DOI: 10.5553/PROCES/016500762022101005002

PROCESAccess_open

Artikel

One Happy Island!?

Enkele indrukken van het gevangeniswezen, de reclassering en justitie op Aruba

Trefwoorden Aruba, criminal justice, prison system, KIA, probation
Auteurs
DOI
Toon PDF Toon volledige grootte
Samenvatting Auteursinformatie Statistiek Citeerwijze
Dit artikel is keer geraadpleegd.
Dit artikel is 0 keer gedownload.
Aanbevolen citeerwijze bij dit artikel
Jaap van Vliet, 'One Happy Island!?', PROCES 2022, p. 253-265

    A number of interviews with officials within the criminal justice system are the basis of this article. Especially the Correction Institute Aruba (KIA), the Aruban prison, was frequently mentioned in the discussions. Among others, interviews were held with the Minister of Justice and Social Affairs, the director of the prison and the director of the probation foundation.
    The question arises whether, since Aruba belongs to the Kingdom of the Netherlands, does this mean that we must also meet joint minimum values and standards, also in the prison system? Then, according to the author, the Dutch government must release funds and people to support the prison system in Aruba in order to meet those shared values and standards.

Dit artikel wordt geciteerd in

    • 1. Inleiding

      Bij aankomst met het vliegtuig op Aruba is het ongeveer half zeven in de avond en de schemering, die juist is ingevallen, zal snel overgaan in het nachtelijk donker. In de hal van de luchthaven is het airco-koel, maar eenmaal buiten tikt de temperatuur nog de 30 graden aan en er heerst, medio februari, een vakantieachtige drukte. In 1986 werd Aruba deel van het Koninkrijk der Nederlanden, maar iedere gedachte aan Nederland in de winter verdwijnt hier.1x Het Koninkrijk der Nederlanden bestaat uit vier landen: Aruba, Curaçao, Sint Maarten en Nederland. Aruba heeft een gouverneur en een eigen parlement en regering, telt ongeveer 115.000 inwoners en is met 180 km2 ongeveer zo groot als het Waddeneiland Texel, dat ruim 13.000 inwoners telt.
      Ik weet niet of het de slimme toeristenindustrie is, de Arubaanse overheid of een samenspel van beide, maar de slogan ‘One Happy Island’ is vaak, en zeker op alle nummerborden van de auto’s, te lezen: hier ben je voor je plezier en dat is ook de reden dat ik met mijn partner voor een vakantie van drie weken op Aruba ben aangekomen.
      Maar mijn interesse geldt niet alleen de mooie stranden, de tropische temperaturen en de steeds aanwezige verkoelende wind. Vakantie was voor mij ook: zoeken naar de minder ‘happy’ kant van Aruba en daar ben ik voor PROCES, maar ook aansluitend op mijn eigen interesse en ervaring, naar op zoek gegaan. Via een goed ingevoerde relatie, Bert Wielenga, kreeg ik de gelegenheid kennis te maken met enkele functionarissen die een centrale rol spelen in de Arubaanse politiek en in het algemeen: ‘justitie’. Dat maakte het mogelijk om met hen een aantal interviews te houden die de basis vormen voor dit artikel. Enkele interviews vonden plaats op Aruba, maar wegens omstandigheden heb ik later vanuit Nederland nog enkele telefonische interviews gehouden. Vooral het Korrektie Instituut Aruba (KIA) – de veelbelovende benaming van de Arubaanse gevangenis – kwam in de gesprekken veelvuldig in beeld.

      Vrouwe Justitia voor de rechtbank in Oranjestad. Beeld van de Arubaanse beeldhouwer Ciro Abath
      /xml/public/xml/alfresco/Periodieken/PROCES/PROCES_2022_5-6

      Dat Aruba een onderdeel van het Koninkrijk der Nederlanden is, blijkt niet uit het klimaat, maar het Nederlands is, naast het Papiamento, nog steeds een belangrijke voertaal op Aruba, en velen die deel uitmaken van de politieke en bestuurlijke instituties zijn in Nederland opgeleid en/of hebben daar gewerkt. Zo ook de minister van Justitie en Sociale Zaken, Rocco Gian-Carlo Tjon. Hij groeide op op Aruba, maar studeerde in 2004 af aan de Politieacademie in Nederland in tactisch management. Op Aruba werkte hij bij de politie, waar hij uiteindelijk hoofd staf van de korpschef werd. In 2016 werd hij directeur van het KIA. Na ruim een jaar beëindigde hij deze functie omdat hij lid werd van de Staten van Aruba2x Dat is het Arubaanse parlement. Zie www.parlamento.aw/staten-van-aruba. en fractievoorzitter van de Movimiento Electoral di Pueblo (MEP),3x Een sociaal democratische partij. Zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Movimiento_Electoral_di_Pueblo. waar hij de portefeuille justitie had. In september 2021 werd hij vervolgens benoemd tot minister van Justitie en Sociale Zaken. Hij was bereid mij te ontvangen, mijn vragen te beantwoorden en het een en ander te vertellen vanuit zijn ervaring.
      Ook de directeur van de Stichting Reclassering en Jeugdbescherming Aruba, Seraida Pemberton, is opgeleid aan een Nederlandse hogeschool en heeft in Nederland werkervaring opgedaan in de jeugdbescherming. Zij heeft mij eveneens welwillend ontvangen en geïnformeerd over het werk van de Arubaanse reclassering.
      Daarnaast sprak ik met een forensisch psycholoog van het Orthopedagogisch Centrum, Johnny Boekhoudt, die regelmatig in het KIA komt voor rapportages en coaching. Ook hij is in Nederland opgeleid en heeft jaren in een Nederlands Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC, ook wel tbs-kliniek) gewerkt.
      Yolanda Pronk is geboren en getogen op Aruba en heeft daar op de universiteit rechten gestudeerd. Zij werkt inmiddels 23 jaar bij het Openbaar Ministerie (OM) in verschillende functies, de helft van die 23 jaar als officier van justitie. Als executie-officier heeft ze dagelijks te maken met het KIA en de problemen die zich daar voordoen, omdat zij is belast met de plaatsing van veroordeelden in een passende detentie of behandeling. Voor het inzoomen op enkele zaken die het KIA betreffen heeft ze mij in contact gebracht met de huidige directeur van het KIA, Gino Winklaar. De op Aruba geboren Winklaar heeft in Nederland een opleiding aan de Politieacademie gevolgd, heeft daarna bij de Amsterdamse en de Arubaanse politie gewerkt en werd in 2019 tijdelijk en in mei 2021 definitief benoemd tot directeur van het KIA.
      Ten slotte had ik contact met Hans Merkus van de Inspectie Justitie en Veiligheid (hierna: de Inspectie J&V) die de afgelopen jaren enkele keren Aruba, en in het bijzonder het KIA, heeft bezocht en hierover heeft gerapporteerd.

    • 2. Het KIA

      Het Korrektie Instituut Aruba (KIA) is gelegen aan een van de mooie baaien op het eiland (zie afbeelding 2).

      Het Korrektie Instituut Aruba (KIA)
      /xml/public/xml/alfresco/Periodieken/PROCES/PROCES_2022_5-6

      Er verblijven rond de 300 gedetineerden, van wie ongeveer tussen de 10 en 15 vrouwen en zo’n 10 jeugdigen op het regime met extra aandacht. Jeugdigen worden apart geplaatst van volwassenen (2019), maar door capaciteitstekort of gebreken aan de accommodatie kan dit zo weer veranderen, vernam ik van de Inspectie J&V. Of de gedetineerden kunnen genieten van het mooie uitzicht heb ik zelf niet kunnen vaststellen; het was helaas niet mogelijk om in de periode die ik op Aruba doorbracht het KIA te bezoeken. Naar toen bleek was directeur Winklaar tijdelijk niet in functie,4x Ik sprak hem telefonisch in augustus 2022. wat volgens een bericht in de pers te maken had met actievoerende bewaarders die niet tevreden waren met zijn managementstijl5x Zij eisten zijn vertrek: https://aruba.nu/2022/02/gevangenispersoneel-kia-voert-actie/. en volgens een persoonlijke mededeling van de Inspectie J&V vermoedelijk ‘met het aanpakken van de ook door ons gesignaleerde complexheid van het executieve deel van de organisatie’.6x Ook vernam ik dat de Commissie van Toezicht enige tijd geen toegang had tot het KIA. Dit vereist de nodige toelichting, die gevonden kan worden in de rapportages van de Inspectie J&V.7x De toenmalige minister van Justitie heeft niet (in elk geval niet officieel) gereageerd op de rapportages van de Inspectie J&V.

      Kader 1
      De Inspectie J&V heeft in formele zin geen rol op Aruba. Op 10 oktober 2010 werden meerdere Caribische eilanden een min of meer zelfstandig land en werd het toezicht op de rechtshandhaving belegd bij de Raad voor de rechtshandhaving (hierna: de Raad). De Raad is een rechtspersoonlijkheid bezittend interlandelijk orgaan van Curaçao, Sint Maarten en Nederland (voor zover het Bonaire, Sint Eustatius en Saba (de BES-eilanden) betreft). De Raad is ingesteld bij Rijkswet van 7 juli 2010: de Rijkswet Raad voor de rechtshandhaving. De Raad is belast met de algemene inspectie van de organisaties van de justitiële keten – met uitzondering van het Gemeenschappelijk Hof van justitie – in Curaçao, Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba. De Raad kijkt daarbij naar de effectiviteit, de kwaliteit van de taakuitoefening en het beheer. Daarnaast is de Raad belast met de algemene inspectie van de kwaliteit en effectiviteit van de justitiële samenwerking tussen de landen.8x Zie www.raadrechtshandhaving.com/nl_NL/.
      Aruba maakt, vanwege zijn eerdere ‘status aparte’, geen deel uit van deze Raad. Met ‘status aparte’ werd de bijzondere status aangeduid die Aruba tussen 1986 en 2010 bezat als zelfstandig eiland binnen het Koninkrijk der Nederlanden, dat wil zeggen: apart van de Nederlandse Antillen waartoe het tot 1986 behoorde.
      Omdat het European Committee for the Prevention of Torture (CPT) in 2014 zich kritisch uitliet over de omstandigheden in het KIA is in 2015 binnen het Justitieel Vierpartijen Overleg (JVO, een overleg dat twee keer per jaar tussen de ministers van Justitie van de betrokken landen wordt gehouden en waarbij dus ook de minister van Justitie van Aruba is betrokken) afgesproken dat een vertegenwoordiger van de Inspectie J&V, samen met een inspecteur van de Raad, de vervolgaanpak van de CPT-aanbevelingen zou gaan bijhouden. Vanaf 2017 tot en met 2019 hebben deze bezoeken plaatsgevonden en daarover is in 2017,9x Inspectie Veiligheid en Justitie, Korrektie Instituut Aruba. Voortgang verbeterprogramma 2016 – 2017, Den Haag 2017. 201810x Ministerie van Justitie en Veiligheid, Brief aan de minister van justitie, veiligheid en integratie, de heer mr. A.C.G. Bikker betreffende Voortgangsverslag Korrektie Instituut Aruba (KIA), Den Haag 18 juni 2018. en 202011x Ministerie van Justitie en Veiligheid, Brief aan de minister van Justitie en Integratie, de heer mr. A. Bikker betreffende Inspectie Korrektie Instituut Aruba, Den Haag 3 maart 2020. gerapporteerd. Daarna hebben tot op heden geen bezoeken meer plaatsgevonden vanwege Covid-19, maar inmiddels wordt weer een vervolgonderzoek voorbereid. In dit verband wordt nog gewacht op het CPT-rapport dat gaat verschijnen na hun bezoek van afgelopen voorjaar aan de Cariben. De verwachting van de Inspectie J&V is dat het CPT nog steeds kritisch zal zijn over de voorzieningen op Sint Maarten, Curaçao en Aruba.

      Enige maanden na de inspectie van 2017, in september 2017, vertrok onverwacht de toen eindverantwoordelijke directeur van het KIA, de huidige minister Rocco Tjon; een teleurstelling voor de inspecteurs, die vertrouwen hadden in zijn aanpak. Zijn inzet, netwerk, managementdrives12x Management Drives is een methodiek die drijfveren van mensen zichtbaar maakt. Drijfveren zijn in dit verband indicatoren die voorspellen hoe een team of persoon zijn kennis, vaardigheden en competenties inzet. en voorbeeldgedrag gedurende de veertien maanden dat hij aan het KIA verbonden was, zorgden voor waarneembare progressie van het verbeterprogramma en waardering van de zittende medewerkers. Veel van deze ontwikkelingen zijn door zijn vertrek abrupt afgebroken, stelt de Inspectie J&V.13x Ministerie van Justitie en Veiligheid 2018, p. 2.
      Het is niet mogelijk om hier uitputtend te beschrijven welke problemen zich in het KIA voordeden en voordoen. Daarom volgen hierna een paar opmerkelijke punten uit de inspectierapportages.
      In de rapportage naar aanleiding van het bezoek in 2019 wordt wat betreft de accommodatie geschreven dat, in tegenstelling tot de jaren daarvoor, de vernieuwde recreatieruimten van het deel van het complex waar de gevangenis en het huis van bewaring voor mannen zijn gehuisvest, tijdens het inspectiebezoek in gebruik waren. De staat van de ruimten is op het oog redelijk, maar nu en dan sijpelt er nog vocht van bovenaf langs de wanden. Aan de cellenaccommodatie is niets veranderd: het sanitair werkt hier en daar niet optimaal, waardoor in die gevallen het toilet handmatig moet worden doorgespoeld. Er verblijven maximaal twee personen in een cel. Op de afdeling ‘straf’ was het zicht vanuit de centraalpost naar de verblijfsafdelingen ronduit slecht door besmeurd glaswerk; een onveilige situatie. Zes cellen van het huis van bewaring zijn door brandstichting onbruikbaar.14x Gemeld werd dat er middelen beschikbaar zijn om de schade te herstellen. ‘De open ruimten, zoals lucht- en sportplaatsen rondom de verblijfsafdelingen, waren ten tijde van het inspectiebezoek opgeruimd en lieten nagenoeg geen zwerfvuil zien. Daarentegen neemt de overlast door (on)gedierte binnen het complex toe. Er zijn veel katten binnen de muren en duiven hebben een voorkeur voor een verblijf in holen en kieren van het cellencomplex; mede ook omdat zij door gedetineerden gevoerd worden met etensresten.’15x Ministerie van Justitie en Veiligheid 2020, p. 3. Er was in het algemeen wel meer passende sociale zorg en sport mogelijk, maar na een aantal geslaagde ontvluchtingen was de mogelijkheid om naar arbeidsactiviteiten te gaan beperkt.
      Een overheersend en ontwrichtend probleem blijkt echter de personele inzet te zijn. ‘Hoewel het aantal toezichthouders het afgelopen jaar is toegenomen met 12 FTE betekent dit nog steeds niet dat er sprake is van een evenwichtige personeels­inzet die borg staat voor een verantwoorde dagelijkse bedrijfsvoering. (…) In 2017 lag een personele reorganisatie in het verschiet waarmee onder andere een lijst met “spookbeambten” gesaneerd zou worden. Helaas is deze operatie toen niet opgepakt en afgerond. Inmiddels is er een aangepast formatieplan goedgekeurd door het ministerie, maar dat moet nog worden doorgevoerd.’ Ook is sprake van een hoog ziekteverzuim, waardoor medewerkers overuren moeten maken en vaak meerdere dagen per weer twee diensten van 8 uur aaneen moeten draaien. Onverantwoord vindt de inspectie dit, omdat het kan leiden tot onachtzaamheid in de werkuitvoering en omdat noodzakelijke opleidingsdagen niet kunnen worden bijgewoond. De Inspectie J&V vat samen: ‘Voor iedere uitvoerende Organisatie geldt: de basis moet op orde zijn. Dat is in het KIA ten aanzien van de executieve personeelsinzet absoluut niet het geval.’16x Ministerie van Justitie en Veiligheid 2020, p. 4.
      Ik vroeg de minister eerst waar hij trots op is op het terrein van politie en justitie. Dat is wat hem betreft vooral een cultuuromslag ten goede waarbij sprake is van meer respect voor mensenrechten. Ook de samenwerking binnen de justitieketen is verbeterd, de basisprocessen en de bedrijfsvoering zijn verstevigd. Op het gebied van sociale zaken zijn er preventieprogramma’s en er wordt gewerkt aan veiliger wijken. In het gevangeniswezen is sprake van een verbeterde positie van de Commissie van Toezicht en het beklagrecht. Er wordt ook hard gewerkt aan verbeterde omstandigheden binnen het KIA, het verbeteren van ruimtes in het gebouw, waaraan ook gedetineerden hun bijdrage kunnen leveren in het kader van hun opleiding. Voor een deel is de politieke aandacht voor het KIA overigens een gevolg van de publiciteit die werd gegenereerd door brandstichtingen binnen de inrichting en door ontvluchtingen. Als ik de minister confronteer met de inhoud van de inspectierapportages is hij uiteraard niet verrast. Personeelstekort, ziekteverzuim en het draaien van aaneengesloten diensten leidt tot onvoldoende gemotiveerd en opgeleid personeel. Dat levert risico’s op. Ik vraag hem hoe het komt dat hij, toen hij nog directeur van het KIA was, de situatie zoals beschreven in de inspectierapportages niet heeft kunnen verbeteren. Deels natuurlijk vanwege zijn slechts kortdurende aanwezigheid, maar ook, meent de minister, is de personele problematiek hardnekkig. Niet alleen het ziekteverzuim, maar ook onvoldoende gemotiveerd en opgeleid personeel is een handicap bij het komen tot structurele verbeteringen. Daar zit ook volgens de inspectie de angel voor zowel bestuurders als personeel. Een groot deel van het personeel is georganiseerd in sterke vakbonden die naar de indruk van de autoriteiten verbetering van de situatie bemoeilijkten. Voor een verbetering is het volgens de minister noodzakelijk de organisatie geheel opnieuw op te bouwen, mogelijk met voor een deel nieuw personeel en als het even kan met behulp van deskundigen uit Nederland. Maar, zeg ik met enige naïviteit: we zijn toch één koninkrijk? Betekent dat niet dat we dan ook aan gezamenlijke minimale waarden en standaarden moeten voldoen, ook in het gevangeniswezen? Dan moet de Nederlandse regering toch fondsen en mensen vrij maken om het gevangeniswezen op Aruba te ondersteunen om aan die gezamenlijke waarden en standaarden te voldoen? De minister is het niet met mij oneens. In 2016 is hiertoe al eens een verzoek gedaan door de toenmalige minister van Justitie. Maar de politieke wil ontbreekt volgens hem. Ik constateer dat de minister mij dit vertelde daags na het ogenschijnlijk positief verlopen JVO van 24 februari (zie kader 2).

      Kader 2
      Tijdens het Justitieel Vierpartijen Overleg (JVO) op 24 februari 2022 verklaarde de Nederlandse minister van Justitie en Veiligheid, Yesilgöz, dat samenwerking met de landen in de Caribische regio essentieel is. Met haar collega’s sprak zij onder meer over de gezamenlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit. Om te voorkomen dat jongeren terechtkomen in de (georganiseerde) criminaliteit treden de landen gezamenlijk op in de aanpak voorkomen daderschap, maar ook slachtofferschap. Dit gebeurt onder andere door de inzet van preventieve gedragsinterventies, waarbij sport wordt gebruikt als middel voor de ontwikkeling van risicojongeren.
      Verder werden tijdens het overleg afspraken gemaakt over het laten meedraaien van gevangenispersoneel in elkaars gevangenissen, zodat zij in de praktijk kennis en ervaringen kunnen delen. Daarnaast spraken de landen af om samen te werken bij de verdere ontwikkeling van forensische zorg voor zowel volwassenen als minderjarigen in het Caribisch deel van het Koninkrijk. De Nederlandse minister heeft aangegeven graag mee te denken hoe dit verder te ontwikkelen en biedt daarbij ondersteuning aan.17x Bron: Amigo 26 februari 2022.

    • 3. Kleine stapjes

      Directeur Winklaar van het KIA is redelijk optimistisch over de ontwikkelingen van het KIA, hoewel hij in februari nog korte tijd buiten de inrichting moest blijven omdat hij door personeel werd bedreigd en zij zijn terugtreden eisten. Maar hij was na enkele weken weer terug in functie. Hij probeert wat voor elkaar te krijgen en moet daarom, zegt hij, soms tegen schenen trappen. Maar het gaat met kleine stapjes. Het personeel klaagde aanvankelijk nogal over hun rechtspositionele zaken en Winklaar heeft een voorstel gedaan om deze zaken eerst voor elkaar te krijgen. Hij heeft bij het ministerie hiervoor op 1 juli van dit jaar een plan ingediend; de belangrijkste eisen zijn ingewilligd, de opleiding die al jaren stillag gaat weer van start, het personeel heeft nieuwe uitrusting en uniformen gekregen. En nu het personeel niets meer te klagen heeft, gaat hij het met hen hebben over verplichtingen.
      Winklaar vertelt dat hij voorzitter is van een taskforce ‘detentie’ van de vier landen van het Koninkrijk en een van de uitkomsten daarvan is dat het personeel gaat ‘twinnen’: personeel van Aruba en dat van Bonaire gaan drie weken met elkaar meelopen en later dit jaar gaat dat ook gebeuren met Curaçao.18x Op 18 oktober 2022 werd op de website Aruba.nu gemeld dat gevangenbewaarders van de ‘benedenwinden’ en Suriname in dit kader recent bij elkaar waren gekomen op Aruba. Zie: aruba.nu/2022/10/gevangenbewaarders-benedenwinden-en-suriname-samen-op-aruba/. De bedoeling is dat de bejegeningscultuur gaat verbeteren, werkend volgens de ideeën daarover vanuit de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). Medewerkers, die soms tot dertig jaar op dezelfde wijze hebben gewerkt, worden uit hun comfortzone gehaald en er wordt nu gewerkt volgens de principes van observeren, rapporteren en begeleiden, terwijl voor die tijd geen methodische werkwijze werd gevolgd. Het gaat nu over (een positief) leefklimaat, bejegening en de ontwikkeling van forensische zorg. Een werkgroep PIJ en tbs is gestart met het ontwikkelen van basis forensische zorg, inrichtingswerk wordt zorg-inrichtingswerk. Volgens Winklaar hebben medewerkers er weer zin in, er wordt onderling op een positieve manier gesproken over het werk.
      Wat betreft de gebouwelijke situatie moet Winklaar het doen met wat er is: repareren en herstellen. Er is ook geïnvesteerd in veiligheid, er zijn betere procedures opgesteld en die werken want er hebben sinds medio 2020 geen geslaagde ontvluchtingen meer plaatsgevonden. Terwijl het KIA jaren bijna dagelijks in het nieuws was, is dat nu nog maar zelden het geval, stelt Winklaar.
      Vóór Covid-19 was er nog sprake van mogelijke nieuwbouw op basis van huurkoop, maar na Covid-19 ligt dit vooralsnog stil. Wel is aan de Nederlandse minister Weerwind gevraagd om financiële ondersteuning voor de nieuwbouw. Maar het blijft problematisch, politiek is er altijd meer aandacht voor repressie, zoals de politie, stelt Winklaar. Blauw op straat scoort altijd goed, maar aan preventie in de vorm van een goede gevangenis is weinig eer te behalen.

    • 4. Het Openbaar Ministerie

      Officier van justitie Pronk is minder te spreken over het KIA dan de Inspectie J&V en directeur Winklaar. Zij stelt dat als er niets gebeurt, het gebouw op termijn letterlijk gaat instorten. Er wordt al zo’n dertig jaar gepleit voor een grondige renovatie of nieuwbouw. Er is bij haar weten jaren geleden onder verantwoordelijkheid van een eerdere regering al een eerste steen gelegd voor een nieuwe gevangenis, maar daar is het bij gebleven. Het OM is weliswaar verantwoordelijk voor de executie van gevangenisstraffen, maar het landsbestuur moet zorgen voor een goede gevangenis, zowel gebouwelijk als wat betreft personeel. Er is voor gedetineerden te weinig te doen, hoewel er wat opleidingen mogelijk zijn. Verder is het niveau van ziekmeldingen van personeel hoog en is een groot deel van het personeel ongemotiveerd en slecht opgeleid. Bovendien is de detentiecapaciteit veel te beperkt; volgens Pronk zit het KIA altijd ‘bomvol’ en wordt daarom regelmatig een deel van de gedetineerden vroegtijdig naar huis gestuurd, zodat nieuw veroordeelden in detentie kunnen worden geplaatst. Het komt er volgens haar op neer dat alleen vonnissen van ernstige delicten ten uitvoer worden gelegd; tenuitvoerlegging van korte straffen vindt nauwelijks plaats. Het brengt haar tot de verzuchting: waar zijn we mee bezig? Het is, meent zij, een probleem van Aruba en dit heeft volgens haar gevolgen voor de geloofwaardigheid van justitie op het eiland.

    • 5. (Jeugd)reclassering en jeugdcriminaliteit

      De Stichting Reclassering en Jeugdbescherming Aruba bestaat ruim 61 jaar. Op dit moment werken er in totaal 19 medewerkers, verdeeld over zowel administratie als reclasseringswerkers en directie. Er wordt gewerkt vanuit vier afdelingen:

      • Onderzoek en diagnose, twee medewerkers. Hier worden alle soorten rapporten en adviezen geschreven, jaarlijks circa 500.

      • Toezicht en begeleiding van volwassenen en jeugdigen, zeven medewerkers. Jaarlijks worden er 150 tot 200 nieuwe reclasseringstoezichten gestart; de caseload per medewerker is ongeveer 30.

      • Alternatieve sancties, twee medewerkers. Zij voeren onder meer een aantal leertrajecten uit, zoals voor mensen die onder invloed hebben gereden, agressieregulatie en ‘awareness for sex offenders’.

      • Psychologie, één medewerker. Deze medewerker voert onder meer intelligentietesten en persoonlijkheidstesten uit en geeft daarnaast op indicatie psychologische begeleiding.

      Er vindt tussen de vier reclasseringsinstellingen binnen het Koninkrijk regelmatig overleg plaats op directieniveau en daarin worden ook de gezamenlijke werkwijzen besproken. Evenals in Nederland wordt gewerkt met methodieken die zijn gericht op het terugdringen van recidive. Het door de Hogeschool Utrecht in samenwerking met de drie Nederlandse reclasseringsorganisaties ontwikkelde methodiekboek Werken in gedwongen kader19x A. Menger, L. Krechtig & J. Bosker, Werken in gedwongen kader. Methodiek voor het forensisch sociaal werk, Amsterdam: Uitgeverij SWP 2020. wordt ook hier door de reclassering gebruikt.
      Er is nauwelijks samenwerking tussen de reclassering en het KIA, wat volgens directeur Seraida Pemberton veroorzaakt wordt door de hiervoor beschreven structurele problemen van het KIA; een gemiste kans wanneer continuïteit in het justitiële domein niet is geborgd. Wel wordt bij de begeleiding van reclasseringscliënten gebruikgemaakt van een ‘mentorenproject’. Dit project omvat een vijftiental gemotiveerde vrijwilligers die zorgen voor coaching en ondersteuning van cliënten en hun reclasseringswerkers. Verder is een succesvol in 2013 opgezet werktraject gericht op technische en commerciële beroepen voor reclasseringscliënten door de overheid overgenomen. Wel voert de reclassering nog trainingen uit op het gebied van sociale vaardigheden en op het behouden van werk. Een begeleid kamerbewoningsproject voor jongeren dat met Nederlandse steun werd uitgevoerd als alternatieve straf, werd na twee jaar gestopt nadat van de twaalf deelnemers er drie waren gerecidiveerd.
      Illegalen, die een groot risico vormen terecht te komen in de criminaliteit én om zelf slachtoffer te worden, worden niet uitgezet, maar ook niet door de reclassering begeleid, terwijl illegaliteit wel een fors probleem is op Aruba.20x Met een bevolking van iets meer dan 110.000 herbergt Aruba naar schatting 17.000 Venezolanen. In 2019 ontving de regering van Aruba meer dan 2000 asielverzoeken, maar de meeste werden afgewezen, waardoor de meerderheid van de Venezolanen op het eiland geen bescherming, toegang tot basisgezondheidsdiensten of legale werkgelegenheid kreeg. Dit is te lezen op de website van HIAS, een organisatie die zich bezighoudt met de opvang en waar mogelijk integratie van deze vluchtelingen; zie www.hias.org/where/aruba. Kinderen van illegalen mogen op Aruba wel naar school, maar na afloop daarvan vindt nogal eens een (terug)val in de criminaliteit plaats.
      Wat nog verbetering behoeft is volgens Pemberton de aandacht voor de jeugdreclassering, waar de jongeren meer pedagogisch moeten worden behandeld.
      Over de ontwikkeling van (jeugd)criminaliteit op Aruba zijn weinig recente gegevens bekend.21x Ik had afgesproken deze via het ministerie van Justitie en Veiligheid en dat van Sociale Zaken te verkrijgen, maar dat is helaas niet voor de deadline voor dit artikel gelukt. Uit promotieonderzoek van Van der Wal uit 2011 komt echter naar voren dat de meting van jeugddelinquentie op Aruba geen alarmerend beeld oplevert en ‘tekent zich in vergelijking met bijvoorbeeld Nederland gunstig af’.22x H.A. van der Wal, Jeugdigen in Aruba: hoe worden ze (niet) delinquent? Empirisch gebaseerde voorstellen voor de aanpak van jeugddelinquentie in overeenstemming met het IVRK, Amsterdam: uitgeverij SWP 2011, p. 226. Er is sprake van iets minder gewelddadig gedrag dan bij Nederlandse leeftijdsgenoten, terwijl het aantal niet-delinquente jongeren op Aruba groter is dan in Nederland. Een beschermende factor die Van der Wal noemt is de in het algemeen autoritatieve opvoedingsstijl23x Dit is een opvoedingsstijl waarbij ouders responsief zijn en warmte bieden en tegelijkertijd duidelijke kaders stellen. van de ouders gedurende de opvoeding tijdens de adolescentie. ‘Arubaanse jongeren ervaren vaak warmte van hun ouders en vinden dat ze zelden worden afgewezen. Ze ervaren soms controle en zelden overbescherming.’24x Van der Wal 2011, p. 230. Dit betekent dat het preventiebeleid zich niet te zwaar op opvoedingsondersteuning behoeft te richten, maar dat deze wel aanwezig moet zijn wanneer zich in dit domein risico’s voordoen, stelt Van der Wal. Op het gebied van onderwijs worden door Van der Wal diverse problemen benoemd, zoals een hoog percentage zittenblijvers (bijna 50% van de Arubaanse jongeren is ten minste één keer blijven zitten). Dit heeft vooral een relatie met taalachterstand en vertraagde taalontwikkeling, maar over het algemeen wordt de relatie met school als goed ervaren. Deze achterstand kan volgens Van der Wal wel leiden tot leerproblemen en later bijdragen aan gedragsproblemen en vervolgens tot jeugdcriminaliteit.25x Van der Wal 2011, p. 231.

      Kader 3
      Het voert te ver om de strafwetgeving van Aruba binnen het kader van dit artikel te behandelen. Het Antilliaanse en het Nederlandse Wetboek van Strafrecht stemmen in belangrijke mate overeen,26x Van der Wal 2011, p. 69. maar sinds de verschijning van het Wetboek van Strafrecht van Aruba van 2014 heeft het nog een aantal wijzigingen ondergaan, voortkomend uit een Landsverordening van 1 juli 2020 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht van Aruba. Deze wijzigingen hebben onder meer betrekking op verhoging van de strafmaxima voor zedendelicten en aanpassing van de verjaringstermijn van zedendelicten.27x H. de Doelder, H.A.C. Smid & J.H.J. Verbaan (red.), Wetboek van Strafrecht Aruba 2021, Wolf Legal Publishers 2021, p. 3.
      Vermeldenswaard is wel dat het Wetboek van Strafrecht van Aruba overeenkomstige bepalingen kent voor het toezicht op de naleving van gestelde voorwaarden door de reclassering, de terbeschikkingstelling (tbs)28x Kleine verschillen, zoals dat in de Nederlandse wetgeving geldt dat op het begane misdrijf voor oplegging van een tbs een gevangenisstraf van 4 jaar of meer is gesteld; in het Arubaanse strafrecht wordt hiervoor een termijn van 6 jaar of meer gesteld. Zie De Doelder, Smid & Verbaan 2021 p. 53-54. en de plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (PIJ).

    • 6. Tbs en PIJ

      Zowel de tbs als de PIJ-maatregel heeft te maken met uitvoeringsproblemen die voortkomen uit het gegeven dat er slechts kleine aantallen van deze maatregelen worden opgelegd, gezien de beperkte omvang van de bevolking. De voldoende beveiligde behandelmogelijkheden zijn domweg niet voorhanden, waardoor deze buiten Aruba (vooral in Nederland) moeten worden gevonden.29x Het Orthopedagogisch Centrum op Aruba is een goed bekend staande behandelinstelling voor jeugdigen. Maar het benodigde niveau van beveiliging kan gebouwelijk niet worden gewaarborgd. En dat heeft weer grote invloed op de mogelijkheden tot gefaseerde re-integratie, zoals in het geval van Michael.
      Michael is 17 jaar oud en heeft een PIJ-maatregel opgelegd gekregen nadat hij een andere jongen verschillende keren met een mes heeft gestoken. Er is sprake van persoonlijkheidsproblematiek en in het verleden heeft hij ook marihuana gebruikt. Hij heeft in het verleden al kortstondig behandeling gehad in het Orthopedagogisch Centrum op Aruba, maar daar is hij wegens omstandigheden uitgeplaatst. Hij heeft eerst 6 maanden detentie uitgezeten in het KIA, waarna hij moest worden overgeplaatst naar een PIJ-inrichting. Na de detentie heeft hij zes maanden thuis gezeten in afwachting van deze plaatsing. De pro Justitia-rapporteurs wensten hem naar een gespecialiseerde kliniek in Nederland te sturen, maar dit duurde te lang. Zodoende werd hij naar een verslavingskliniek op Curaçao gestuurd. Dit terwijl het gebruik van marihuana niet op de voorgrond lag van Michaels problematiek. De vraag was in hoeverre de verslavingskliniek gespecialiseerd is in behandeling van jongeren met persoonlijkheidsproblematiek. Toen de rechter in december 2021 de PIJ-maatregel moest beoordelen, gaf de rapporterend psycholoog aan dat Michael beter geholpen kan worden in Nederland. De rechter ging mee in dit advies en gaf opdracht om Michael terug te halen uit Curaçao om hem naar Nederland te sturen. Dit terwijl hij in Curaçao lang nog midden in een behandelproces zat. Michael verblijft nu in Curaçao in afwachting van plaatsing in Nederland. Voor hem is onduidelijk wat hem daar te wachten staat. Het wordt een tweede cultuurschok in korte tijd en hij is nog verder van huis en mag voor zijn gevoel opnieuw beginnen, zonder te weten wanneer zijn PIJ-maatregel ten einde komt. En het blijft onduidelijk hoe de re-integratie op Aruba na afloop van zijn behandeling zal plaatsvinden.
      Volgens officier van justitie Pronk zijn er inmiddels al meerdere jongeren veroordeeld tot een PIJ-maatregel, onder wie ook twee vrouwen, van wie er één in september 2022 naar Nederland zou worden overgebracht nadat zij twee jaar onbehandeld in het KIA heeft verbleven.
      Soortgelijke problemen doen zich voor wanneer een tbs zou worden opgelegd. Dit is sinds 2012 mogelijk, maar pas in 2018 voor de eerste keer geëist30x https://nos.nl/artikel/2236898-voor-het-eerst-tbs-geeist-op-aruba. en opgelegd aan een stiefvader die twee stiefkinderen doodsloeg. Naast de tbs moet hij een gevangenisstraf van 15 jaar uitzitten. Bij het ontbreken van behandelfaciliteiten zal hij eerst 10 jaar in de gevangenis moeten verblijven, samen met andere gevangenen en zonder begeleiding, eventueel op de speciale Forensische Onderzoek en Behandel Afdeling (FOBA) op Curaçao. Hoewel wordt onderzocht of er een tbs-kliniek kan worden geopend voor veroordeelden op Aruba, Bonaire, Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius, zal hij na die 10 jaar voor behandeling naar Nederland moeten. Wie dat zal betalen is echter onduidelijk. En het zal de nodige problemen geven bij de resocialisatie. Volgens deskundigen, onder wie Frans Koenraadt, hoogleraar Forensische psychiatrie in Aruba en Curaçao, is het ‘risico dat ze achteruitgaan sterk aanwezig’, waar het psychisch gestoorde delinquenten in deze situatie betreft.31x https://caribischnetwerk.ntr.nl/2019/03/24/geen-plek-voor-de-tbs-patient-op-de-eilanden-waar-ligt-de-verantwoordelijkheid-van-nederland/.

    • 7. Afsluitend

      Het is duidelijk, over criminaliteit, straffen, begeleiden en behandelen op Aruba is nog lang niet het laatste woord gezegd. In het voorgaande zijn enkele onderdelen van de justitieketen aan bod gekomen, waarbij met name het matige functioneren van de gevangenis, het KIA, in beeld is gebracht, maar toch met een optimistisch randje dat valt te beluisteren uit de woorden van de huidige directeur. Mijn gedachte dat Nederland, als belangrijk onderdeel van het Koninkrijk waarvan ook Aruba deel uitmaakt, de morele plicht heeft om de gevangenis te hervormen tot een plek die zowel voldoet aan de daar geldende regels als aan de minimale standaarden die wij binnen het Koninkrijk hanteren, wil ik hier nog eens expliciet aan de orde stellen. Volgens de voormalige minister van Binnenlandse zaken Plasterk is het niet wenselijk dat Caribische tbs-gestelden naar Nederland worden gestuurd voor behandeling. In een artikel van 30 maart 2017 op de website Caribisch Netwerk wordt onder meer vermeld: ‘Plasterks standpunt wordt gesteund door diverse experts. Staatsrechtgeleerde Arjen van Rijn: “Er is alleen een mogelijkheid om in te grijpen als een land structureel niet in staat is om hiervoor te zorgen. Ik begrijp Plasterk wel dat hij daar niet tussen wil zitten.” Hans de Doelder, hoogleraar strafprocesrecht aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam: “Het is heel moeilijk om vanuit hier de gevangenissituatie daar te beheersen.”’32x https://caribischnetwerk.ntr.nl/2017/03/30/uitspraak-zaak-murray-verandert-niets-aan-verhoudingen-in-koninkrijk/. Maar inmiddels is de houding van de Nederlandse overheid ten aanzien van het plaatsen van gedetineerden en te behandelen personen welwillender geworden, ook waar het de financiële kant van de behandeling betreft, zoals mij door officier van justitie Yolanda Pronk werd verteld.
      Ik heb mijn vraag aangaande het gevangeniswezen ook aan anderen dan minister Rocco Tjon voorgelegd, zowel op Aruba als in Nederland. Dat riep onder meer de reactie op dat Aruba als zelfstandig land zelf verantwoordelijk is. Of dat ‘we’, de Nederlandse overheid, dan wellicht beter kunnen beginnen bij het begin, bij het verbeteren van het onderwijs of de gezondheidszorg. Ik kan daar geen onderbouwd antwoord op geven omdat ik onderwijs en gezondheidszorg niet heb onderzocht. Ik leg mijn gedachten dan ook vooralsnog voor aan u als lezer.

    Noten

    • * Bij het schrijven van dit artikel ben ik dank verschuldigd aan onder anderen Johnny Boekhoudt, Hans Merkus, Seraida Pemberton, Yolanda Pronk, Rocco Tjon, Bert Wielenga en Gino Winklaar.
    • 1 Het Koninkrijk der Nederlanden bestaat uit vier landen: Aruba, Curaçao, Sint Maarten en Nederland. Aruba heeft een gouverneur en een eigen parlement en regering, telt ongeveer 115.000 inwoners en is met 180 km2 ongeveer zo groot als het Waddeneiland Texel, dat ruim 13.000 inwoners telt.

    • 2 Dat is het Arubaanse parlement. Zie www.parlamento.aw/staten-van-aruba.

    • 3 Een sociaal democratische partij. Zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Movimiento_Electoral_di_Pueblo.

    • 4 Ik sprak hem telefonisch in augustus 2022.

    • 5 Zij eisten zijn vertrek: https://aruba.nu/2022/02/gevangenispersoneel-kia-voert-actie/.

    • 6 Ook vernam ik dat de Commissie van Toezicht enige tijd geen toegang had tot het KIA.

    • 7 De toenmalige minister van Justitie heeft niet (in elk geval niet officieel) gereageerd op de rapportages van de Inspectie J&V.

    • 8 Zie www.raadrechtshandhaving.com/nl_NL/.

    • 9 Inspectie Veiligheid en Justitie, Korrektie Instituut Aruba. Voortgang verbeterprogramma 2016 – 2017, Den Haag 2017.

    • 10 Ministerie van Justitie en Veiligheid, Brief aan de minister van justitie, veiligheid en integratie, de heer mr. A.C.G. Bikker betreffende Voortgangsverslag Korrektie Instituut Aruba (KIA), Den Haag 18 juni 2018.

    • 11 Ministerie van Justitie en Veiligheid, Brief aan de minister van Justitie en Integratie, de heer mr. A. Bikker betreffende Inspectie Korrektie Instituut Aruba, Den Haag 3 maart 2020.

    • 12 Management Drives is een methodiek die drijfveren van mensen zichtbaar maakt. Drijfveren zijn in dit verband indicatoren die voorspellen hoe een team of persoon zijn kennis, vaardigheden en competenties inzet.

    • 13 Ministerie van Justitie en Veiligheid 2018, p. 2.

    • 14 Gemeld werd dat er middelen beschikbaar zijn om de schade te herstellen.

    • 15 Ministerie van Justitie en Veiligheid 2020, p. 3.

    • 16 Ministerie van Justitie en Veiligheid 2020, p. 4.

    • 17 Bron: Amigo 26 februari 2022.

    • 18 Op 18 oktober 2022 werd op de website Aruba.nu gemeld dat gevangenbewaarders van de ‘benedenwinden’ en Suriname in dit kader recent bij elkaar waren gekomen op Aruba. Zie: aruba.nu/2022/10/gevangenbewaarders-benedenwinden-en-suriname-samen-op-aruba/.

    • 19 A. Menger, L. Krechtig & J. Bosker, Werken in gedwongen kader. Methodiek voor het forensisch sociaal werk, Amsterdam: Uitgeverij SWP 2020.

    • 20 Met een bevolking van iets meer dan 110.000 herbergt Aruba naar schatting 17.000 Venezolanen. In 2019 ontving de regering van Aruba meer dan 2000 asielverzoeken, maar de meeste werden afgewezen, waardoor de meerderheid van de Venezolanen op het eiland geen bescherming, toegang tot basisgezondheidsdiensten of legale werkgelegenheid kreeg. Dit is te lezen op de website van HIAS, een organisatie die zich bezighoudt met de opvang en waar mogelijk integratie van deze vluchtelingen; zie www.hias.org/where/aruba.

    • 21 Ik had afgesproken deze via het ministerie van Justitie en Veiligheid en dat van Sociale Zaken te verkrijgen, maar dat is helaas niet voor de deadline voor dit artikel gelukt.

    • 22 H.A. van der Wal, Jeugdigen in Aruba: hoe worden ze (niet) delinquent? Empirisch gebaseerde voorstellen voor de aanpak van jeugddelinquentie in overeenstemming met het IVRK, Amsterdam: uitgeverij SWP 2011, p. 226.

    • 23 Dit is een opvoedingsstijl waarbij ouders responsief zijn en warmte bieden en tegelijkertijd duidelijke kaders stellen.

    • 24 Van der Wal 2011, p. 230.

    • 25 Van der Wal 2011, p. 231.

    • 26 Van der Wal 2011, p. 69.

    • 27 H. de Doelder, H.A.C. Smid & J.H.J. Verbaan (red.), Wetboek van Strafrecht Aruba 2021, Wolf Legal Publishers 2021, p. 3.

    • 28 Kleine verschillen, zoals dat in de Nederlandse wetgeving geldt dat op het begane misdrijf voor oplegging van een tbs een gevangenisstraf van 4 jaar of meer is gesteld; in het Arubaanse strafrecht wordt hiervoor een termijn van 6 jaar of meer gesteld. Zie De Doelder, Smid & Verbaan 2021 p. 53-54.

    • 29 Het Orthopedagogisch Centrum op Aruba is een goed bekend staande behandelinstelling voor jeugdigen. Maar het benodigde niveau van beveiliging kan gebouwelijk niet worden gewaarborgd.

    • 30 https://nos.nl/artikel/2236898-voor-het-eerst-tbs-geeist-op-aruba.

    • 31 https://caribischnetwerk.ntr.nl/2019/03/24/geen-plek-voor-de-tbs-patient-op-de-eilanden-waar-ligt-de-verantwoordelijkheid-van-nederland/.

    • 32 https://caribischnetwerk.ntr.nl/2017/03/30/uitspraak-zaak-murray-verandert-niets-aan-verhoudingen-in-koninkrijk/.

Bij het schrijven van dit artikel ben ik dank verschuldigd aan onder anderen Johnny Boekhoudt, Hans Merkus, Seraida Pemberton, Yolanda Pronk, Rocco Tjon, Bert Wielenga en Gino Winklaar.

Print dit artikel