Zoekresultaat: 12 artikelen
Jaar 2011 xArtikel |
Risicoaansprakelijkheid voor dieren: wanneer is sprake van bedrijfsmatig gebruik (art. 6:181 BW)?HR 1 april 2011, NJ 2011, 405 (Kremers/Van de Water) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2011 |
Trefwoorden | Kremers/Van de Water, bedrijfsmatig gebruiker, bezitter, kwalitatieve aansprakelijkheid, dieren |
Auteurs | Mr. J.H.M. van Swaaij en Mr. M.H. Pluymen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Schadevergoeding bij ontbinding van een (duur)overeenkomst en Vos/TSN |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2011 |
Trefwoorden | TSN, ontbinding, schade, voordeel, contractsbelang |
Auteurs | Mr. D.A. van der Kooij |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op systematische wijze worden diverse aspecten van schadevergoeding bij ontbinding van een (duur)overeenkomst ex art. 6:277 BW beschreven: concrete en abstracte begroting, voordeelstoerekening en de schadebeperkingsplicht. Tevens wordt betoogd dat in de literatuur uit het arrest Vos/TSN (NJ 2011, 43) verschillende onjuiste conclusies over voornoemde onderwerpen worden getrokken. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Law and Method, 2011 |
Trefwoorden | juridisch onderzoek, empirisch onderzoek, praktijkgericht onderzoek, onderzoeksvraag, onderzoeksmodel |
Auteurs | Geertje van Schaaijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt de stelling verdedigd dat in een praktijkgericht juridisch onderzoek zowel juridische als empirische onderzoeksmethoden nodig zijn. De centrale onderzoeksvraag in een praktijkgericht juridisch onderzoek dient immers gerelateerd te zijn aan het recht en aan de praktijk, zodat het antwoord op de centrale vraag praktisch bruikbaar is. Vragen van het type ‘mag dat?’ of ‘werkt dit?’ kunnen die relaties met recht en praktijk goed over het voetlicht brengen en sturing geven aan de richting van het onderzoek. In het beredeneerde antwoord op de onderzoeksvraag komt de integratie van methoden en technieken uit de juridische en sociaalwetenschappelijke discipline tot uitdrukking. Het onderzoeksmodel dat in dit artikel wordt uitgebeeld en toegelicht, maakt deze integratie duidelijk en biedt een basis voor een methodologie van praktijkgericht juridisch onderzoek. |
Artikel |
Twintig jaar nieuwe aansprakelijkheden voor personenOver de (beperkte) betekenis van art. 6:171 en 6:172 BW |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2011 |
Trefwoorden | kwalitatieve aansprakelijkheid, vertegenwoordigers, niet-ondergeschikten, begrenzing, schadevergoeding |
Auteurs | Mr. R.D. Lubach |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bijna twintig jaar na de inwerkingtreding wordt mede aan de hand van recente rechtspraak de balans opgemaakt van twee van de noviteiten die het BW destijds introduceerde: de aansprakelijkheid voor zelfstandige hulppersonen (art. 6:171 BW) en de aansprakelijkheid voor vertegenwoordigers (art. 6:172 BW). Wat hebben de artikelen de rechtspraktijk gebracht? |
Artikel |
De (kwalitatieve) aansprakelijkheid voor schade door een blow out of bodembeweging |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 9 2011 |
Trefwoorden | kwalitatieve aansprakelijkheid, exploitatie, mijnbouwwerken, Mijnbouwwet, operator |
Auteurs | Mr. C.L. Klapwijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt ingegaan op het aansprakelijkheidskader voor exploitanten van mijnbouwwerken. Daartoe worden allereerst de relevante regelingen uit de Mijnbouwwet uiteengezet. De Mijnbouwwet bevat onder meer een regeling voor de aansprakelijkheid voor kosten van verwijdering van een mijnbouwwerk dat niet meer in gebruik. Daarna wordt ingegaan op afdeling 6.3.2 van het Burgerlijk Wetboek. Deze afdeling bevat de civielrechtelijk regels voor aansprakelijkheid voor boorputten (mijnbouwwerken). |
Jurisprudentie |
Aansprakelijkheid dieren, bedrijfsmatige gebruiker en profijt trekken |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2011 |
Trefwoorden | artikel 6:181 BW, paard Loretta, gebruik van een dier, aansprakelijkheid, functioneel verband |
Auteurs | Mr. F.E. Keijzer en Prof. mr. F.T. Oldenhuis |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een 10-jarig meisje loopt in een manege letsel op door een trap van een paard. De eigenaar heeft het ter belering ondergebracht bij de manege om het zadelmak te maken. De gelaedeerde spreekt enkel de bezitter aan. Rechtbank, hof en Hoge Raad achtten niet artikel 6:179 BW, maar artikel 6:181 BW exclusief van toepassing.Hoge Raad: voor de toepassing van artikel 6:181 BW is vereist dat de bedrijfsmatige gebruiker profijt trekt. Niet van belang is of hij tevens bezitter is noch of hij het dier duurzaam gebruikt. Of het doel waarvoor het dier werd gebruikt bijna is bereikt, is evenmin van belang. Aansprakelijkheid ex artikel 6:181 BW berust niet op de wil van personen, maar op de wet. |
Artikel |
Interface tussen het aanbestedingsrecht en het mededingingsrecht: van hetzelfde laken een pak |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 4 2011 |
Trefwoorden | uitsluiting, aanbesteding, mededingingsrechtelijke overtreding, functionele toerekening, bewijsvoering |
Auteurs | Mr. M. Hengevelt |
SamenvattingAuteursinformatie |
Mededingingsrechtelijke overtredingen worden meegenomen bij de beoordeling van een onderneming die zich kandidaat stelt voor het uitvoeren van een overheidsopdracht. Gevolg van zo’n overtreding kan zijn dat de aanbestedende dienst in kwestie besluit over te gaan tot uitsluiting van die onderneming. Dit vindt plaats op het raakvlak van het aanbestedingsrecht en het mededingingsrecht. In deze bijdrage wordt een koppeling gemaakt tussen deze twee rechtsgebieden ten aanzien van twee actuele onderwerpen: functionele toerekening en bewijsvoering. Conclusie is dat bij aanbestedingsrechtelijke uitsluiting wegens schending van de mededingingsregels aansluiting moet worden gezocht bij het mededingingsrecht. |
Boekbespreking |
A. Supiot, L’esprit de Philadelphie. La justice sociale face au marché total |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 2 2011 |
Auteurs | Prof. dr. F. Dorssemont |
SamenvattingAuteursinformatie |
Boekbespreking van A. Supiot, L’esprit de Philadelphie. La justice sociale face au marché total |
Artikel |
De flex-bv fiscaal; een belangenstrijd zonder uitkomst |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 2 2011 |
Trefwoorden | Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht, winstrechtloze aandelen, stemrechtloze aandelen, aanmerkelijkbelangregeling, aansprakelijkheidsregeling bv |
Auteurs | Mr. H. Halma |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht heeft als doel meer vrijheid van inrichting en een eenvoudiger systeem van crediteurenbescherming voor de bv te creëren. In deze bijdrage worden diverse onderwerpen uit het wetsvoorstel waar de voorgestelde wijzigingen het fiscale recht direct raken, besproken. De regering is in de memorie van toelichting bij de invoeringswet met name ingegaan op de fiscale aspecten bij invoering van aandelen zonder stemrecht en aandelen zonder winstrecht. In de nota bij het wetsvoorstel is tevens de gewijzigde aansprakelijkheid van bestuurders en aandeelhouders in geval van ongeoorloofde uitkeringen door de bv aan bod gekomen. In deze bijdrage worden de fiscale aspecten van deze twee onderwerpen behandeld. In dit kader gaat de auteur allereerst in op de eigenschappen van de nieuwe soorten aandelen die van invloed kunnen zijn op de toepassing van een aantal fiscale regels. Achtereenvolgens komen vervolgens de volgende fiscale onderwerpen aan de orde: het (soort) aanmerkelijk belang, de verbondenheid in de vennootschapsbelasting, de deelnemingsvrijstelling en de fiscale eenheid. Hierna wordt de voorgestelde aansprakelijkheidsregeling van aandeelhouders en bestuurders in geval van ongeoorloofde uitkeringen besproken en worden de gevolgen van deze regeling voor de inkomstenbelasting van een bestuurder/aandeelhouder uiteengezet. |
Artikel |
De aansprakelijkheid voor gebrekkige medische hulpmiddelen – Implanon revisited |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2011 |
Trefwoorden | medische aansprakelijkheid, productaansprakelijkheid, gebrekkige hulpzaak, artikel 6:77 BW, artikel 6:185 BW |
Auteurs | Mr. A.J. Van |
SamenvattingAuteursinformatie |
Als een patiënt schade lijdt doordat een arts of een ziekenhuis bij een medische behandeling gebruik heeft gemaakt van een (waarschijnlijk) gebrekkige zaak, staan in beginsel twee wegen open: een vordering tegen de arts op grond van artikel 6:77 BW of een vordering tegen de producent op grond van artikel 6:185 BW. Aan de hand van de Implanon-procedures bepleit de auteur een ruimere toepassing van de eerste mogelijkheid. |
Praktijk |
Kroniek Civiele rechtspraak mededingingsrecht 2010 |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 2 2011 |
Trefwoorden | schadevergoedingsacties, verticale overeenkomsten, bewijslastverdeling (ihkv misbruik van economische machtspositie), selectieve distributie, aftrekbaarheid boete |
Auteurs | Mr. M.G. Bredenoord-Spoek en Prof. dr. J.S. Kortmann |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze kroniek Civiele Rechtspraak 2010 bespreekt evenals vorig jaar de door Nederlandse civiele rechters gewezen uitspraken waarin het Nederlandse en/of Europese mededingingsrecht aan de orde kwam. De fiscale aftrekbaarheid van mededingingsrechtelijke boetes wordt ook kort behandeld. In aanvulling daarop bevat deze kroniek tevens een kort overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van schadevergoedingsacties op basis van mededingingsrechtelijke overtredingen in Nederland en in enkele ons omringende landen. |
Artikel |
‘State of the art’ als begrenzing van opstalaansprakelijkheidDijkdoorbraak Wilnis (HR 17 december 2010, LJN BN6236) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2011 |
Trefwoorden | opstal, gebrekkigheid, gevaar, kenbaarheid, ‘state of the art’ |
Auteurs | Mr. J. Kruijswijk Jansen en Mr. P. van den Broek |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het Wilnis-arrest heeft de Hoge Raad geoordeeld dat bij de beoordeling of een dijk gebrekkig is, dienen mee te wegen de toenmalige kennis over faalmechanismen van dijken en de toenmalige richtlijnen voor belastingsituaties. De auteurs gaan in op de normatieve gebrekkigheidsbeoordeling en het aspect van de kenbaarheid van het gevaar. |