Op 27 maart 2018 is de politie door het Gerechtshof Den Haag aansprakelijk gehouden voor de door de slachtoffers en nabestaanden geleden letsel- en overlijdensschade vanwege het ten onrechte verstrekken van de wapenvergunning aan Tristan van der V., nadat deze aansprakelijkheid eerder op relativiteitsgronden strandde bij de Rechtbank Den Haag. In het onderhavige artikel worden beide uitspraken besproken en de afwijkende oordelen tegen elkaar afgezet. De kritieken waarmee met name het vonnis is ontvangen, geven bovendien aanleiding om de daarmee verweven secundaire aansprakelijkheidsproblematiek nader onder de loep te nemen. Want waarom hield de rechtbank de aansprakelijkheidsdeur zo krampachtig dicht, en zet het hof deze desondanks (meer) open? |
Zoekresultaat: 4 artikelen
Jaar 2018 xArtikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | secundaire aansprakelijkheid, Alphen aan den Rijn, schietpartij, relativiteit, zorgplicht |
Auteurs | Mr. K.L. Maes |
SamenvattingAuteursinformatie |
Jurisprudentie |
Nieuw licht op de arbeidsrechtelijke omkeringsregel?HR 6 april 2018, ECLI:NL:HR:2018:536 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | aansprakelijkheidsrecht, werkgeversaansprakelijkheid, asbest, arbeidsrechtelijke omkeringsregel |
Auteurs | Mr. Veneta Oskam |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bij beantwoording van de vraag of causaal verband aanwezig is tussen de asbestblootstelling en het ontstaan van mesothelioom, en of ter vaststelling hiervan de arbeidsrechtelijke omkeringsregel moet worden toegepast, is – overeenkomstig de arresten HR 7 juni 2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ1717 (SVB/Van der Wege) en ECLI:HR:2013:BZ1721 (Lansink/Ritsma) – van belang dat het verband tussen de gezondheidsschade en de arbeidsomstandigheden niet te onzeker dan wel te onbepaald dient te zijn. De Hoge Raad bekrachtigt het oordeel van het hof dat de enkele blootstelling aan asbest onvoldoende is om toepassing te geven aan de omkeringsregel. De in de eerdergenoemde arresten vastgestelde regels gelden ook bij schade als gevolg van mesothelioom. Ook hier kan het causaal verband te onzeker of te onbepaald zijn wanneer de werknemer ook buiten de werkzaamheden aan asbest blootgesteld is geweest. Daarom komt, gelet op hetgeen in het algemeen bekend is omtrent de ziekte mesothelioom en haar oorzaak, betekenis toe aan (1) de duur en de intensiteit van de blootstelling bij deze werkgever, en in voorkomend geval (2) de duur en de intensiteit van andere blootstelling(en) aan asbest gedurende de latentieperiode en (3) de verhouding tussen (1) en (2). |
Artikel |
Scheidslijnen tussen kansschade, proportionele aansprakelijkheid en de omkeringsregelEnkele praktische opmerkingen over verschillen tussen deze drie leerstukken naar aanleiding van HR 27 oktober 2017, ECLI:NL:HR:2017:2786 |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2018 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, bewijs, kansschade, beroepsfout, schade |
Auteurs | Mr. J. den Hoed |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het hier te bespreken arrest, waarin aan de orde was of een ziekenhuis aansprakelijk is voor schade als gevolg van een te laat uitgevoerde operatie, geeft aanleiding voor enkele gedachten over en praktische wenken voor de afbakening van kansschade, proportionele aansprakelijkheid en de omkeringsregel ten opzichte van elkaar. De drie figuren komen hier samen. Getracht wordt de grenzen nader in kaart te brengen. |
Artikel |
Noot bij HR 22 september 2017, ECLI:NL:HR:2017:2452 |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 3-4 2018 |
Trefwoorden | tuchtrecht, civiel recht, beroepsaansprakelijkheid, maatstaf, motivering |
Auteurs | Mr. F.T. Serraris |
SamenvattingAuteursinformatie |
In zijn arrest van 22 september 2017 onderstreept de Hoge Raad dat indien de civiele rechter in beroepsaansprakelijkheidszaken afwijkt van het oordeel van de tuchtrechter, hij dit oordeel voldoende begrijpelijk dient te motiveren. De auteur bespreekt dit arrest en – meer in het algemeen en in praktische zin – de verhouding tussen tucht- en civielrechtelijke uitspraken. |