eerste signalen van privacyknelpunten kort besproken en wordt een nadere typering gegeven van de naar onze mening grootste knelpunten op dit moment, die enerzijds samenhangen met de inhoud van de Jeugdwet en anderzijds te maken hebben met de uitvoering. De verschillende visies over hoe met deze knelpunten om te gaan, worden behandeld evenals een mogelijke oplossing om uit de bestaande impasse te komen. |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak tuchtrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2015 |
Trefwoorden | tuchtrecht, ontvankelijkheid, ouderlijk gezag, voorbehouden handelingen, tuchtmaatregel |
Auteurs | mr. E.J.C. de Jong en mr. W.R. Kastelein |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze zevende kroniek rechtspraak tuchtrecht die in TvGR wordt gepubliceerd, worden in grote lijnen dezelfde onderwerpen als in de vorige kroniek behandeld, namelijk opvallende uitspraken over ontvankelijkheid en aanverwante procesrechtelijke onderwerpen, vraagstukken rond ouderlijk gezag, voorbehouden handelingen, verantwoordelijkheidsverdeling, (de zwaarte van) de door de tuchtcolleges opgelegde tuchtmaatregelen, verwisselingen, rapporten en verklaringen, alsmede dossiervoering. |
Artikel |
Sociaaleconomische ongelijkheid en het strafrecht: aanzet tot discussie |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 5 2015 |
Trefwoorden | Ongelijkheid, Selectiviteit, sociaaleconomische status, strafrechtelijke beslissingen |
Auteurs | Dr. Gwen van Eijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Recent sociological research and socio-political debates about socioeconomic inequality and social divisions urge legal scholars, criminologists, policy makers and practitioners to have a renewed discussion about the role of socioeconomic status of suspects and offenders in judicial decisions. If social divisions in Dutch society are deepening, we need to look anew at the possibility that injustices of the social structure affect legal rights and decisions about prosecution, sentencing and probation. This article intends to offer various starting points for debate and research. |
Artikel |
De seksuele tiener en de sociale orde |
Tijdschrift | Tijdschrift over Cultuur & Criminaliteit, Aflevering 3 2015 |
Trefwoorden | youth, sex, transgression, criminal law |
Auteurs | Mr. drs. Juul Gooren |
SamenvattingAuteursinformatie |
A taboo serves the social order for it facilitates social control. This article will focus on taboos related to sexual contact by youngsters. The way authorities guard sexual taboos is indicative of the way authorities envision the organization of society. It is this organization through the control of youth and sex which will receive attention. In the classic study by Mary Douglas on pollution and taboo dirt is understood as ‘matter out of place’. The sexual teenager is an illustration of this ‘matter out of place’ because it is difficult to categorize sexual teenagers on the basis of asexual children and sexual adults as an organizing principle for society. In criminal law lewd conduct by youngsters refers to wrong sex at the wrong age. By criminalizing these sexual transgressions the proper place of youth and sex is once again restored. This is necessary for it will be argued that the interests of society are somewhat under pressure because of transgressions when it comes to children as asexual and when it comes to sex as something for within a relationship. The perpetrator of lewd conduct should be understood as a scapegoat reestablishing when and how sex should take place. By restoring the asexual child and the sexual relationship it is hoped sex and youngsters can once again offer some guidance in a social order lacking these clear markers. |
Article |
|
Tijdschrift | Family & Law, september 2015 |
Auteurs | Mr. dr. Merel Jonker, Rozemarijn van Spaendonck en Mr. dr. Jet Tigchelaar |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage worden de resultaten gepresenteerd van een uitgebreid jurisprudentieonderzoek naar de wijze waarop religie en cultuur betrokken worden in de overwegingen van de rechter in familierechtelijke beslissingen over kinderen in Nederland. Naast een kwantitatief overzicht van de gepubliceerde jurisprudentie worden de uitspraken inhoudelijk ontsloten en geanalyseerd aan de hand van thema's zoals bloedtransfusies, cultuurverschillen en identiteitsontwikkeling, rituelen (besnijdenis en doop) en schoolkeuze. Bij de analyse wordt onderscheid gemaakt tussen de rechten van het kind en de rechten van ouders, en wordt ingegaan op de vraag welke criteria de rechter hanteert voor de afweging van de rechten van het kind en diens ouders. Ook wordt besproken in hoeverre internationale normen herkenbaar zijn in de overwegingen van de rechter. Uit de 79 rechtszaken waarin de rechter overwegingen wijdt aan religie en cultuur, blijkt dat deze aspecten zowel positieve als negatieve effecten kunnen hebben op het belang van het kind en met name op de identiteitsontwikkeling van het kind. De rechter hanteert hierbij criteria zoals: schade voor de gezondheid van het kind, sociale aansluiting met anderen van dezelfde religieuze of culturele achtergrond, en praktische overwegingen. |
Praktijk |
Pas als hij het zegt! |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2015 |
Trefwoorden | Precontractuele goede trouw, Afgebroken onderhandelingen, Voorbehoud, Ontbindende voorwaarde, Toedoen |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
Auteursinformatie |
Artikel |
De rechterlijke lijdelijkheid in rook opgegaan? De ambtshalve toepassing van de consumentenkoopregels nader toegelicht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2015 |
Trefwoorden | consumentenkoop, ambtshalve toetsing, gemengde overeenkomsten, klachtplicht, bewijsvermoeden |
Auteurs | Mr. dr. A.G.F. Ancery en Mr. dr. drs. C.M.D.S. Pavillon |
SamenvattingAuteursinformatie |
Recent heeft het HvJ vragen over consumentenkoop beantwoord. Deze bijdrage bespreekt de rol van de rechter bij de kwalificatie van de overeenkomst en de vraag wie als consument wordt aangemerkt. Daarnaast wordt ingegaan op de stelplicht en bewijslast bij de klachtplicht en het bewijsvermoeden van art. 7:18 lid 2 BW. |
Artikel |
Het doel heiligt het middel? Over de noodzaak van uniforme criteria voor evaluatie van de effectiviteit en efficiëntie van de opsporing |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 4 2015 |
Trefwoorden | Effectiviteit, Efficiëntie, Opsporingsmethoden, Wet bewaarplicht |
Auteurs | Dave van Toor LLM BSc |
SamenvattingAuteursinformatie |
Both the Court of Justice and the regional Court of The Hague ruled the retention of telecommunications data directive and the Dutch Wet bewaarplicht telecommunicatiegegevens in violation of the right to respect for privacy. The police and the Dutch Prosecutors Office have attempted to clarify the importance of the retention for criminal investigation. However, without an efficiency and effectiveness assessment of the method to request and analyse telecommunication data, it is not possible to substantiate the significance of data retention. To ‘save’ the retention of telecommunication data in its current form, but also to assess the importance of the existing and new investigative methods, a thorough analysis is necessary. |
Artikel |
Vierde Witwasrichtlijn aangenomen; wat wijzigt? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7 2015 |
Trefwoorden | Integriteit van financiële stelsel, Witwassen, Terrorismefinanciering, UBO-register, Centraal aandeelhoudersregister |
Auteurs | Mr. dr. B. Snijder-Kuipers en Mr. T.A. Tilleman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 20 mei 2015 heeft het Europees Parlement de Vierde antiwitwasrichtlijn (hierna: Vierde Witwasrichtlijn) aangenomen. Uiterlijk juni 2017 dienen de lidstaten de bepalingen van de Vierde Witwasrichtlijn in nationale wetgeving te implementeren. Dat zal in Nederland tot aanpassing van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme leiden. Elke rechtspersoon is verplicht de ultimate beneficial owner, de uiteindelijk belanghebbende (UBO), in een nationaal register te registreren. In deze bijdrage worden de belangrijkste wijzigingen voor u op een rijtje gezet. Afgesloten wordt met enkele suggesties voor de wetgever en andere betrokkenen. |
Artikel |
MvV: Mededelingsplicht, verzwijging en Vergoeding |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2015 |
Trefwoorden | dwaling, mededelingsplicht, schadevergoeding, verkeersopvattingen, vernietiging |
Auteurs | Prof. mr. A.G. Castermans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Verkeersopvattingen bepalen het bestaan van precontractuele mededelingsplichten. De kennis van de betrokken partijen alsook wettelijke mededelingsplichten zijn daarbinnen van grote betekenis. Wat betreft de gevolgen van verzwijging zouden contractueel bedongen garanties ook bij vernietiging van de overeenkomst van betekenis kunnen blijven, mits de overeenkomst zonder terugwerkende kracht wordt vernietigd. |