15701247_covr
Rss

Onderneming en Financiering

Meer op het gebied van Ondernemingsrecht

Over dit tijdschrift  

Meld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.

Aflevering 1, 2009 Alle samenvattingen uitklappen
Redactioneel

In dit nummer

Artikel

Toezicht op (frauduleuze) beleggingsfondsen: systeem van uitzonderingen en vrijstellingen

Trefwoorden beleggingsfondsen, fraude, Wft, toezicht, kredietcrisis, Madoff
Auteurs Mr. H.E. Wegman
SamenvattingAuteursinformatie

    Beleggingsfondsen vormen een niet meer weg te denken onderdeel van de moderne financiële markten. De recent aan het licht gekomen fraudepraktijken met deze fondsen waarvan naast particuliere beleggers ook grote bankinstellingen slachtoffer zijn geworden, doen de vraag rijzen in hoeverre het toezicht op beleggingsfondsen tekortschiet. In haar bijdrage bespreekt Wegman hoe het toezicht op beleggingsfondsen in Nederland is geregeld en of er een noodzaak bestaat tot aanpassing van de regelgeving met betrekking tot het toezicht op beleggingsfondsen. Wegman doet tevens een aantal suggesties ter verbetering van dit toezicht.


Mr. H.E. Wegman
Mevrouw mr. H.E. Wegman is als docent/onderzoeker verbonden aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Afdeling Ondernemingsrecht, Universiteit Leiden.
Artikel

De best price rule

Interpretaties van de AFM, de SEC en het Takeover Panel

Trefwoorden AFM, SEC, Security Exchange Act, City Code, Takeover Panel, ruling
Auteurs Mr. G.R.G. Driessen en J.W. de Jong
SamenvattingAuteursinformatie

    De auteurs bespreken de interpretatie van de AFM van 17 oktober 2008 over de best price rule, zoals neergelegd in de artikelen 19 Bob en 5:79 Wft. Auteurs zetten vraagtekens bij de aansluiting van die interpretatie met de economische realiteit. Daarnaast gaan zij in op het ontbreken van een formele juridische status van interpretaties van de AFM en stellen zij voor om ‘interpretaties’ te gebruiken als uitgangspunt bij de consultatieprocedure van een reguliere beleidsregel. Dit zou moeten uitmonden in kwalitatief betere en afdwingbare regelgeving.Tevens bevat het artikel een rechtsvergelijkende analyse van de toepassing van de best price rule in de VS en het Verenigd Koninkrijk. Verder wordt in de rechtsvergelijkende analyse de status en het gebruik van ‘interpretaties’ door de toezichthouders op de financiële markten in de VS en het Verenigd Koninkrijk behandeld.


Mr. G.R.G. Driessen
Mr. G.R.G. Driessen is als advocaat werkzaam bij Houthoff Buruma N.V. te Amsterdam.

J.W. de Jong
Mr. J.W. de Jong is als advocaat werkzaam bij Houthoff Buruma N.V. te Amsterdam.
Artikel

De (tijdelijke) maatregelen tegen short selling in Nederland, Engeland en de Verenigde Staten

Trefwoorden short selling, securities lending, Wet op het financieel toezicht, Pensioenwet, Securities Act 1933, Securities Exchange Act 1934, SEC, Financial Services and Markets Act 2000, AFM, FSA, Marktmanipulatie
Auteurs Mr. M. Kuilman en Mr. J.M. Poelgeest
SamenvattingAuteursinformatie

    Met ingang van 11 oktober 2008 is de AFM bevoegd om in geval van bijzondere omstandigheden ter bevordering van de ordelijke en transparante financiële marktprocessen algemeen verbindende voorschriften vast te stellen, zonder dat een daarvoor in aanmerking komende representatieve vertegenwoordiging van onder toezicht staande ondernemingen moet zijn geraadpleegd. De AFM maakte direct van haar uitgebreide bevoegdheid gebruik en kondigde de Tijdelijke Regeling inzake Short Selling af. In Nederland is het verbod op short selling nog steeds van kracht. De maatregelen tegen short selling in Engeland en de Verenigde Staten zijn inmiddels alweer opgeheven. Een verbod op securities lending, hetgeen short selling kan faciliteren, wordt niet wenselijk geacht.


Mr. M. Kuilman
Mr. M. Kuilman is als advocaat werkzaam bij Loyens & Loeff N.V. te Amsterdam.

Mr. J.M. Poelgeest
Mevrouw mr. J.M. van Poelgeest is als advocaat werkzaam bij Loyens & Loeff N.V. te Amsterdam.
Artikel

Europese rechtspraak op het terrein van winstbelastingen bezien vanuit Nederlands perspectief

Trefwoorden vennootschapsbelasting, EG- Verdrag, winstbelasting, Europees Hof van Justitie
Auteurs Prof. dr. J.N. Bouwman en Dr. M.G. de Weerdt-de Jong
SamenvattingAuteursinformatie

    Bouwman en de Weerdt-de Jong beantwoorden in hun bijdrage de vraag in hoeverre belangrijke onderdelen van de Nederlandse Wet Vpb 1969 verenigbaar zijn met de vrijheden die zijn verankerd in het EG-verdrag, Alvorens deze vraag te beantwoorden schetsen zij een beeld van de rol van het Europese recht op het terrein van de winstbelastingen. Zij komen tot een achttal conclusies en doen waar nodig een aanbeveling tot wijziging.


Prof. dr. J.N. Bouwman
Prof. dr. J.N. Bouwman is hoogleraar algemeen belastingrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Dr. M.G. de Weerdt-de Jong
Dr. M.G de Weerdt-de Jong is universitair docent belastingrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Artikel

Het handelsregister volop in beweging

Trefwoorden Kamer van Koophandel, Basisregister, nieuwe inschrijvers, jaarstukken, privacy
Auteurs Mr. V.A.E.M. Meijers en Mr. S. Asberg
SamenvattingAuteursinformatie

    Sinds 1 juli 2008 is de vernieuwde handelsregisterwetgeving van kracht. Kamers van Koophandel zijn ruim een half jaar bezig in hun functie van beheerder van een basisregister. Het handelsregister als basisregister is het unieke bestand van kwalitatief hoogwaardige gegevens betreffende ondernemingen en rechtspersonen waar in beginsel de overheid verplicht haar gegevens vandaan moet halen. Kamers van Koophandel hebben een vernieuwde rol met meer verantwoordelijkheid. De hervorming tot basisregister brengt mee dat er een grote groep nieuwe inschrijvingsplichtigen is, waaronder vrije beroepsbeoefenaren en openbare maatschappen. Voor sommigen geldt dat zij zich kunnen inschrijven binnen de geldende overgangstermijn.


Mr. V.A.E.M. Meijers
Mr. V.A.E.M. Meijers is notaris bij Civil Code N.V. te Den Haag, universitair docent aan de Universiteit Leiden en lid van de Handelsregisterraad (meijers@civilcode.nl).

Mr. S. Asberg
Mevrouw mr. S. Asberg is juridisch adviseur en werkzaam bij Civil Code N.V.
Artikel

Bestuurdersaansprakelijkheid, een pot nat?

Trefwoorden bestuurdersaansprakelijkheid, onbehoorlijk bestuur, onbehoorlijke taakvervulling, aansprakelijkheidsmaatstaf
Auteurs Prof. mr. J.B. Huizink
SamenvattingAuteursinformatie

    De belangrijkste vormen van bestuurdersaansprakelijkheid in het rechtspersonen- en vennootschapsrecht zijn de interne aansprakelijkheid wegens onbehoorlijke taakvervulling ex artikel 2:9 BW, de faillissementsaansprakelijkheid op grond van de WBF voor het tekort van de boedel ingeval van kennelijk onbehoorlijk bestuur ex artikel 2:138(248) BW en de externe aansprakelijkheid tegenover crediteuren van de vennootschap op grond van onrechtmatige daad, artikel 6:162 BW. Huizink gaat uitgebreid in op de invulling van de aansprakelijkheidsmaatstaf: welke verwijtbaarheid is vereist om een bestuurder tot schadevergoeding te kunnen veroordelen. Hij komt tot de conclusie dat deze vraag niet valt te beantwoorden door analyse van rechtspraak. Niettemin is duidelijk dat de lat voor bestuurdersaansprakelijkheid in alle drie besproken vorderingen hoog ligt.


Prof. mr. J.B. Huizink
Prof. mr. J.B. Huizink is hoogleraar ondernemingsrecht aan de Vrije Universiteit in Amsterdam.